PostuumWies van Dongen (1931-2022)

Oudste, nog levende Tourrijder Wies van Dongen overschreed in mei ‘de laatste finishlijn’

Wielrenner Wies van Dongen behoorde tot de top van de amateurwielrenners en stond twee keer aan de start van de Tour de France. Op latere leeftijd was hij succesvol cafébaas. Hij werd 90 jaar oud.

Bart Jungmann

Sommige eretitels komen met de leeftijd. Zo was Wies van Dongen tot 25 mei de ‘oudste, nog levende Tourrenner’. Die dag overschreed de 90-jarige Van Dongen in Breda de laatste finishlijn, zoals wielerdichter Willie Verhegghe dat ooit verwoordde.

In 1955 en 1956 stond Wies van Dongen aan de start van de Tour de France, zonder daarin enig succes te boeken. Beide keren stapte Van Dongen onderweg af. De eerste keer wegens pech, de tweede keer omdat zijn vader was overleden.

Toch had eeuwige roem even naar hem gelonkt. De Tour van 1955 begon met twee etappes op één dag. ’s Morgens raakte kopman Jan Nolten achterop en moest knecht Van Dongen hem opwachten. ’s Middags won Nederland de ploegentijdrit. Zijn leven lang was Wies van Dongen ervan overtuigd dat Nolten hem een hoge klassering, misschien wel het erepodium, door de neus had geboord. ‘Hij heeft er voor altijd een hekel aan Limburgse wielrenners aan overgehouden’, zegt zoon Wies van Dongen jr.

Protestmars

Succesvol was Van Dongen vooral in de jaren daarvoor geweest. Bij de amateurs behoorde hij tot de top. Na afloop van het NK in 1954 schreef het Nieuwsblad voor de Hoeksche Waard, IJsselmonde en Putten: ‘Wat wij reeds verwachtten, gebeurde. Wies van Dongen ging winnen.’ Wielrenner Jaap Kersten weet het nog goed: ‘Wies had gewoon veel meer ervaring dan ik. Hij drong me de kop op en kwam er vervolgens gemakkelijk overheen.’

In de vele gesprekken met zoon Wies benadrukte Van Dongen dat wielrennen voor hem een stuk lucratiever was bij de amateurs, gezien het start- en prijzengeld. Bij een koers in Den Helder verdiende hij ooit 800 gulden. ‘Daar moesten zijn broers zes maanden voor werken.’

De anonieme periode bij de profs werd in de aanloop naar de Tour van 1956 even opgelicht. Ploegleider Kees Pellenaars had het gewaagd hem te verkiezen boven de grote Wim van Est. Diens plaatsgenoten uit Sint Willebrord kondigden een protestmars naar het huis van Pellenaars aan, waarop de ploegleider een bord in zijn voortuin plaatste met de tekst ‘Hier is ’t’. Dat werd een van de beroemdste anekdoten uit de Nederlandse wielergeschiedenis, met Wies van Dongen in een bijrol.

Cafébaas

Na die Tour werd het wielrennen voor hem een bijzaak. Hij werd cafébaas, eerst in Vlaanderen en nadien tweemaal in zijn woonplaats Breda. Dat bleek een beter verdienmodel. Volgens jonge Wies was oude Wies in de wieg gelegd voor een bestaan als kroegbaas. ‘Hij had charme en een handelsgeest.’ Oud-collega’s als Jaap Kersten kwamen graag langs wanneer in de buurt gekoerst werd.

Midden in de nacht is een van die cafés uitgebrand. Wies van Dongen wist drie van zijn vier kinderen in veiligheid te brengen, maar de brandweer hield hem tegen toen nummer vier, de jongste, aan de beurt was. Dat drama achtervolgde hem in de laatste jaren steeds vaker.

In de jaren tachtig verkocht Van Dongen zijn cafés en kon hij rentenieren van de opbrengst. Hij vergezelde zoon Wies, ook wielrenner, naar wedstrijden. D’n ouwen Wies werd gemist als hij er niet bij was. In zijn nadagen volgde Wies van Dongen de koers alleen nog op de televisie. Bauke Mollema was vanwege zijn vechtlust een favoriet, Tom Dumoulin kon als Limburger geen goed doen.

De eretitel van ‘oudste, nog levende Tourrenner’ is nu in handen van de 87-jarige Jaap Kersten. Zijn eerste Tour de France was in 1957.

Wilt u belangrijke informatie delen met de Volkskrant?

Tip hier onze journalisten


Op alle verhalen van de Volkskrant rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright @volkskrant.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden