'Risico's missie tegen IS beperkt'
De risico's van de missie tegen Islamitische Staat (IS) in Irak zijn beperkt, zowel in Nederland als voor de deelnemende militairen. Dat stelden de Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en Veiligheid (NTCV) en de Commandant der Strijdkrachten vandaag in de Tweede Kamer.
De kans op een terroristische aanslag in ons land is door deelname aan de internationale coalitie 'ietsje groter' geworden, verklaarde terreurbestrijder Dick Schoof. 'Maar dit moeten we niet overdrijven.' Door aan de strijd mee te doen is Nederland iets meer in beeld bij de jihadisten, maar er is geen concrete dreiging.
Volgens Schoof hoeven mensen niet ongerust te zijn. Dat is 'niet nodig en helpt ons allemaal niet'. Generaal Tom Middendorp wees in dat kader erop dat de richtlijn aan militairen om het uniform niet in het openbaar te dragen, een preventieve maatregel is die in het verleden zoals bij de Kosovo-oorlog in 1999 ook al werd ingesteld. 'Dat moeten we niet groter maken dan het is.'
Beperkt risico voor Nederlandse militairen
Volgens de Commandant der Strijdkrachten is het risico dat Nederlandse militairen lopen bij de missie beperkt. Nederland stuurt acht F-16's, waarvan twee reservetoestellen, met 250 man personeel naar een basis in vermoedelijk Jordanië. Verder worden nog eens 130 man, onder wie special forces, ingezet voor het trainen van het Iraakse leger.
IS heeft enkele helikopters neergeschoten, maar beschikt volgens Middendorp niet over de middelen om gevechtsvliegtuigen op grote hoogte neer te halen. Amerikaanse en Franse vliegtuigen hebben tijdens hun acties tot nu toe geen enkele hinder ondervonden, aldus 's lands hoogste militair.
Voor de militaire trainers bestaat volgens hem een 'beperkte kans' op ontvoering, incidentele aanslagen of dat ze betrokken raken bij andere incidenten. Maar ze trainen op beveiligde locaties en de verplaatsingen van de teams worden beperkt.
Zelfverdediging
De Nederlandse inzet blijft beperkt tot Irak omdat er naar het oordeel van het kabinet voor een interventie in Syrië geen internationale juridische basis bestaat. Alleen in geval van zelfverdediging mogen Nederlandse F-16's doelen in Syrië aanvallen, liet Middendorp weten.
In de Tweede Kamer is een grote meerderheid voor de missie, die maximaal een jaar duurt en 150 miljoen euro kost. Donderdag spreken Kamerleden opnieuw over de missie.