Russische oliebaronnen voorzien sociale ramp

Een aantal Russische oliemaatschappijen heeft de regering gisteren via een open brief onder druk gezet terug te komen van de belastingmaatregelen die zij heeft afgekondigd om de financiële crisis het hoofd te bieden....

BERT LANTING

Van onze correspondent

Bert Lanting

MOSKOU

Het is voor het eerst dat de olie-tycoons, onder wie de topmannen van Lukoil, Yukos en Sidanko, zich zo openlijk tegen het regeringsbeleid uitspreken.

Volgens de zeven oliemaatschappijen, die samen goed zijn voor 90 procent van de olieproductie in Rusland, heeft de regering zich te zwaar onder druk laten zetten door het Internationaal Monetair Fonds (IMF) in de hoop een noodkrediet te krijgen. De oliebaronnen noemen het beleid van het IMF 'onredelijk en onverantwoordelijk'.

'Wij geloven dat het werk van de regering binnen de komende twee maanden onherstelbare sociale en economisch gevolgen zal hebben', waarschuwen de oliebaronnen in hun brief aan de regering.

Met hun boodschap spelen de oliemaatschappijen duidelijk in op de onvrede onder de bevolking over de reeks van impopulaire maatregelen die de regering het afgelopen weekeinde heeft afgekondigd om de begroting op orde te krijgen.

Zo heeft de regering de invoerbelasting op vrijwel alle producten verhoogd en een omzetbelasting ingevoerd, die alle burgers zal treffen.

Gisteren kwam daar nog een maatregel bij: voortaan zullen alle werknemers twee procent meer van hun loon aan het pensioenfonds moeten bijdragen. Volgens de regering is die maatregel nodig om de enorme tekorten in het pensioenfonds aan te vullen en ervoor te zorgen dat de pensioentrekkers hun uitkering eindelijk op tijd krijgen.

De regering kondigde de maatregelen af nadat het parlement een deel van het anti-crisispakket had afgewezen.

Zonder de extra maatregelen zou het noodkrediet dat het IMF Rusland beloofd heeft, in gevaar zijn gekomen. Uit onvrede over de weigerachtige opstelling van het parlement besloot het IMF begin deze week een deel van het beloofde geld voorlopig achter te houden.

De noodwetten hebben al kritiek uitgelokt van vooraanstaande parlementariërs. Volgens hen zijn president Jeltsin en de regering daarmee buiten hun boekje gegaan, krachtens de grondwet.

Het ironische is dat de oliebaronnen van oudsher op gespannen voet staan met de linkse oppositie in het parlement. Kennelijk hebben zij besloten dat het nu tijd is één front met de oppositie te vormen om te proberen de maatregelen van de regering-Kirijenko te torpederen.

De oliebaronnen zijn vooral ontstemd over Jeltsins besluit zijn veto uit te spreken over een verlaging van de olie-accijnzen.

Volgens de oliemaatschappijen is die nodig om hun verliezen door de daling van de olieprijzen op de wereldmarkt te compenseren, maar de Russische regering zegt dat zij zich die concessie niet meer kan veroorloven nu het parlement een gat heeft geslagen in de begroting.

Sommige waarnemers vermoeden dat de oliebaronnen erop uit zijn het hele anti-crisispakket van de regering-Kirijenko te torpederen. In dat geval wordt een devaluatie van de roebel onvermijdelijk. Dat zou in het voordeel zijn van de olie-exporteurs, die immers in dollars betaald krijgen voor hun olie.

In een poging de oppositie de wind uit de zeilen te nemen, besloot president Jeltsin gisteren de communistische afgevaardigde Masljoekov tot minister van handel en industrie te benoemen. Met de benoeming van Masljoekov, die ooit directeur was van het Sovjet-Planburo, hoopt Jeltsin de politieke basis van het kabinet te verstevigen.

Wilt u belangrijke informatie delen met de Volkskrant?

Tip hier onze journalisten


Op alle verhalen van de Volkskrant rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright @volkskrant.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden