Seks is overal, maar als het werk wordt, komt het ongemak
De sekswerkers komen in een zwarte touringcar die eerst op een leeg plein parkeert. Daarna mogen ze van de handhavers naar de rand van het winkelgebied, want zonder publiek beginnen sekswerkers niks. Als ze uitstappen, vult ongemak de stad. Seks is overal, op elk beschikbaar beeldscherm, dit als gevolg van de seksuele revolutie. Maar als seks dichtbij komt in de vorm van mensen die het bedrijfsmatig doen, wint snel de schaamte.
De sekswerkers zijn op tournee door het land vandaag. Het is vies weer. Ze klappen rode paraplu's open en laten borden zien met teksten als 'whore power'. Het publiek mag vragen stellen, alles wat ze altijd al wilden weten. De sekswerkers doen hun best, maar krijgen afstand terug.
Omdat ik interesse toon, grijpt een sekswerker me stevig bij de arm en brengt me naar de bus. Daar ontdekt ze dat ik van de pers ben, net als vrijwel al het andere publiek. Seks is goed voor de journalistiek, die bedrijfsmatig verliest aan terughoudendheid. Waarom zou je nog journalistiek bedrijven als het publiek tevreden is met internetstukjes als 'Borsten brengen Geraldine geluk', 'Kampvuur klaar, seksen maar' (Telegraaf), of 'Het opgekropen jurkje van Sylvie' (AD). Kranten die zichzelf serieus nemen en tegelijk het nieuws brengen dat de condooms te klein zijn op Temptation Island - mede mogelijk gemaakt door de seksuele revolutie.
De Evangelische Omroep trouwens is er ook goed in, met zijn 40 dagen zonder seks. Geen seks: een schitterend alibi voor een seksprogramma met verwarde jeugd.
Vandaag is het de dag van de betaalde liefde, zeggen de sekswerkers. Waarom niet de dag van de betaalde seks, vraag ik Lynton. En hij aarzelt niet, hij is een prater, hij komt uit de sales: 'We hebben liefde nodig in het vak. Intimiteit en liefde zijn heel, heel belangrijk. Je krijgt van ons ook een stukje warmte.'
Dat verklaart denk ik meteen het ongemak.
Lynton Kwame beantwoordt al mijn vragen. Hij is de lange pornoster. In de pornofilm Playful Passion heet hij Gio del Amore. Daarin speelt hij samen met zijn vriendin Amber. Porno maken is 'heel relaxed', zegt Lynton, die eerder onder een andere achternaam een politieke partij begon en na die desillusie de wereld met porno wil verbeteren als 'stukje bewustwording van de man en de vrouw naar elkaar toe'.
Amber heeft hem de wereld in getrokken, drie jaar geleden. Daarvoor zat Lynton 'in de verkoop' van beleggingen en ict. Nu verkoopt hij seks. 'Het gaat erom: je moet achter je product staan.' Beleggingen verkopen komt toch vaak neer op het bedonderen van de klant, zegt hij, 'seks verkopen is eerlijker'.
Maar goed, zegt hij ook, 'wij zitten wel in een luxepositie'. Wijst om zich heen: 'Dit is wel een elitegroepje.' Mensen die hun naam durven noemen zoals hijzelf en Yvette Luhrs, sekswerkers die zichzelf zijn voor de camera's. 'Wij hebben geen angst voor herkenning.'
Ze hoeven ook niet bang te zijn voor pooiers of andere machtsmisbruikers.
Samen met Amber treedt Lynton op tijdens fetisjfeesten als Wasteland, waar Tommy Wieringa na een bezoek over schreef: 'Ik had achter de begeerte gekeken en het Niets gezien. Afgrijselijk, afgrijselijk.' Dat is in De dynamica van begeerte, met essays over porno en de mens. 'De bedrijfstak komt voort uit de kermis, het schuine volksvermaak', schrijft hij ook, 'en groeide in een halve eeuw uit tot een dominante, beeldbepalende industrie.'
Dat maakt sekswerkers een nieuw soort industriearbeiders. Maar wel in een branche vol ongemak. '364 dagen per jaar krijgen we bagger over ons heen', zegt Lynton. 'Vandaag willen we ons vak vieren.'
Plus protesteren, want de seksparagraaf in het nieuwe regeerakkoord is behoorlijk repressief. Alle sekswerkers wacht een registratieplicht, ook de zzp'ers, en het aanvragen van een vergunning. Ze moeten met naam en adres ingeschreven in de marketingmachine van de Kamer van Koophandel, alsof ze tegelzetters zijn. Ook moet er een 'pooierverbod' komen, een oude wens waarvan inmiddels wel bekend is dat het niet werkt.
Alles tegen de mensenhandel. 'Tuurlijk is het zinvol om de mensenhandel aan te pakken', zegt Lynton. 'Maar doe dat dan in samenwerking met ons.'
Seks is overal, zelfs bij de EO, maar wat er moet met de sekswerker is nog steeds niet duidelijk. Het gaat begrijp ik tussen het Zweedse model (repressie) en het Nieuw-Zeelandse model (sekswerk behandelen als gewone arbeid). Zover is het debat gekomen sinds de seksuele revolutie. Er is inmiddels ook geen politieke partij meer die het aandurft een bloot mens op een verkiezingsaffiche te zetten, zoals destijds de PSP nog deed om de nieuwe vrijheid te vieren.
'De seksuele revolutie', zegt Yvette, 'is mislukt.'
Sekswerkers zijn geen tegelzetters, daar komt het vermoedelijk op neer.