Pakistaanse stamgebieden zijn ideale schuilplaats voor terroristen
Toen de Amerikanen na de aanslagen van 11/9 Afghanistan aanvielen, konden vluchtende strijders van Al Qaida en de Taliban ongehinderd de grens met Pakistan oversteken....
Mede dankzij de afwezigheid van Pakistaanse militairen vond Osama bin Laden er een aantrekkelijk toevluchtsoord. De Pakistaanse stamgebieden – Federally Administrated Tribal Areas – werden de nieuwe basis van Al Qaida en ontwikkelden zich tot het belangrijkste broeinest van terrorisme in de wereld. Hier zijn de plannen gesmeed voor de aanslagen in Londen, Madrid, Bali en Islamabad.
‘Als de VS nog een keer worden getroffen door een terreurdaad zoals die van 11 september 2001, is de kans groot dat deze zijn oorsprong heeft in de Pakistaanse stamgebieden,’ stelt Daniel Markey van de Amerikaanse denktank Council on Foreign Relations.
Experts gaan ervan uit dat de leiding van Al Qaida, die Zuid-Waziristan als eerste wijkplaats koos, zich nog steeds in de stamgebieden verschanst, tussen diverse andere terreurgroepen. De Pakistaanse auteur Ahmed Rashid spreekt van een ‘terroristische taart met verscheidene lagen’.
De basis bestaat uit Pakistaanse Pashtun-stamleden die aanvankelijk Al Qaida en Taliban – vaak tegen riante betaling – van onderdak en logistieke steun voorzagen. En die later vaak zelf actief werden als Taliban-strijder. Daarop komen de Afghaanse Taliban, die zich na 11/9 in Pakistan vestigden en die werden gevolgd door strijders uit Centraal-Azië, Tsjetsjenië, Afrika, China en Kashmir. Bovenop de ‘taart’ bevinden zich – vermoedelijk enkele honderden – strijders die een beschermende ring vormen rond Bin Laden.
Er zijn ideologische, persoonlijke en operationele banden tussen Al Qaida en de Taliban, maar de groepen hebben verschillende doelstellingen en een andere etnische samenstelling. De Afghaanse Taliban bestaan overwegend uit Pashtun en hebben vooral de herovering van Afghanistan voor ogen, terwijl Al Qaida wordt geleid door Arabieren die een wereldwijde jihad willen ontketenen.
De Pakistaanse Taliban zijn een betrekkelijk los verband van zo’n twintig extremistische groepen, die elkaar in het verleden soms bestreden en nu opereren onder de noemer van Tehrik-i-Taliban Pakistan (TTP). Bij de TTP, die zijn aanhang onder meer rekruteert in radicale koranscholen, zijn groepen aangesloten uit Noord- en Zuid-Waziristan, Bajaur en Khyber.
Ze staan onder leiding van de beruchte krijgsheer Baitullah Mehsud, het vermoedelijke brein achter de moord op Pakistans ex-premier Benazir Bhutto. Mehsud heeft inmiddels Al Qaida’s retoriek over een jihad tegen het Westen overgenomen. Het Amerikaanse weekblad Newsweek noemde hem gevaarlijker dan Bin Laden.
Volgens schattingen kan de TTP rekenen op zo’n twintigduizend bewapende stamleden en voert Mehsud het directe commando over ten minste vijfduizend strijders. De verantwoordelijkheid voor de meeste zelfmoordaanslagen die de laatste tijd in Pakistan zijn gepleegd, worden aan hem toegeschreven. Mehsud stuurt volgens de CIA zijn strijders ook naar Afghanistan om daar aanslagen te plegen op NAVO-troepen.
Naar het voorbeeld van de Taliban in Afghanistan dwingt de Pakistaanse Taliban met harde hand strikte naleving van de sharia af in de gebieden die onder hun invloed staan. In Noord- en Zuid-Waziristan mogen kappers geen baarden meer afscheren, zijn meisjesscholen en videowinkels in vlammen opgegaan, geldt een verbod voor televisie, muziek en internet.
Stamleiders die zich verzetten, worden vermoord als ‘Amerikaanse spionnen’, hun onthoofde lichamen aan lantarenpalen opgehangen. Stamoudsten die op de dodenlijst staan krijgen een naald, draad en duizend rupees (12 euro) opgestuurd: het geld om een doodskleed te kopen, de naald om het dicht te naaien.
De Pakistaanse regering staat onder grote Amerikaanse druk om meer werk te maken van de War on Terror. Maar de afgelopen jaren liepen aanvallen van de Pakistaanse strijdkrachten meer dan eens uit op een bestand voordat het doel van de operaties was bereikt. Bovendien verdenken de Amerikanen de Pakistaanse inlichtingendienst ISI ervan de Afghaanse Taliban niet alleen met rust te laten, maar ook actief te steunen.
De ISI zou de Taliban als wapen gebruiken om invloed te houden in Afghanistan. Islamabad vreest dat een sterke Afghaanse regering en de toenemende invloed van India in Afghanistan ten koste gaat van Pakistans positie in de regio.
De nieuwe Pakistaanse president Asif Ali Zardari, die dit jaar Pervez Musharraf opvolgde, zegt korte metten te willen maken met de terreurgroepen in zijn land. Maar tegelijkertijd veroordeelt hij Amerikaanse luchtaanvallen op Pakistaanse bases van extremisten. Hij moet nu eenmaal rekening houden met een bevolking die de strijd tegen het terrorisme als een Amerikaanse en niet als een Pakistaanse zaak beschouwt.