Opnieuw veel doden in Mogadishu
Bij gevechten tussen het leger en islamitische rebellen zijn woensdagavond in de Somalische hoofdstad Mogadishu zeker zeventien burgers om het leven gekomen. Dit hebben getuigen van het geweld gezegd.
Volgens die getuigen bestookten opstandelingen en regeringstroepen elkaar in het noorden van de stad met mortiervuur. Twaalf personen die na het avondgebed de moskee hadden verlaten zouden aan de almaar heviger geworden wederzijdse beschietingen ten slachtoffer zijn gevallen.
In het zuiden van de stad vielen rebellen soldaten aan, die in antwoord daarop een markt onder vuur namen. Daarbij kwamen volgens een getuige vijf personen om. Het leger en de rebellen ontkennen echter allebei burgerslachtoffers te hebben gemaakt.
Ook woensdag overdag vielen bij verschillende gevechten in de Somalische hoofdstad al minstens zeventien doden, onder wie een kolonel van de politie. Volgens hoofdstedelingen is er in geen maanden zo hevig gevochten in Mogadishu.
Opstandelingen in Somalië strijden al twee jaar voor de omverwerping van de zwakke, door de Verenigde Naties gesteunde regering.
Aanslag op Minister
De Somalische minister van Veiligheid, Omar Hashi Aden, is donderdag om het leven gekomen door een zelfmoordaanslag. Dit heeft de Somalische president Sheikh Sharif Ahmed bekendgemaakt.
Volgens een ooggetuige reed een nog onbekende persoon met een bomauto in op een hotel waar Aden verbleef in de Somalische stad Beledweyne, bij de grens met Ethiopië. Behalve Aden zouden nog tien tot twintig mensen zijn omgekomen door de aanslag.