ACHTERGRONDCENSUUR HONKGONG
Scholen in Hongkong beginnen weer, met censuur in plaats van Vrije Studies
Het vak dat ze geven heet ‘Vrije Studies’, het doel was scholieren te leren zelfstandig en kritisch na te denken, maar sinds China de greep op Hongkong heeft verstevigd is het met de vrijheid van de studies gedaan. Leerkrachten voelen de hete adem van de Chinese censuur in hun nek.
Normaal kijkt de Hongkongse leerkracht Ngai altijd uit naar het nieuwe schooljaar, maar dit jaar is haar stemming bedrukt. ‘Ik ben bang om verkeerde dingen te zeggen’, legt ze uit. ‘Mag ik nog uitleggen waarom mensen in Hongkong protesteren, of moet ik het protest bij voorbaat veroordelen? Misschien zijn er studenten of ouders die aanstoot aan mijn lessen nemen. Ik voel druk om mezelf te censureren.’
Ngai (27) doceert het middelbare-schoolvak Vrije Studies, bedoeld om leerlingen kritisch te leren denken. Maar dit jaar belooft het vak een stuk minder kritisch te worden. De handboeken zijn op last van de overheid aangepast, en verschillende gevoelige passages zijn verwijderd. Over het bloedig neergeslagen studentenprotest van 4 juni 1989 op het Tiananmen-plein in Beijing bijvoorbeeld, de rechtsstaat en de scheiding der machten, en vooral: de Hongkongse protesten en het concept van burgerlijke ongehoorzaamheid.
‘Voorheen hadden we meer vrijheid in hoe we les gaven over dit soort onderwerpen’, zegt Ngai, die omwille van de politieke gevoeligheid alleen met haar achternaam in de krant wil. ‘Het leerprogramma liet veel ruimte voor interpretatie. Bij elke gebeurtenis gaf het verschillende perspectieven om naar dingen te kijken. Maar nu wordt vooral het perspectief van de overheid uitgelicht.’
Politieke censuur
De eerste schooldag in Hongkong is vandaag omgeven door controverse. Hoewel er dagelijks slechts een tiental nieuwe covid-19-besmettingen zijn, houdt de overheid vast aan online onderwijs, tot frustratie van veel leerkrachten. Daarbovenop komt de aanpassing van de studieboeken, volgens de prodemocratische vakbond Professional Teachers Union een vorm van politieke censuur. Volgens het ministerie van Onderwijs zijn enkel ‘inaccurate delen uitgezeefd’.
De controverse toont hoe Hongkong, tot voor kort een baken van vrije meningsuiting in Azië, in korte tijd ingrijpend veranderd is. De Nationale Veiligheidswet, die 30 juni werd ingevoerd, heeft niet alleen ‘een klein groepje oproerkraaiers’ aangepakt, zoals de overheid voorhield, maar beïnvloedt de hele maatschappij. De oprichter van een mediabedrijf werd opgepakt, kritische boeken werden uit bibliotheken verwijderd, en bij de protesten betrokken professoren werden ontslagen. De revisie van de handboeken is slechts het laatste voorbeeld in een lange rij.
Het vak Vrije Studies werd in 2009 ingevoerd, met als argument dat het Hongkongse onderwijs te volgzaam was en te veel gericht op klakkeloos van buiten leren. Als Hongkong bij de tijd wilde blijven, was de gedachte, moesten de leerlingen de wereld leren kennen en een eigen mening leren vormen. De studie, met thema’s als Hong Kong vandaag, het moderne China of globalisering, werd een verplicht vak in de bovenbouw van het middelbaar onderwijs, elke week drie tot vier uur.
‘Ze vergiftigen jonge geesten’
Maar toen in juni 2019 protesten uitbraken tegen de Hongkongse regering, viel het vak in ongenade. Van de 9.216 gearresteerde demonstranten waren er 3.725 student, van wie 45 procent van middelbare scholen. Pro-Beijingpolitici suggereerden dat de jonge demonstranten hun ideeën hadden opgedaan in Vrije Studies, waar leerkrachten hen met ‘vooroordelen’ zouden indoctrineren. Ze ‘vergiftigen’ jonge geesten, aldus Carrie Lam, de hoogste bestuurder van Hongkong.
