Premier Rajoy probeert Europa's 'mannen in het zwart' te bezweren
MADRID - Als verwarring een teken is van beginnende paniek, dan verliest Spanje in rap tempo zijn zenuwen. De ondergang van de spaarbank Bankia, die de staat zeker 24 miljard euro gaat kosten, heeft in het land geleid tot een verstikkende sfeer. Op straat en in de metro, overal eigenlijk, gaat het alleen nog maar over geld, de banken, de toekomst en Angela Merkel. En over een dreigend failliet. 'De hombres de negro komen niet naar Spanje', probeerde Cristóbal Montoro, de Spaanse minister van Belastingen de onrust te kalmeren. In Spanje is het gebruik dat de incassobureaus hombres de negro- mannen in zwarte pakken - sturen om achterstallige betalingen te innen. Ook doodsgravers gaan hier zwart gekleed.
Spanje ligt in de frontlinies van de Europese financiële en economische crisis en niemand weet hoe de strijd zal aflopen. Iedereen is ervan doordrongen: als wij vallen, valt de euro; valt Europa, dan is de kans groot dat de wereldeconomie in een depressie wordt geduwd die zijn weerga niet kent.
De conservatieve premier Mariano Rajoy vindt dat zijn regering niet in de kou mag blijven staan. Zijn kabinet voert een ambitieus bezuinigingsprogramma uit, maar in plaats van beloond te worden voor alle inspanningen, raakt de Spaanse economie alleen maar verder in het slop. De rentepremie voor de Spaanse staatsobligaties blijft onveranderd op een niveau dat op de langere termijn onhoudbaar is. Acuter, de komende weken, moet Spanje zijn schulden herfinancieren. Dat wordt nog moeilijk zei minister Montoro voor de radio. 'De markten zijn voor ons gesloten.'
Een nijpend probleem, te midden van onrustige weken: de Grieken naar de stembus, de bekendmaking van de resultaten van een onafhankelijk onderzoek naar de Spaanse banken en een Europese raad over de crisis. Niet voor niets stond het videoberaad van de G7 deze week in het teken van de Spaanse dreiging.
Mariano Rajoy verwierp keer op keer het idee dat Spanje geld zal vragen. Maar na het betoog dat de premier afgelopen dinsdag in de Spaanse Eerste Kamer hield kopte The Financial Times- een krant waar het Spaanse kabinet inmiddels openlijk mee ruziet - dat Spanje expliciet steun vraagt voor zijn banken. Op vastberaden toon sprak Rajoy van 'de strijd in Brussel' die zijn regering voert voor een bankunie, centraal Europees toezicht en euro-obligaties. Spanje heeft het voortouw genomen naar meer Europa, aldus Rajoy, waarmee de Spaanse premier zich plotseling openlijk en onomwonden eurofiel verklaarde. Al eerder werd het idee van een rechtstreekse steun aan Europese banken gelanceerd.
Vanmiddag zal Rajoy het nog eens uitleggen aan de Nederlandse demissionaire premier Mark Rutte, die ter voorbereiding van de Eurotop naar Madrid komt. Het is de ontmoeting van twee werelden. Rutte, die met zijn verkiezingen in het achterhoofd opportuun verklaarde dat hij juist geen eurofiel wil zijn, heeft de plannen al luchtig weg gewimpeld als 'institutionele vergezichten'. In tijden van hongersnood lost dat niets op, aldus de premier. Zijn Spaanse collega vreest dat straks iedereen is doodgehongerd, niet in de laatste plaats hijzelf.
Wie betaalt en hoe? Het idee dat de Spaanse staat straks geld moet vragen uit het Europese steunfonds en dan net als Griekenland of Portugal de gevreesde inspecteurs van de EU, de ECB en het IMF op bezoek krijgt lijkt voor Rajoy onbespreekbaar. Steeds meer Spanjaarden vrezen dat het de ontkenning van het onvermijdelijke is, van een regering die de controle over de situatie heeft verloren. Meer Europa komt eraan: hombres de negro.
undefined