Rathenau Instituut: Gemeenten delen informatie over verbeteringen in zorg niet goed met elkaar
De wetenschappelijke onderbouwing van hoe gemeenten zorg en hulp bieden aan hun inwoners staat onder druk. De kennis over gezondheidszorgvraagstukken dreigt versnipperd te raken, nu de gemeenten sinds 2015 verantwoordelijk zijn voor onder meer jeugdhulp en ondersteuning en begeleiding van hulpbehoevenden.
Nu elke gemeente een eigen beleid kan voeren, hebben kennisinstituten als het RIVM en het Trimbos Instituut niet langer een landelijk overzicht.
Dit concludeert het Rathenau Instituut in het rapport Gezond Verstand, dat vandaag wordt gepubliceerd. 'De kwaliteit van zorg komt in het gedrang wanneer praktijk en beleid niet langer worden gestaafd door wetenschappelijk onderzoek', zegt directeur Melanie Peters van het Rathenau Instituut.
Voorheen werd beleid vooral centraal gemaakt en werd de effectiviteit van een bepaalde aanpak getoetst door kennisinstituten. Nu maakt elke gemeente haar eigen beleid, bijvoorbeeld gebaseerd op de bevolkingssamenstelling van de gemeente: de ene stopt meer energie in armoedebestrijding, in een andere gemeente speelt vergrijzing een grotere rol.
Risico
Het risico neemt toe dat diverse gemeenten vergelijkbare onderzoeken doen en dat ze de uitkomsten niet met elkaar delen, aldus het instituut. Daardoor zou het kunnen voorkomen dat in een gemeente al duidelijk is geworden dat een bepaalde aanpak niet effectief is, maar een andere gemeente daarmee doorgaat omdat die geen weet heeft van die conclusie.
Peters geeft als voorbeeld een gemeente die een consultant inhuurde met de vraag hoe huiselijk geweld aan te pakken. 'Die schreef vervolgens een nota 'huiselijk geweld' en ontwikkelde een training voor ambtenaren. Maar kan deze consultant als zzp'er ook zorgen voor een juiste, brede verspreiding van inzichten uit de praktijk? Dit is traditioneel een taak van landelijke, publieke kennisorganisaties.'
Publieke kennisorganisaties doen onderzoek ten dienste van de maatschappij. Op het gebied van de volksgezondheid zijn vier (grotendeels) door de overheid betaalde landelijke onderzoeksinstituten betrokken in dit onderzoek: het Rijksinstituut voor Gezondheid en Milieu (RIVM), het Trimbos Instituut voor onder meer verslavingsproblematiek, het kennisinstituut voor langdurige zorg Vilans en NIVEL, het onderzoeksinstituut voor de gezondheidszorg. Onderzoek van deze kennisorganisaties draagt bij aan effectieve zorg.
Geen aansluiting
Maar het Rathenau Instituut constateert dat de vragen waarmee de gemeenten zitten en het aanbod van deze organisaties vaak niet op elkaar aansluiten. Het is bijvoorbeeld niet duidelijk of de gemeenten zelf zouden moeten betalen als zij onderzoek willen naar een bepaalde aanpak. Daarnaast zijn de kennisorganisaties georganiseerd op thema terwijl van gemeenten juist een integrale aanpak van problemen wordt verwacht. Andere meer lokaal gerichte onderzoeksinstellingen springen in dit gat.
Het is, aldus de onderzoekers, onduidelijk wie verantwoordelijk is voor zo'n gedeelde kennisbasis van het gemeentelijke zorgbeleid. Het Rathenau Instituut ziet daarin een rol voor het ministerie van Volksgezondheid.
De Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) herkent zich in de analyse van het Rathenau Instituut, laat een VNG-woordvoerder weten. 'Gemeenten vinden het belangrijk dat kwaliteit van hulp en zorgverlening verbonden is met wetenschap. Wij willen bijvoorbeeld graag dat wordt onderzocht of de lokale gemeentelijke aanpak effectief is. Landelijke kenniscentra moeten een slag maken naar deze nieuwe situatie.'