‘Ze zoeken gewoon een zondebok’, zegt Tin Fong-Chak (32), ondervoorzitter van de Professional Teachers Union en zelf Vrije-Studiesleerkracht. ‘De reden voor de protesten is niet het vak Vrije Studies, maar het slechte overheidsbeleid. Uit onderzoek blijkt zelfs dat studenten die goed zijn in Vrije Studies meer geneigd zijn om zich gematigd op te stellen. Ze hebben meer respect voor verschillende meningen.’
Volgens veel leerkrachten is net het omgekeerde gaande. Voorheen bevatten hun handboeken een veelheid aan perspectieven, op basis waarvan leerlingen hun eigen oordeel konden vormen. Nu zijn onwelgevallige feiten uit de boeken verwijderd, en domineert het overheidsperspectief. Zelfs de krant South China Morning Post, die zich tegenwoordig hoedt voor kritiek op Beijing, oordeelde dat de aanpassing van de handboeken niet anders dan als censuur kan worden gezien.
Wat mogelijk meespeelt, is dat veel leerkrachten met de protesten sympathiseren. Maar volgens Tin staat een politieke mening professionaliteit niet in de weg. ‘Mijn studenten kennen mijn standpunt, en ik vertel hun dat ze juist omwille van mijn sterke mening extra kritisch moeten zijn tegenover wat ik zeg. Ik denk niet dat ze door mijn ideeën beïnvloed worden. In hun huiswerk nemen ze altijd een tegenovergesteld standpunt in. Dat is goed. Ik wil dat ze voor zichzelf leren denken.’
'Positieve waarden’
Het Hongkongse Bureau Onderwijs – vergelijkbaar met de Nederlandse Dienst Uitvoering Onderwijs – verwijst in reactie op vragen van de Volkskrant naar een standaardtekst. Daarin staat dat ‘het publiek bezorgd is over bevooroordeeld lesmateriaal’ en dat de studenten ‘positieve waarden’ moeten ontwikkelen. Op de vraag hoe het verwijderen van feitelijke informatie, zoals over het Tiananmen-bloedbad of de ontvoering van Hongkongse boekhandelaars, bij de doelstelling van neutraal onderwijs past, komt ondanks herhaaldelijk aandringen geen antwoord.
Volgens de Hongkongse leerkrachten zijn er nog steeds manieren om kritisch denken aan te leren, al moeten ze nu voorzichtiger zijn. ‘Als ik lesgeef over de rechtsstaat, deed ik dat tot nu toe met recente voorbeelden’, zegt Ngai. ‘Dit jaar ga ik minder gevoelige voorbeelden gebruiken, zoals het debat rond het homohuwelijk. Al heb ik het gevoel dat dat niet helemaal is wat studenten willen weten. Ze willen begrijpen wat er rondom hen gebeurt. Maar ik probeer op veilig te spelen.’
Ook Liu (31), leerkracht Vrije Studies aan een kunstschool, ziet mogelijkheden om de nieuwe beperkingen te omzeilen. Hij gebruikt vooral zijn eigen lesmateriaal. Maar hij maakt zich zorgen over de aangekondigde toename van inspecties. ‘Het Bureau Onderwijs wil steeds meer inzage in wat we doceren’, zegt hij. ‘Dat zorgt voor druk op de leerkrachten: als ze komen, wat presenteer je hun dan? Daar heerst enige angst rond in ons leerkrachtenteam.’
Sommige leerkrachten hebben het vak verlaten, omdat ze de politieke risico’s te groot vinden. Liu en Ngai daarentegen zijn meer dan ooit vastbesloten om te blijven doceren. ‘Ik maak me zorgen dat we in Hongkong steeds meer op het Chinese vasteland beginnen te lijken, en net daarom wil ik dit vak blijven geven’, zegt Liu. ‘Ik wil mijn bijdrage leveren om het verdwijnen van kritisch denken tegen te houden. Ik denk dat dat belangrijk is voor de toekomst van het Hongkongse onderwijs.’