Reisregels in trein wellicht soepeler
De NS overweegt de regels voor de kaartverkoop in de trein te versoepelen. De spoorwegen willen gehandicapten vrijstellen van het hoge treintarief omdat ze vaak niet bij de kaartjesautomaat kunnen....
Van onze verslaggever
AMSTERDAM
Ook hoeven treinreizigers die op het station voor een dicht loket komen te staan en vervolgens met een kapotte automaat te maken krijgen, in de toekomst niet meer het veel hogere treintarief te betalen. Volgens de NS gaat het nog om voorstellen. De ondernemingsraad moet er nog advies over uitbrengen.
De spoorwegen benadrukken dat de reisregels in principe blijven zoals ze zijn. Het enorme verschil in prijs tussen een in de trein gekocht kaartje of een kaartje dat aan het loket is betaald, blijft dus gewoon bestaan, aldus een woordvoerder van de NS. 'We bekijken alleen of sommige regels wat minder bureaucratisch kunnen. Iemand die bijvoorbeeld een kaartje in de trein moet kopen omdat dat op het station niet mogelijk was, krijgt nu zijn te veel betaalde geld na een paar weken terug. Dat is nogal omslachtig. Straks kan de conducteur dat ter plekke afhandelen.'
De suggestie dat de regels nu worden versoepeld omdat het personeel te vaak met agressieve klanten te maken krijgt, is volgens de woordvoerder niet juist. 'De afgelopen jaren is het aantal meldingen stabiel gebleven, zo rond de duizend per jaar.'
Van die duizend meldingen wordt 60 procent veroorzaakt door zwartrijders. In 85 tot 90 procent van de gevallen betreft het verbaal geweld. 'Vaak zijn het mensen die onder invloed zijn en direct beginnen te schelden. Het blijft abnormaal dat mensen zo agressief reageren, maar dat is voor ons geen reden ons beleid te veranderen.' De NS vervoert jaarlijks ongeveer 365 miljoen treinreizigers.
De spoorwegen besteden jaarlijks zo'n 60 miljoen gulden aan de bestrijding van agressie. De NS voerde het verhoogde tarief voor in de trein gekochte kaartjes in 1994 in, tegelijk met de introductie van toegangscontroles op stations en andere maatregelen om zwartrijden terug te dringen. Volgens cijfers van de NS leidde dat tot een forse daling van het aantal passagiers zonder vervoerbewijs.
Vóór 1994 verkochten de spoorwegen per jaar zo'n vierhonderdduizend kaartjes in de trein, sindsdien zijn dat er veertigduizend. 'We denken het zwartrijden daarmee fors te hebben teruggedrongen. Vroeger namen mensen vooral op kortere trajecten de gok geen kaartje te kopen. Kwam er geen controle, dan reisden ze voor niks en als ze werden gesnapt, betaalden ze niets extra.'
