Van Dantzig heeft zich tot op het laatst bemoeid met het publieke debat. De afgelopen jaren liet hij zijn stem nog geregeld horen tegen de mishandeling van kinderen en de falende maatschappelijke zorg.

Andries van Dantzig studeerde medicijnen en specialiseerde zich in de psychiatrie aan de Universiteit van Amsterdam. In 1952 vestigde hij zich als psychiater. Dertien jaar later promoveerde hij.

Als voorzitter van Reflectie- en Actiegroep Aanpak Kindermishandeling (RAAK) noemde hij de behandelingen en therapieën in de jeugdhulpverlening primitief in de discussie rond het drama van de dood van de peuter Savanna.

Volgens Van Dantzig bleef veel geestelijk lijden ongezien. Hoewel iedereen recht heeft op elke vorm van geestelijke gezondheidszorg, zouden om financiële redenen alleen de ernstigste problemen worden behandeld.

De hoogleraar psychotherapie werd bekend bij het grote publiek met zijn boek Normaal is niet gewoon.

Van Dantzig was onder meer hoofd van de polikliniek van de psychiatrische kliniek van de Universiteit van Amsterdam, directeur van het Instituut voor Multidisciplinaire Psychotherapie in Amsterdam en buitengewoon hoogleraar in de psychotherapie.