Oost-Arnhem wacht zware tijden
Ze vormen een scherp contrast, Fortuna en Oost Arnhem. De één bevindt zich op de opwaartse weg, de ander vecht tegen de neergaande baan....
De Delftse club vestigde zich in de jaren tachtig in de top. Dat resulteerde in twee veldtitels (1985 en 1986) en twee zaalkampioenschappen (1983 en 1990). Daarna trad het verval in. De sterkste spelers vertrokken, het team viel uit elkaar en de club verdween zelfs enkele malen naar de overgangsklasse.
Ditmaal is Fortuna een debutant op het veld. Het is een jonge ploeg met toekomstpotentie. Fortuna is alweer twee jaar terug in de hoofdklasse zaal en heeft nu ook op het veld de ladder naar de top bereikt.
Oost Arnhem loopt wat dat betreft een decennium op Fortuna achter. Spelen op het hoogste niveau is vaste prik in Arnhem sinds 1985, het jaar dat Fortuna kampioen werd.
Dat hoogtepunt bereikten de Arnhemmers pas in 1997. In de zaal, aanwezig sinds 1984, waren ze succesvoller met titels in 1987, 1988 en 1996.
Dat sprookje is voorlopig voorbij. Aan het eind van het vorig seizoen vertrokken Yke Bijlsma, Wanja van Engelenburg, Bob de Jong, Peter Tiekink en Bandy Csupor. Twee spelers, Eric van Brenk en Suzanne van den Berg, kampen met blessures. Bovendien wil Van den Berg naar PKC, coach Erik Wolsink achterna.
Uit het teamrestant viel ook nog eens Jitte Bukkens weg, die door ziekte langdurig afwezig zal zijn. Zo moesten de nieuwe trainers Tjeerd de Jong en Remco Boer de competitie in met naast de ervaren Ron Steenbergen en Heleen van der Wilt zes jonkies.
Dat heeft tot nu toe drie nederlagen opgeleverd. De degradatiepoule lonkt. De coaches hopen daarin te kunnen overleven, zodat de hoofdklassepositie in ieder geval behouden blijft, maar het zal niemand verbazen als Oost Arnhem de weg moet gaan die Fortuna de afgelopen jaren heeft afgelegd.
Ter bemoediging kan men zich in Arnhem voorhouden dat de Delftenaren bewijzen dat neergang niet definitief hoeft te zijn. Maar het kan wel lang duren en dat is pijnlijk.