Samkalden worstelde met lastige stad
Dat Kabouter-raadsleden in 1970 een stickie rookten in de raadszaal, viel niet goed bij de donderdag gestorven Samkalden. Hij was in de roerige jaren zeventig burgemeester van Amsterdam en toonde zich wars van alternatief gedrag....
EEN evenwichtig man met een sterk gevoel voor rechtvaardigheid en eerlijkheid. Een harde werker. Scherp en systematisch denker, behept met een gevoel voor humor en gevoel voor betrekkelijkheid. De kwalificaties zijn van toepassing op dr Ivo Samkalden, donderdag op 82-jarige leeftijd overleden. Twee keer minister van Justitie, tien jaar, van 1967 tot 1977, burgemeester van Amsterdam. In een periode waarin de stad lastiger was dan menigeen voor mogelijk hield.
Ivo Samkalden werd geboren in Rotterdam op 10 augustus 1912. Hij was hoogleraar in Leiden en Wageningen, minister van Justitie in het laatste kabinet Drees (1956-'58) en in het kabinet Cals (1965-'66). Zijn schoonvader, de rechtsgeleerde prof. E. M. Meijers, een van de belangrijkste juristen die Nederland deze eeuw heeft voortgebracht, had een bijzondere intellectuele invloed op hem.
Samkalden was als minister van Justitie in het kabinet Cals in 1966 verantwoordelijk voor de 'strafonderbreking' van één van de vier oorlogsmisdadigers die in Breda gevangen zaten. Willy Lages, de vroegere chef van de Sicherheitsdienst in Amsterdam, leed aan kanker en verwacht werd dat de man die verantwoordelijk was voor de vele razzia's op joden spoedig zou sterven. Pas vijf jaar na zijn strafonderbreking overleed Lages.
De anderhalf jaar dat Samkalden in het kabinet Cals minister van Justitie was, waren beslissend voor zijn carrière. In juni 1966, twee dagen na de zogeheten bouwvak-opstand in Amsterdam, hield Samkalden in de Kamer een gloedvol betoog over recht en vrijheid. De kamerleden luisterden doodstil toe en beloonden de minister na zijn rede met een klaterend applaus: zeer ongewoon in de vaderlandse parlementaire geschiedenis.
Tussen 1967 en 1977 was Samkalden burgemeester van Amsterdam. Hij volgde Gijs van Hall op, die was stukgelopen op de kleine revoltes en de vele woelingen in de stad ten tijden van Provo. Samkalden werd geconfronteerd met de naweeën van het Provo-tijdperk en het huwelijk van Beatrix en Claus. Met de bezetting door studenten van het Maagdenhuis in 1969, en de vijf raadsleden van de Kabouterpartij die in 1970 bij hun installatie demonstratief een stickie begonnen te roken. Ze konden direct inrukken. Van alternatief gedrag was Samkalden wars.
Zwaar had Samkalden het bij de rellen in 1975 in de Nieuwmarktbuurt tijdens de bouw van de metrolijn in Amsterdam. Voor de actievoerders waren burgemeester Samkalden en wethouder Lammers de personificatie van het Gezag versus het Protest. In een interview in de Haagse Post gaf hij aan het eind van zijn burgemeesterschap toe de Nieuwmarktproblematiek niet helemaal goed te hebben ingeschat. 'Achteraf gezien zeg ik dat de fout is geweest dat we het te veel op zijn beloop hebben gelaten.' Hij zou eraan toevoegen: 'Democratie is niet de gemakkelijkste wijze van regeren.'
In dezelfde tijd ontstond er een scheuring in het college van B en W. Lammers en Van Duyn verdwenen als wethouder. De verdeeldheid in de Amsterdamse PvdA vormde nog een extra probleem. Samkalden merkte daarover op: 'Vroeger had je in de PvdA toch het gevoel, ook als je een verschil van inzicht had, dat je ergens mee verbonden was.' Maar er waren in het begin van de jaren zeventig ook meer vreugdevolle momenten: Samkalden samen met Johan Cruyff en de Europacup voor landskampioenen. Drie keer op rij.
Hij werd in een portret dat de Haagse Post in 1972 publiceerde, omschreven als een een buitengewoon scherpzinnig, maar ook gesloten man, als iemand met 'elementen van een prima donna, als een kamergeleerde èn practicus'. Zijn dochter Noor zei ooit over haar vader: 'Hij heeft eigenlijk maar één fout, hij werkt te hard.' Ex-wethouder Han Lammers noemde hem 'een lastige Amsterdammer, die ook de lastige problemen van de stad niet tot een oplossing heeft kunnen brengen.' Over zichzelf merkte hij op: 'Je mag jezelf niet prijzen.'
Peter van den Berg