Nieuws
Rol politie na gezinsmoord met dienstwapen nooit onderzocht
De Rijksrecherche en de Inspectie Justitie en Veiligheid hebben geweigerd om de rol van de politie te onderzoeken in de zaak rond een undercoveragent met ptss uit Dordrecht. Dat blijkt uit onderzoek van de Volkskrant. De politieman schoot zichzelf en zijn gezin thuis dood met zijn eigen dienstwapen, in september 2019.
De Rijksrecherche moest na de drievoudige familiemoord onderzoek doen naar ‘goed werkgeverschap’ van de politie, omdat de undercoveragent – met wie het steeds slechter ging – toch kon beschikken over zijn dienstwapen. De Rijksrecherche besloot de kwestie echter door te schuiven naar de Inspectie, maar ook die weigerde om het onderzoek te verrichten, omdat dit niet tot haar ‘primaire werkproces’ zou behoren.
Uiteindelijk werd het onderzoek nooit uitgevoerd. De Rijksrecherche zegt hier nu ‘verbaasd’ over te zijn.
Margarita Gressmann, moeder en oma van de slachtoffers en schoonmoeder van de agent, deed deze week aangifte tegen de politie en de staat wegens dood door schuld. Ze vindt dat de politie nalatig handelde door de agent zijn dienstwapen te verstrekken. Volgens haar advocaat Ruth Jager stonden alle seinen op ‘vuurrood’, mede vanwege een op handen zijnde scheiding en alle financiële gevolgen daarvan. De politie, stelt ze, wist dat de agent ‘voldeed aan een waslijst van kenmerken die een groot risico op onder meer suïcide en moord met zich mee konden brengen’.
Voorzitter Jan Struijs van de Politiebond vindt dat het onderzoek alsnog moet worden gedaan. ‘Het is ons destijds toegezegd. We moeten echt meer inzicht krijgen in de vraag waarom het zo mis kon gaan. We moeten hiervan willen leren.’
Geen alarm
De 35-jarige Wendell Cardoze liep in 2019 ’s avonds onverzorgd en op badslippers het politiebureau in Dordrecht binnen om zijn dienstwapen op te halen. Een collega twijfelde of hij wel agent was, maar sloeg geen alarm. Eenmaal thuis schoot Cardoze zijn vrouw en zijn dochters van 8 en 12 dood. Zijn eigen collega’s vielen zijn huis binnen en werden getuige van het bloedbad dat hij had aangericht.
Nabestaande Gressmann verwijt de politie en de Nederlandse staat ook dat zij hebben nagelaten uniforme richtlijnen in te voeren voor het innemen van dienstwapens bij agenten in psychische nood. Toenmalig Justitieminister Stef Blok zegde dit in 2017 toe aan de Kamer, na herhaaldelijk aandringen van wetenschappers.
Het innemen van dienstwapens ligt extreem gevoelig bij agenten. Een uniforme werkwijze is daarom volgens deskundigen van belang: een ‘praktische handleiding’ zou tot minder suïcides kunnen leiden. In vier documenten die volgens de politie de richtlijn behelzen, staat echter alleen dat het wapen kan worden ingenomen als agenten ‘bijvoorbeeld tijdelijk niet kunnen functioneren in stressvolle en geweldssituaties’. Specifieke instructies voor de inname van dienstwapens ontbreken.
‘Niet te veel protocolliseren’
In een reactie zegt een politiewoordvoerder dat dit wel degelijk een uniforme richtlijn is. ‘Een werkgroep heeft geconcludeerd dat het innameproces zo sluitend is’, stelt hij. ‘Je moet niet te veel protocolliseren, want daarmee kun je ook allerlei scenario’s uitsluiten.’ Hij stelt dat teamchefs niet bang zijn om te handelen. ‘Volgens de korpspsycholoog worden wapens vaak te snel ingenomen, omdat leidinggevenden denken dat er iets is met die collega.’
‘Zijn dit dan de handvatten waarmee een politiechef een wapen in kan nemen?’, zegt advocaat Jager. ‘Er zit geen enkele aanwijzing in hoe je dit moet doen. Iedereen kan zien dat dit niet is wat de onderzoekers en minister Blok voor ogen hadden.’ Uit een document dat de politie met de Volkskrant deelt blijkt bovendien dat operationele chefs en casemanagers ptss van de politie in februari 2021 nog hebben aangedrongen op ‘een standaard werkwijze voor het innemen van dienstwapens wanneer politiemedewerkers ziek worden’.
Struijs van de Politiebond zegt dat veel teamchefs het huidige beleid voor wapeninname niet ervaren als een eenduidige richtlijn. ‘Iedereen handelt naar eigen inzicht’, stelt hij. ‘Er is geen rode draad. Er is nog steeds sprake van een grijs gebied als een teamchef moet bepalen of een agent zijn wapen moet inleveren. Het is ontzettend belangrijk dat deze regels er komen. Politie is een hoogrisicoberoep. Daarbij hoort dat je het mentale welzijn van je mensen goed in de gaten houdt.’