Nieuwsalgenschuim
Rapport: zeeschuim belangrijkste verklaring surfdrama Scheveningen
De dikke schuimlaag die zich had gevormd voor het Scheveningse strand lijkt de belangrijkste verklaring voor het ongeluk in mei waarbij vijf surfers de dood vonden. Dat meldt de gemeente Den Haag op basis van rapportages van hulpdiensten, het OM, het KNMI en het Koninklijk Nederlands Instituut voor het Onderzoek der Zee (NIOZ). Het Openbaar Ministerie spreekt van een ongelukkige samenloop van omstandigheden.
Het metershoge zeeschuim is waarschijnlijk ontstaan door een uitzonderlijke combinatie van een grote hoeveelheid algenresten en een harde wind uit het noord-noordoosten, zeggen onderzoekers. Uit hun rapport blijkt dat zich vanaf eind april een grote hoeveelheid schuim had verzameld in de hoek van het noordelijk havenhoofd en het Scheveningse strand. Eerder was door veel zon een sterke algengroei ontstaan. In de dagen voor het ongeluk nam de bloei af en kwamen veel algenresten vrij in zee.
Op de dag van het drama stond er een harde wind – noord-noordoost, windkracht 7 - min of meer parallel aan de kust. De wind dreef het schuim naar het zuiden, waardoor het zich ophoopte bij het havenhoofd. Aan het begin van de avond draaide de wind iets meer naar het noorden en veranderde de stroming, waardoor het opgehoopte schuim zich ging verplaatsen.
De wetenschappers doen geen uitspraak over de mogelijkheid dat de surfers zijn gestikt in het plakkerige schuim. Gevallen waarbij dat mensen is overkomen zijn niet bekend. De schuimalg maakt een stof (dimethylsulfide) aan die onaangenaam kan ruiken, maar niet giftig is. Blootstelling aan grote concentraties van sommige algen kan leiden tot afbraak van bloedcellen bij de mens, maar daar is bij de algensoort in Scheveningen geen sprake van. Surfers zeggen dat je gedesoriënteerd kunt raken als je door een dikke laag schuim wordt bedekt.
Het schuim was afkomstig van een algensoort die normaal voorkomt in de Noordzee en in het voorjaar tot bloei komt, zegt onderzoeker Katja Philippart van het Koninkijk Nederlands Instituut voor Onderzoek der Zee (NIOZ). Aan het einde van de bloeiperiode vallen bolletjes van de algencellen uit elkaar en komt er een eiwitachtig restmateriaal vrij dat door wind en golfslag wordt opgeklopt tot een geelachtig schuim dat op het water blijft drijven.
De algen leven in zee als solitaire cellen of in slijmachtige kolonies, zegt Philippart, die het onderzoek coördineerde. Om die kolonies te vormen zijn veel zonlicht en veel voedingstoffen – stikstof en fosfaat – nodig. Begin mei waren de omstandigheden zodanig dat de algencellen in kolonies groeiden en een grote biomassa bereikten. Uit metingen die elders zijn gedaan blijkt dat de hoeveelheid algencellen in het zeewater dit jaar vier keer zo groot was als tijdens de gemiddelde piek in de afgelopen tien jaar.
Bij het Scheveningse strand kwamen op 11 mei vijf surfers om het leven. Twee mannen uit Den Haag bezweken toen ze aan de kant waren gehaald, twee lichamen werden een dag later geborgen. Het stoffelijk overschot van de vijfde surfer werd donderdag gevonden.
Meer over het ongeluk in Scheveningen
Ook na het drama blijft de zee lonken: surfers zoeken in Scheveningen weer de golven op
Bedachtzaam maar vastbesloten zoeken watersporters in Scheveningen weer de golven op. Maandag kwamen hier vijf surfers om het leven. Vijf nieuwe namen die in steen gebeiteld zullen worden omdat zij niet terugkeerden van zee.
Kwam het door het schuim, de harde noordenwind, de hoge golven?
Het drama dat aan vijf jonge surfers het leven kostte is hard aangekomen in Scheveningen. Werden de hoge golven hen fataal of de metersdikke schuimlaag op zee? ‘Deze mensen wisten echt wel wat ze deden.’