Politieke partijen overtroeven elkaar in verkiezingsstrijd met voorstellen ter bestrijding van criminaliteit Toekomst van Antilliaanse drop-outs weinig rooskleurig

Ze leven in de rafelrand van de samenleving. Soms zijn ze 'stout'. Met drugs of anderszins. Jonge Antillianen proberen te overleven in de wijk Seru Kandela, een achterstandsbuurt op Curaçao....

ROB GOLLIN

Van onze verslaggever

Rob Gollin

WILLEMSTAD

Het stoffige pad voert langs schamele optrekjes, half afgemetselde muurtjes, stekelstruiken en een enkel autowrak. Indiomar (18) zegt: 'De politie houdt veel razzia's hier, de laatste tijd. Drugs, hè. Marihuana, base.'

In het hart van de wijk Seru Kandela, een achterstandsbuurt bij Willemstad op Curaçao, is de jonge Antilliaan bij de maatschappelijk werker in de auto gestapt om hem tussen de krotjes de weg naar zijn huis te wijzen. Raymond Clementina knikt achter het stuur. 'Er is nogal wat mis, hier.'

Halverwege een steile heuvel woont Indiomar in een zelf gebouwd houten kotje op palen, samen met zijn vriendin Monica (16), zijn zus Yamira (16) en haar vriend Harvey (24). Beide meisjes zijn moeder. Hun kinderen, één jaar oud, zijn uit huis geplaatst en wonen bij pleeggezinnen.

Een trapje, dat enkele treden mist, leidt naar een keukentje met een hoge eetbar. Water wordt getapt uit een tuinslang die vanuit het dal omhoog kronkelt. Het andere vertrek is de slaapkamer. De vloer bestaat slechts uit vervaarlijk golvend spaanplaat. Clementina wijst met een samenzweerderige blik naar wat sieraden op een tafeltje. 'Begrijp je dat het niet verantwoord is in deze omstandigheden baby's te laten opgroeien?'

Indiomar, de schedel geschoren als voetballer Ronaldo, op een flinterdunne dreadlock op het achterhoofd na, had er kort daarvoor geen geheim van gemaakt: 'Ik ben ook wel eens stout, ja.' Hij verkoopt drugs, soms. Vijf gram base kost hem vijftig gulden; het levert hem een viervoud op. Zus Yamira, het korte haar paars geverfd, was haar broer hartstochtelijk bijgevallen. 'Maar je móet stout zijn om hier te overleven. Je moet.'

De bewoners van het wankele onderkomen in Seru Kandela worden gerekend tot de drop outs van de Nederlandse Antillen. Zonder een behoorlijke opleiding wacht een bestaan in de rafelrand van de samenleving. Hun gedragingen hebben ertoe geleid dat criminaliteitsbestrijding hoog op de politieke agenda is geplaatst. In de aanloop naar de verkiezingen, komende vrijdag, hebben partijen getracht elkaar te overtroeven in drastische beloftes. Twee overvallen die gepaard gingen met verkrachtingen, leidden tot voorstellen die uiteenliepen van een uitgaansverbod voor jongeren tot castratie van de daders en invoering van de doodstraf.

Orthopedagoge Joan Theodora heeft zo haar bedenkingen bij dit wapengekletter. Ze is waarnemend directeur van het Gouvernements Opvoedingsgesticht, waar op de last van de kinderrechter ruim zestig minderjarige jongeren verblijven. 'Repressie is nooit een oplossing. Je moet je afvragen waarom het mis gaat.' Verklaringen die verwijzen naar armoede, werkloosheid en de ontbrekende vaderfiguur in de Caribische cultuur zijn niet afdoende. 'Vroeger hadden ze het hier niet breed, er waren nog grotere gezinnen waar moeder er alleen voor stond; er ontspoorde vrijwel niemand.'

Als belangrijke oorzaak ziet ze het uiteenvallen van families. 'Nog niet zo lang geleden woonde iedereen bij elkaar. Als je iets had misdaan, en je vader was er niet, dan kreeg je wel een draai om de oren van je oom. Die woonde naast je. Maar die netwerken bestaan niet meer. Ze zijn verspreid over verschillende wijken.'

Het leven op de Antillen biedt de jongeren te weinig prettige prikkels, is haar analyse. In vakjargon: 'Er zijn geen elementen waar ze zich mee kunnen identificeren.' Afgezien van honkballer Andrew Jones, die triomfen viert in de Verenigde Staten, is er geen sportheld. Niet ieder meisje wil schoonheidskoningin zijn. Corruptie maakt de overheid ook al niet tot baken in moeilijke tijden. Theodora: 'Tel daarbij op dat je alleen op grond van de buurt waar je vandaan komt, wordt beoordeeld, en frustratie volgt op frustratie.'

Indiomar en Yamira hebben weinig reden tot vrolijkheid. Op jonge leeftijd belandden ze bij een pleeggezin. Hun biologische vader zit op een onbekend adres in Nederland, hun moeder zit in de cel in San Domingo wegens drugssmokkel. De pleegouders willen niets meer met hen te maken hebben sinds Indiomar wegens een inbraak in de jeugdgevangenis terechtkwam. Yamira zocht steun bij een vriend in de straat en raakte zwanger; hij zegt dat het kind niet van hem is.

Voor ongehuwde moeders is er een uitkering van 125 gulden per veertien dagen. Yamira krijgt niets. Ze is minderjarig. 'Wat moet je nu?', vraagt ze hulpeloos.'Ik wil zo graag mijn baby bij me, zo graag'

Maatschappelijk werker Clementina wijst op de terugweg bijna achteloos de huizen aan waar jongeren in vergelijkbare situaties verkeren.

Ze zijn, bezweert Clementina, geen uitzonderingen, het is symptomatisch. Het is de macho-cultuur die deze verloren generatie heeft gekweekt, smaalt hij. Studeren is niet stoer, wie een brilletje draagt en een boek leest, telt niet mee. Nee, het is flink om een meisje te versieren en zwanger te maken; het bewijs voor zijn vrienden dat hij met haar naar bed is geweest. De vrouwen zelf zijn ook verantwoordelijk. Ze tolereren dat gedrag. En dan is er die trots die veel Antillianen ervan weerhoudt laagbetaalde baantjes in de huishouding of hotelsector aan te nemen. Clementina weet dat hij zich niet geliefd maakt met deze teksten, maar waarom zou je de werkelijkheid verhullen?'Er wordt altijd maar gepraat over meer geld en meer welzijnsprojecten. Prima hoor, maar het is slechts een begin. De mentaliteit moet veranderen.'

Op de flank van de heuvel in Seru Kandela wordt niet uitgekeken naar de komst van een project. Het geloof in daadkracht van de overheid is er ver te zoeken. Nee, de ogen zijn er gericht op Nederland. Indiomar: 'Ik wil er graag leren. Er is tenminste inkomen. Hier moet je stelen.'

Het zijn geluiden die Percy Pinedo een beetje mistroostig stemmen. Hij is projectcoördinator van het Centrum Voorlichting Antillianen, waar inwoners die van plan zijn naar Nederland te vertrekken informatie kunnen inwinnen. Het loopt er niet storm. Vanaf de opening in maart tot december vorig jaar waren er 424 bezoekers, vooral jongeren en ongehuwde moeders. In diezelfde periode vertrokken 2800 Curaçaoënaars naar Nederland.

Volgens Pinedo bestaat er op het eiland nog altijd een scheef beeld van Nederland. Het valt niet mee dat te corrigeren, zeker niet nu het er economisch voor de wind gaat.

Uitgeweken Antillianen zijn verantwoordelijk voor de vertekening, meent de projectcoördinator. Vrijwel uitsluitend de succesverhalen bereiken 'de West'. Pinedo: 'Wij willen laten zien dat emigratie niet de enige uitweg is.' De boodschap overtuigt, kennelijk: van de 424 gegadigden zijn er uiteindelijk maar negentig vertrokken.

De auto van maatschappelijk werker Clementina stopt voor het houten hutje waar de jonge moeder van twee kinderen woont. Het meisje blijkt niet thuis. Een buurman loopt naar de auto. Wist Clementina dat ze weer zwanger is? Onmachtig beukt zijn vuist op het stuurwiel. Een vertwijfelde blik opzij. Wat heeft hij gezegd? Onverbeterlijk, toch?

Wilt u belangrijke informatie delen met de Volkskrant?

Tip hier onze journalisten


Op alle verhalen van de Volkskrant rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright @volkskrant.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden