Roel Boomstra kan óók omsingelen

Boomstra - Van Dusseldorp

NK 2010

1.33-29 19-23 2.35-30 20-25 3.40-35 14-20 4.38-33 10-14 5.42-38 5-10 6.30-24 17-22 7.44-40 11-17 8.32-28 23x32 9.37x28 16-21 10.41-37 21-27 11.28-23 6-11 12.50-44 25-30

De inleiding tot een 2x2-ruil die de verdediger tot aanvaller maakt, en andersom.

13.34x25 13-19 14.24x13 8x28 15.35-30 20-24 16.30x19 14x34 17.40x29 9-13 18.45-40 10-14 19.40-34 4-9 20.44-40 2-8 21.40-35 14-20 22.25x14 9x20 23.35-30 20-25 24.48-42 3-9

Zie diagram 1

25.46-41

De geladen positie die inmiddels op het bord prijkt, laat zich dermate moeilijk doorgronden dat een zekere terughoudendheid geboden is. Mijn eerste indruk is evenwel dat de tekstzet beter door (direct) 25.31-26 of 25.30-24 vervangen had kunnen worden.

25...18-23! 26.29x18 12x23 27.31-26

Zou Boomstra wellicht te laat hebben zien aankomen dat wit behalve 27.33-29?? (27...28-33!, 28...13x33! en 29...27-32 +) evenmin 27.30-24? mag spelen wegens 27...17-21!! met winst voor zwart, ongeacht of wit met 28.31-26 15-20! + of met 28.33-29 21-26! 29.29x18 28-32 + vervolgt? Dat vermoeden dringt zich op wanneer men bedenkt dat zwart nu met 27...13-19! of 27...15-20! schijf 30 de pas had kunnen afsnijden. Na beide voortzettingen had wit het van het tijdelijke offer 28.36-31(!) 27x36 29.33-29 moeten hebben, wat met name in geval van 27...15-20 tot chaotische taferelen had kunnen leiden.

Maar zo 25.46-41 al een vraagteken verdiende, dan wordt die fout door Van Dusseldorps volgende zet weer geheel teniet gedaan:

27...9-14? (roept onbedoeld groot onheil over zich af) 28.30-24!

Forceert de winst. Tegen de dreiging 29.24-20!, 30.34-29, 31.39x10 en 32.38-32 + vormt ook 28...13-18 geen afdoende parade. En 28...14-20 zou zwart na 29.33-29! 7-12 30.29x16 20x40 31.39-34 en 32.38-32 op het verlies van twee schijven komen te staan. Dus:

28...14-19 29.36-31! (eerst zo) 29...19x30 30.33-29 27x36 31.29x9 17-21 (in plaats van capituleren) 32.26x6 28-33 33.39x17 30x48 34.49-43(!)

Zwart geeft het op.

Tot slot moet ik nog even terugkomen op de rubriek van veertien dagen geleden. Daaruit was namelijk door onbekende oorzaak (laten we het maar op een bedrijfsongevalletje houden) een hele alinea weggevallen, als gevolg waarvan het verloop van de partij Boomstra-Baljakin alleen voor de hoogbegaafde lezer nog te reconstrueren was. Omdat we hier echter met de krant voor het volk van doen hebben, laat ik de beslissende fase van de bedoelde partij nogmaals de revue passeren. We komen er in na de 33ste zet van Baljakin:

Zie diagram 2

34.33-29

Een begrijpelijke poging de druk op de witte stand te verlichten. Toch stel ik mij voor dat Boomstra’s tegenstander zich meer zorgen maakte om het brutale 34.30-25 22-27 35.32x21 16x27 36.39-34. Zwart zal dan immers op enig moment een volle schijf in zijn aanval moeten steken, want 24 lijkt niet meer te houden, ook niet na 36...4-10 37.43-39!!? 12-18 38.34-29 10-15 39.29x20 15x24 40.39-34 19-23 41.44-40.

34...24x33 35.39x28 22x33 36.38x29 12-18 37.30-24 19x30 38.35x24 17-21 39.43-38?

Als zwart na 39.44-39! hetzelfde plan volgt als in de partij, kan wit zich waarschijnlijk nog nét redden. Na de tekstzet daarentegen is Baljakin niet meer van de winst af te houden:

39...18-22! 40.38-33 14-19! 41.24x13 9x18 42.45-40 21-27! 43.32x21 16x27 44.40-34 27-31! 45.42-38 31x42 46.38x47 26-31! 47.34-30 31-37! 48.30-24 22-27!

Wit geeft het op. Met 44 op 43 zou 49.33-28! nog remise zijn geweest. Maar onder de gegeven omstandigheden komt die zet niet in aanmerking wegens 49...27-32! 50.28-23 18-22 en 51...32-38 +. En ook na andere voortzettingen wint zwart op z’n minst door overmacht.