Peijs wil IJzeren Rijn vertragen
Minister Peijs van Verkeer weigert te onderhandelen over de IJzeren Rijn, de spoorlijn tussen Antwerpen en het Duitse Ruhr-gebied. De Belgen moeten eerst zwart-op-wit beloven dat ze de ongebruikte goederenspoorlijn daadwerkelijk gaan opknappen, zei ze dinsdag in de Tweede Kamer....
Het Permanente Hof van Arbitrage bepaalde in mei dat Nederland fors moet meebetalen aan de spoorlijn, die dwars door Midden-Limburg loopt. Zo komen een omleiding bij Roermond en de helft van een tunnel onder een natuurgebied voor rekening van het kabinet. De uitspraak beslechtte een jarenlange vete tussen beide landen. Peijs maakte er geen geheim van dat ze teleurgesteld is in de uitspraak van het hof, die bindend is. ‘Onze bijdrage is me tegengevallen’, zei ze. Nederland had gehoopt alleen voor het achterstallig onderhoud op te draaien. Hoe hoog de tegenvaller is, wil Peijs niet zeggen, uit angst daarmee de Belgische regering in de kaart spelen. Kamerleden houden echter rekening met een totale bijdrage van 350 miljoen euro. Peijs was altijd vol goede hoop dat de Nederlandse regering de arbitragezaak zou winnen en trok twijfelende Kamerleden met optimistische verhalen over de streep. Die haalden dinsdag hun gram op de CDA-bewindsvrouw. PvdA-Kamerlid Dijksma toonde zich ‘onaangenaam getroffen’. ChristenUnie-Kamerlid Slob sprak van een koude douche. VVD-Kamerlid Hofstra vond de uitspraak ‘uiterst onrechtvaardig’ en een aantasting van de Nederlandse soevereiniteit. Hij wil nooit meer meewerken aan bindende arbitragezaken. Voorafgaand aan de arbitrage zette Peijs een streep door een financiële toezegging van oud- PvdA-minister Netelenbos. Het hof accepteerde dat niet. Zodoende moet Nederland alsnog de omleiding bij Roermond betalen. Toch had Nederland in 2003 weinig keus, stelde Peijs. Het conflict met de Belgen was uitzichtloos en verpestte de onderlinge relatie. Bovendien dreigde de Belgische regering naar het Internationaal Gerechtshof te stappen.
