Schelden op het veld?
Tijdens de wedstrijd NAC - PSV maakte voetballer Jan Wouters zondag zijn tegenstander Yassine Abdellaoui uit voor 'kut-Marokkaan'. Doet schelden op het voetbalveld pijn, en heeft het iets met discriminatie van doen?...
Mustafa Yücedag, werkloos voetballer: 'Er bestaat een verschil tussen schelden en discrimineren. En wat dat verschil nou precies is, kan ik niet uitleggen. Dat voel je gewoon. Het gebeurt overigens niet alleen door de tegenstander, je merkt het ook bij je eigen club. Overal zijn er nu eenmaal jongens die jou niet mogen. Ik stoorde me er niet aan, want schelden doet geen zeer, ik lachte dus altijd maar wat. En als het te lang duurde, pakte ik ze soms terug. Dat hing een beetje van de omstandigheden af. Ik heb ook wel geklaagd bij de scheidsrechter, maar als zo'n man zelf niks heeft gehoord, kan ie ook niks doen. In Turkije heb ik bij Sarijer gespeeld, een club uit Istanbul. Daar riepen ze kaaskop tegen me. Vond ik ook niet erg. Wel erg is dat ik op het ogenblik helemaal niks hoor, omdat ik geen club heb. Ik heb bij Ajax gespeeld, bij FC Zwolle en bij De Graafschap. Ik ben pas 29 jaar, dus als er ergens een club nog een plaatsje heeft, houd ik me aanbevolen.'
John Lilipaly, PvdA-kamerlid en voormalig voetballer FC Vlissingen: 'Het publiek is een muur, dat kan je als voetballer uitschakelen. Een enkel scheldwoord in het vuur van het spel kan ik ook nog begrijpen. Maar als ze op het veld tegen me begonnen met: ''Vuile kanker-Molukker, ik schop je terug naar je land'', en ze bléven het zeggen, dan liet dat me niet onberoerd, hoe graag ik ook zou willen. Ik reageerde altijd door te proberen nòg beter te spelen. Dat is ook de enige manier. Daarom is het zo verschrikkelijk jammer wat Jan Wouters heeft gedaan. Als topvoetballer heb je een voorbeeldfunctie. Dan kun je dat soort dingen niet maken, zeker niet nu de spreekkoren op de tribunes net een beetje aan het verminderen zijn.'
Rob de Leede van de KNVB: 'Wij wachten eerst de verslagen van scheidsrechter Jol en de rapporteur af, voordat we iets doorsturen naar de tuchtcommissie. Maar de die kan ook zonder een verzoek van ons een onderzoek doen. Dat gebeurt bijvoorbeeld als er een aanklacht door een speler wordt ingediend, of als de commissie een onderzoek nodig acht, naar aanleiding van berichten in de pers. Wij nemen dit in elk geval serieus, want de KNVB wil de velden cleaner maken. Zaterdagavond of zondagmiddag naar het voetballen gaan, dat moet een uitje worden waar ook vrouwen en kinderen aan kunnen deelnemen. In dat opzicht kan deze publiciteit absoluut geen kwaad.'
Bennie Muller, voormalig Ajacied: 'In mijn tijd werden we vaak uitgescholden voor vuile jood en weet ik wat nog meer. Sjaak Swart en ik hebben er met tegenstanders wat ruzie over gemaakt. Jan Jongbloed heeft mij in de jaren zestig eens uitgescholden. Daar heeft ie een flinke douw voor gekregen van de KNVB, maar dat was toch anders, dat waren antisemitische opmerkingen. Van Jan Wouters schrik ik wel, want ik ken hem als een aardige jongen. Ik kan me niet voorstellen dat hij een racist is. Op de televisie zag ik dat hij het veld werd uitgestuurd. Ik dacht dat het vanwege zijn tweede gele kaart was. Hij zal best wat gezegd hebben, want als je kwaad bent zeg je in het veld al gauw klootzak of hondelul. Dat gebeurt tientallen keren per week. Dat hoort ook een beetje bij het spel. Dan is het op de tribune veel erger. Ik ben in de rust nog eens weggelopen, omdat ik het niet meer kon verdragen. Laten ze dat eens aanpakken, want het komt van de netste mensen. Ik heb eens met een dokter op de tribune gezeten. Die man maakte het zo erg dat de mensen hem tot rust moesten manen.'
Jaap Pool, grensrechter betaald voetbal: 'In de rust praten we altijd even bij. Bijzonderheden over spelers, het publiek, de onderlinge communicatie. ''Hou de nummers tien en twee in de gaten: die liggen elkaar niet.'' Wat mij in het betaald voetbal wel opvalt, is dat er door de spelers minder op elkaar wordt gescholden dan in het amateurvoetbal. Beroepsvoetballers hebben toch meer professioneel respect voor elkaar. Net zo goed als het mijn indruk is dat het gescheld door het publiek naar een gekleurde speler ook minder is geworden. Sommige supporters doen het nog wel, maar dat is vaak een poging om lollig over te komen. Misschien schelden ze nog het meest op de grensrechter. Hoewel ik dat niet eens zeker weet, want wij hebben geleerd alle opmerkingen het ene oor in en het andere uit te laten gaan.'
Hans Heus, sportfotograaf: 'Ik zou niet weten of de spelers onderling veel tegen elkaar schelden. Daarvoor zoek ik tegenwoordig te veel een beetje de buitenkant van het veld op. Achter het doel heb ik te veel koffiebekertjes met supporters-pis naar me toe gekregen om het nog leuk te vinden. In het begin zei ik wel eens wat terug. Bij Ajax-Sparta werd er door een supporter naar me gespuwd. Ik liep naar hem toe achter het hek. ''Kutfotograaf'', zei die. Ik spuugde terug en maakte dat ik wegkwam. De volgende week zag ik hem weer, met een groepje vrienden. Ik dacht: nu zullen we het krijgen. Maar ik kreeg niks. Integendeel. Ik werd zelfs hartelijk toegezwaaid.'
Gijs Zandbergen