Pleidooien om iedereen te leren programmeren zijn modieus gelul
De ingezonden brieven van woensdag 13 september
Brief van de dag: Programmeren? meer wiskunde graag!
We hoorden het al eerder en ook elders maar op 31 augustus was het weer eens een itempje in het RTL Journaal. Kinderen moeten op school allemaal leren programmeren en coderen. Demissionair staatssecretaris Sander Dekker was er als de kippen bij om het pleidooi te ondersteunen. Want computers en straks ook robots maken een steeds groter deel uit van ons leven en werk, en dat gaat steeds sneller bovendien, zo is de redenering.
Het zal best. Maar we zijn intussen natuurlijk allang gewend aan computers om ons heen. De afgelopen decennia hebben we allemaal met die dingen leren omgaan zonder dat we hoefden te weten hoe ze van binnen precies werken. Net zoals je ook best auto kunt rijden zonder te weten wat er onder de motorkap gebeurt. Dat soort zaken laten we over aan de gespecialiseerde experts, en terecht.
Ooit leerde ik 'programmeren' in de taal Algol 68. Met terugwerkende kracht leken de instructies die ik invoerde op de computer met de omvang van een half gebouw erg op wat je nu in een spreadsheetprogramma als Excel zou kunnen zetten. Het waren opdrachten om bepaalde berekeningen snel uit te voeren. Hartstikke handig natuurlijk. Maar uiteraard lukt dat invoeren van codes alleen als je begrijpt hoe de relevante variabelen zich tot elkaar verhouden en op welke manier de ene de andere beïnvloedt. Het is dus niks anders dan wiskunde. Als ik op papier niet in staat ben de juiste vergelijkingen te formuleren dan wordt het helemaal niks met dat programmeren. En wanneer je de wiskunde begrijpt dan is dat programmeren niets meer dan een knoppencursus.
Pleidooien om iedereen te leren programmeren zijn voorbeelden van modieus gelul. Net zoals die zogenaamde 21 first century skills die in dit verband vaak worden genoemd. Kunnen samenwerken en zo. Of kritisch en analytisch kunnen denken. Natuurlijk is dat allemaal heel belangrijk. Maar dat is al eeuwenlang het geval. Of dacht u dat die oude Egyptenaren die piramides konden bouwen zonder een stukje planning, samenwerking en coördinatie? En mocht het met dat analytisch denken ondertussen niet zo lekker meer gaan dan is ook daar de oplossing al enkele millennia hetzelfde. Meer wiskunde!
Ewoud Jansen, Tilburg, Econoom
Geschiedenis
Dank voor het overtuigende artikel van Sander van Walsum
Ik zou er dit aan toe willen voegen: De historicus moet laten zien hoe het geweest is en er steeds op wijzen dat geschiedenis in zijn tijd moet worden gezien. Moeten we, bijvoorbeeld, de oude Grieken en Romeinen anno 2017 kwalijk nemen dat ze slaven hadden? Dat ze nog geen benul van elementaire mensenrechten hadden? Dat ze extreem bijgelovig (met hun vele huisgoden) en vooral goedgelovig waren?
Geschiedenis is een onlosmakelijke keten van menselijke ontwikkeling en geen bouwdoos voor willekeurige rancune en frustratie.
Bert Ten Holter, Prinsenbeek
Willem van Oranje
Sander van Walsum stelt terecht dat de historicus moet laten zien hoe het geweest is. Het is in dit verband evenwel opvallend dat nog geen enkele historicus de moed heeft gehad Willem van Oranje aan de orde te stellen. Voor zijn wandaden hoeven we niet overzee te gaan, zijn troepen zijn dichter bij huis, in de huidige provincies Limburg en Noord-Brabant, behoorlijk tekeergegaan.
Hij hoeft hiervoor niet veroordeeld te worden, het zijn eenvoudigweg historische feiten, maar er is ook weinig reden de man te verheerlijken. Dat gebeurt nog steeds teveel en de heer Buma wil er kennelijk met zijn Wilhelmus-op-school-pleidooi nog een schepje bovenop doen. Ik heb hem tenminste niet horen zeggen dat het de hoogste tijd is dat de Nederlandse kinderen eindelijk vernemen hoe het echt geweest is.
Chris Caanen, Stein (Limburg)
Harry Kuitert
Ik groeide op in de kerkrichting van de overleden theoloog Harry Kuitert en verslond zijn boeken. Zijn beroemde uitspraak 'Al het spreken over boven komt van beneden' liet mij zien dat theologie en God 'verbeelding' is. Theologie is een mensenverhaal dat niet aan de werkelijkheid hoeft te beantwoorden.
Op bovengenoemde uitspraak liet Kuitert volgen: 'ook de uitspraak dat iets van boven komt'. Dus ook de claim dat iets door God (goden) zou zijn geopenbaard, zoals de Bijbel, is slechts een bewering van mensen en geen bewijs van godsopenbaring. Daarmee verwijst Kuitert de theologie naar het rijk der fabelen.
Mensen vertellen nu eenmaal graag allerlei subjectieve (gods)verhalen. Maar voor wetenschappelijk betrouwbare kennis kan theologie niet doorgaan. Theologie en de Bijbel horen in de rubriek fictie thuis, naast Harry Potter. Eén van Kuiterts laatste boeken (2011) heette dan ook: 'Alles behalve kennis'.
Paul Schermers, Apeldoorn
Joods-christelijke traditie
Hierbij reageer ik op het artikel 'Geschiedenis geen morele maatstaf' van Rosa van Gool. Ook als je niet van water houdt, is Nederland een waterland. Als je in een christelijk land woont heb je, ook als je niet christelijk of anderszins gelovig bent, alles te maken met de doorwerking van dik duizend jaar christendom.
Dat in het van oudsher christelijke Noordwest-Europa niet altijd van joden is gehouden, betekent niet dat jodendom en christendom niets met elkaar te maken hebben. Men spreekt van joods-christelijke traditie omdat de fundamenten van het christendom deels zijn verankerd in de joodse religie zoals die weer voor een groot deel is vastgelegd in de Bijbel en dan met name in het Oude Testament. Acceptatie van joden waar dan ook, staat hier volledig buiten.
Jos de Klerk, Rotterdam