Plek zat om te buurten

Het mooiste van alle doorkijkjes is dat ze voor 'sociale structuur' zorgen.

KIRSTEN HANNEMA

Het Buro/ De Bovenkamer,

Rochussenstraat 355, Rotterdam

Architect: Krill Architecture en Christian Müller Architects

Opdrachtgever: Woonbron Ontwikkelbedrijf Rotterdam

Als er een stad in Nederland is die gelooft in architectuur, dan is het wel Rotterdam. Met zijn Van Nellefabriek, de belichaming van het modernistische ideaal van licht, lucht en ruimte. Met zijn wolkenkrabbers en de Erasmusbrug, die de stad internationaal op de kaart zetten. En met naast het gloednieuwe Centraal Station de Luchtsingel, de hippe 350 meter loopbrug die met behulp van crowdfunding wordt gebouwd.

Geen ambitie zo hoog, of Rotterdam ziet in bouwen een oplossing. Maar kan architectuur ook helpen om de grootste kopzorg van Rotterdam - de problemen onder de jeugd - op te lossen? Kan een gebouw jongeren die 'een steuntje in de rug kunnen gebruiken' helpen om hun leven op de rails te krijgen?

Christian Müller en Harmen van de Wal (Krill) namen in het project Het Buro/De Bovenkamer, aan de Rochussenstraat in de Rotterdamse 'krachtwijk' Delfshaven, de proef op de som.

Het concept, dat samen met jongeren en het kunstenaarscollectief Het Observatorium werd ontwikkeld tijdens de manifestatie 'Maak Plaats!' in het Nederlands Architectuurinstituut (2009), is gedurfd. De 24 studio's in de Bovenkamer worden voor de ene helft bewoond door jongeren die begeleid wonen en voor de andere helft door jonge professionals, die als 'rolmodellen' fungeren. Bij Het Buro op de begane grond kunnen startende ondernemers een werkplek huren. En in het souterrain is een grote vergaderruimte, ook te gebruiken voor buurtborrels en -vergaderingen. Waarbij de overkoepelende gedachte is dat het project ook een boost geeft aan de wijk.

De grote uitdaging voor de architecten was om dit voor elkaar te krijgen in vijf compleet uitgewoonde panden. De buitenzijde is een gemeentelijk monument, maar van binnen was het een puinhoop: een doolhof van kamertjes en gangen, verhoogde vloeren en verlaagde plafonds. Extra complicatie: het budget - slechts 925 euro per vierkante meter, waar 1100 euro gebruikelijk is.

Des te groter is de verrassing als je nu door het gebouw loopt. Met zijn gladde witte vloeren, knalgele trappen, ruwe bakstenen wanden en strakke corten stalen dakkapellen heeft het een bijna chique, grootstedelijke uitstraling gekregen. Vergelijk dat met de huurwoningen aan de overkant, gerenoveerd met lompe plastic kozijnen en dakkapellen van trespa, en je kunt je voorstellen dat alleen het beeld al een zeker gevoel van trots geeft aan de bewoners.

Dat de architecten dat voor elkaar hebben gekregen ligt aan hun onconventionele aanpak. In plaats van het hele pand van binnen te slopen, besloten ze om de muren en vloeren laag voor laag af te pellen. Gemetselde muren met roetsporen van oude rookkanalen kwamen tevoorschijn, houten balken vol splinters en spijkergaten, een spantconstructie die iemand ooit zalmroze had geschilderd. Oude troep? Müller en Van de Wal zagen mogelijkheden.

Door het metselwerk en de houten plafonds deels open en bloot te laten, stralen de studio's - inmiddels allemaal bewoond - een huiselijke warmte uit waarin je je meteen op je gemak voelt. Niet perfect af - op sommige plekken misschien zelfs té onaf. Maar door al de verschillende tijdslagen en 'littekens' in beeld te laten is het wel een gebouw dat nu al leeft, en dat uitnodigt om je eigen verhaal toe te voegen.

Tegelijkertijd hebben de ontwerpers overzicht in het geheel weten te brengen. Op de begane grond, waar een complete dragende wand werd vervangen door een transparante staalconstructie, is nu een meer dan royale open werkruimte. Door een spectaculaire, beloopbare glasstrook in de vloer kijk je zó in het souterrain. En vanaf de vide op de overloop van de bovenste woonverdieping kun je naar de onderburen zwaaien.

Het mooie van al die doorkijkjes is dat ze ook 'sociale structuur' aan het plan geven. Rond de halfopen entree van Het Buro, in de ruime hallen naar de studio's en op het dakterras - overal zijn plekken om met elkaar te 'buurten'. Het idee is dat op die manier bewoners elkaar ook op een informele manier kunnen helpen.

Of en hoe dat precies werkt, is nu nog niet te zien. Vooralsnog is het merendeel van de werkplekken beneden onverhuurd en boven ogen de gemeenschappelijke ruimten vooral leeg. Het zal tijd en energie kosten om de bewoners invulling eraan te laten geven. Ten slotte kan architectuur nooit een recept zijn voor instant succes. Maar alle benodigde ingrediënten om op deze plek iets moois op te laten bloeien zijn hier aanwezig.

Voor architecten Harmen van de Wal en Christian Muller is duurzaamheid net zoiets als een wc in je huis. Dat Het Buro/De Bovenkamer een bijzonder duurzaam project is (het gebouw ging van energielabel G naar A+) is dan ook niet iets waarover ze zichzelf op de borst kloppen. Goede isolatie, zonnecollectoren, hergebruik van materialen - de techniek zit er op een vanzelfsprekende manier in. Als het aankomt op een duurzame toekomst zien de architecten vooral mogelijkheden op het sociale vlak. Door per studio bij te houden wat het energieverbruik is, hopen ze dat de jongeren gemotiveerd worden zuinig om te gaan met water, gas en licht. Daarnaast speelt het betrekken van jongeren en buurtbewoners een rol.

Sociale duurzaamheid

undefined

Wilt u belangrijke informatie delen met de Volkskrant?

Tip hier onze journalisten


Op alle verhalen van de Volkskrant rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright @volkskrant.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden