Op tv zijn alle Ethiopiërs dik, op straat echter mager
Schoonheidsidealen verschillen flink per tijdperk en gebied. Een typische overeenkomst is dat er altijd weinig mensen aan voldoen: pas als iets voor weinig mensen haalbaar is, wordt het een ideaal. Dat inwoners van West-Europa, de VS of Latijns-Amerika in reclames en soapseries een stuk minder overgewicht hebben dan op straat, is bekend. Dat het omgekeerde ook bestaat, weet ik dankzij drie dagen onvrijwillige blootstelling aan Ethiopische soaps gedurende hobbelige busritten.
Op drie van die drie dagen gingen die Ethiopische touringcars halverwege de rit kapot, echter: de uitklap-tv's aan de plafonds bleven het doen. Flink wat uren keken de passagiers naar soapseries onderbroken door reclames. Ik overdrijf niet als ik stel dat ik daarin nauwelijks een Ethiopiër heb gezien die niet volslank, lekker mollig of gewoon dik was.
Elke ochtend begonnen we in de bus met een soap over een dikke zanger met een volslanke vrouw en een mollig kind. Monogamie was geen sterk punt van die zanger. Een typische overeenkomst tussen de vrouwelijke fans die na optredens om zijn gunst streden, waren hun plusmaten. Noem dat een contrast met de wereld buiten de bus - in de stofwolken die de touringscars achterlieten liepen vrijwel zonder uitzondering mensen met een body-mass index waar sportschoolbezoekers van de fanatiekere soort niet aan kunnen tippen.
Statistieken heb ik niet, maar ik durf te beweren dat overgewicht in het Ethiopische straatbeeld nauwelijks voorkomt, een paar rijke dames in het centrum van Addis Abeba uitgezonderd. Honger heb ik niemand zien lijden. Dat het bijna nergens een vetpot is, besefte ik snel toen mensen mij begonnen uit te nodigen voor het middagmaal in hutjes van leem of huisjes van golfplaat. Doorgaans bestond dat maal uit een zuurdesempannekoek (injera) met wat gestampte rode pepers en een banaan toe. Eén keer werd ik door een Ethiopische politieman getrakteerd op injera met geitenvlees. Dat ik dat te danken had aan het feit dat de Ethiopische politie 'bijverdient met steekpenningen', werd mij naderhand nog vaak uitgelegd - een ruime meerderheid van de inwoners van dit land eet maar een of twee keer per jaar vlees.
In Ethiopië wordt ook veel bewogen, al was het omdat de bus voor veel mensen even duur is als vlees, en omdat veel hoger gelegen nederzettingen alleen te voet bereikbaar zijn. Als je in een Ethiopische soap leeft, heb je het makkelijker: dan rijd je met eigen vervoer over prachtige boulevards. Hoe het de soapregisseurs lukt in een land met zoveel bidonvilles geen stukje krot in beeld te brengen, is mij een raadsel.
Met de dikke zanger liep het alle drie de afleveringen goed af: tot drie keer toe kreeg hij spijt van zijn vette overspel en keerde terug naar zijn zijn mollige gezin in zijn dikke villa. In de reclames die de soap onderbraken, deden volslanke huisvrouwen ondertussen hun voordeel met extra zachte zeep.
De tijd dat het buikje vol eten ook in Europa een voorrecht was van hogere klassen, ligt nog niet zo lang achter ons. In Europese dagbladen uit de late 19de en vroege 20ste eeuw werd extra zachte zeep óók aangeprezen door volslanke vrouwen. Een schoonheidsideaal met graatmagere modellen is een typisch welvaartsverschijnsel, beweerde al menig cultuursocioloog. Reken maar dat het klopt, en dat vroeg-17de-eeuwse vrouwen minder blubberig waren dan die van Peter Paul Rubens.