Schipperen tussen handel en mensenrechten in Myanmar
Het gezicht van Aung San Suu Kyi staat vermoeid. Zwarte wallen ondermijnen haar ogen. Ze oogt frêle te midden van de protserige stoelen van de ontvangstkamer van haar ministerie. De dag moet nog beginnen, en na de Nederlandse minister van Buitenlandse Zaken, Bert Koenders, moet zij ook nog die van Oostenrijk en Luxemburg ontvangen. Gespannen kijkt zij in de lenzen van de fotografen.
Aan niets merk je dat ze gewend is met wereldleiders te verkeren. Pas als de boomlange Koenders met zijn gevolg naar binnen stapt, herneemt 'The Lady' zich. Een glimlach breekt door, en niet veel later is zij voor de klikkende camera's in een vriendelijk welkomsgesprekje verwikkeld.
Het gesprek in de hoofdstad Naypyidaw is de bekroning van een driedaags bezoek aan Myanmar, al is het niet de aanleiding. Koenders is in het land om na een afwezigheid van tientallen jaren weer een volwaardige Nederlandse ambassade te openen in de stad Yangon. 'Eindelijk mag ik weer eens een ambassade openen, in plaats van alleen maar te sluiten.'
De ambassade moet Nederland steviger voet aan de grond geven in 'een interessant land met 50 miljoen mensen', waar goede kansen liggen voor het bedrijfsleven en waar Nederland mooie dingen zal kunnen doen op het gebied van waterwerken en landbouw. Koenders: 'Daar hoor je als Nederland gewoon bij te zijn.'
Blijk van vertrouwen
De Nederlandse ambassade is bovendien een blijk van vertrouwen in het bewind van Suu Kyi. Vanuit de ambassade kan Nederland steun en advies geven aan de jonge regering van de Nobelprijswinnares, die Myanmar van de militaire dictatuur naar een democratie moet leiden. Dat is een lastig, uiterst complex en gevoelig proces, zegt Koenders na afloop van het gesprek. Het land heeft vijftig jaar onder een dictatuur geleefd, en dat zit nu in alle geledingen van het bestuur en de mensen.
Van buitenaf mag alles er eenvoudig uitzien, maar in de realiteit van Myanmar heb je te maken met een verleden waarmee je nog steeds rekening dient te houden. De militairen van weleer bijvoorbeeld, zijn op de achtergrond nog steeds nadrukkelijk aanwezig, en zien erop toe dat Aung San Suu Kyi met haar hervormingen niet te hard van stapel loopt. 'De Lady' moet daarom voortdurend schipperen tussen haar dadendrang en oude gevoeligheden.
De toon van zijn Myanmar-reis zette Koenders dinsdag met een bezoek aan de meest westelijke provincie van het land, Rakhine. Daar bezocht hij een vluchtelingenkamp waar tienduizenden Rohingya zitten, sinds boeddhistische meutes bij een reeks 'pogroms' in 2012 hun dorpen hebben verwoest. De Rohingya-moslimminderheid geldt als de 'meest vervolgde etnische groep ter wereld'. Rohingya worden door Myanmar niet als burgers erkend, zij mogen niet vrij door het land reizen en kunnen daardoor niet naar school en niet werken. Zij zitten feitelijk gevangen, aldus Koenders. 'Ik heb veel vluchtelingenkampen gezien, maar dit was echt een van de meest uitzichtloze.'
Maar daags daarna is de toon iets anders. Koenders probeert woensdag de nadruk van de mensenrechten naar de economie te verschuiven. Hij wil Aung San Suu Kyi duidelijk niet te hard aanspreken. De Nobelprijswinnares heeft internationaal veel kritiek geoogst, omdat zij te weinig zou hebben gedaan om de Rohingya te helpen. Maar ook dit blijkt complex en gevoelig te liggen. Zij kan niet eens het woord Rohingya gebruiken omdat dat haar te staan zal komen op de woede van haar achterban, zo gehaat zijn deze moslims.
'Dat is politiek', zegt zij daar laconiek over. 'Toon me een land dat geen problemen heeft met mensenrechten. Ik denk dat er in elk land altijd wel gedoe is rond mensenrechten. Ik neem mensenrechten heel erg serieus. We doen ons best.'