Reportage
Ondernemer opent gratis supermarkt voor kwetsbare gezinnen: ‘Op drijfzand kan je geen toekomst bouwen’
Gratis boodschappen doen? Vanaf dinsdag is dat mogelijk voor kwetsbare gezinnen uit Amsterdam Nieuw-West. De enige voorwaarde is dat ze hulp accepteren, zodat ze na acht maanden weer op eigen benen kunnen staan.
Het stond al een tijdje op zijn bucketlist. Maar een jaar geleden vond Abdelhamid Idrissi (33) dat het er nu echt eens van moest komen. En dus appte hij een contact uit de reclamewereld. ‘Op mijn bucketlist staat het oprichten van een gratis supermarkt voor kwetsbare gezinnen. Help je mee?’
‘Het appje verbaasde me: de meeste mensen hebben andere wensen op zo’n lijstje staan’, zegt Matthijs Jaspers van The Happy Activist. ‘Mijn antwoord was uiteraard: ja.’ Dat het ging lukken, daar twijfelden ze niet aan. Maar zo snel? Dat had Idrissi niet verwacht.
Dinsdag gaat de eerste Fris-supermarkt open in Amsterdam Nieuw-West. ‘Twee weken geleden leek het hier nog op een bouwput’, zegt Idrissi terwijl hij donderdag – vijf dagen voor de opening – samen met acht anderen druk in de winkel bezig is. Er wordt geschilderd. Voor de deur staat een vrachtwagen met voedingsmiddelen, shampoo en wc-papier. De vloer is bezaaid met dozen, en Idrissi zet blikjes bonen in de schappen.
Het idee voor een gratis supermarkt had de sociaal ondernemer al langer. In 2010 richtte Idrissi Studiezalen op, een stichting waarmee hij inmiddels op 47 locaties, verspreid over Amsterdam en Zaanstad, 1.400 kinderen en hun families helpt. Kinderen kunnen er terecht voor hulp bij hun schoolwerk, maar ook ouders zijn welkom voor een kop koffie, training of advies.
Zichtbare armoede
In de studiezalen, vertelt Idrissi, ‘ruik, zie en hoor je de armoede. Letterlijk.’ Zo zagen zijn vrijwilligers hoe meiden, als ze ongesteld waren, beschroomd hun stoel schoonveegden nadat ze doorgelekt waren. ‘Daar begon het mee. Een jaar of drie, vier geleden hebben we met de Linda Foundation een actie gehouden om gratis tampons en maandverband in te zamelen. Daarna volgden, als we ontdekten dat kinderen iets nodig hadden, meer acties.’
Alleen, stelt Idrissi, ‘je kan wel fietsen of winterjassen inzamelen, maar dat is geen duurzame oplossing’. ‘Deze gezinnen bevinden zich op drijfzand, daarop kan je geen toekomst bouwen.’ En dus bedacht hij Fris, een supermarkt waar de meest kwetsbare gezinnen van de Studiezalen gratis boodschappen kunnen doen. Enige voorwaarde is dat ze zich laten begeleiden door een coach, zodat ze uiteindelijk – na een maand of acht – in ‘de zwarte cijfers’ komen en zelfstandig verder kunnen.
Deze week gaat Idrissi van start met 25 gezinnen, elke week komen daar enkele bij. Uiteindelijk verwacht hij er de komende acht maanden zo’n honderd te helpen. ‘We werken op basis van vertrouwen. Mensen hoeven dus niet, zoals bij de Voedselbank, aan te tonen dat ze arm zijn.’
Want kijk om je heen, zegt hij terwijl hij naar buiten wijst naar de jaren zestig flats van de Wildemanbuurt. ‘De cijfers spreken voor zich: men leeft hier gemiddeld 7 jaar korter, men is 13 jaar langer ziek en het gemiddeld jaarinkomen is 17.200 euro.’
Afgelopen zomer zette hij een crowdfunding op, en ook het pand aan de Osdorper Ban was snel gevonden. Vervolgens deed hij in stadskrant Het Parool in juli een oproep: ‘Als ik mag dromen, dan hoop ik op een telefoontje van een ceo van een groot bedrijf. Een Ahold bijvoorbeeld.’
‘Wat heb je nodig?’
Maar dat telefoontje? Dat kwam niet. Totdat in september Koen Gijzel, eigenaar van een taalinstituut, hem belde. ‘Hij vroeg me: wat heb je nodig? Ik antwoordde: een supermarkt die garant staat voor continu gevulde schappen. Anders lukt het niet.’
Gijzel bleek een roeivriend te hebben uit zijn studententijd: Jim Zwanenburg, de cfo van Vomar en de zoon van de oprichter. ‘Koen deelde zijn netwerk met mij. Omdat Jim Koen vertrouwde, vertrouwde hij mij. Misschien dat de Vomar nog wel even Abdelhamid heeft gegoogled, maar het antwoord was vrij snel: ja.’ Dat, stelt Idrissi, was ‘het kantelpunt’.
Al snel volgden andere ondernemers. Zo liet Nils Clement van Euro Caps afgelopen vrijdag een pallet koffie afleveren bij Fris, en regelde hij bij een bevriende ondernemer een koffiezetapparaat. ‘Ik heb hem in november leren kennen, en zei: ik zit in de koffie, wat heb je nodig?’ Want, vindt Clement; ‘Als ondernemer hoef je niet lang na te denken over zo’n project. Het is goed georganiseerd en je weet dat de hulp bij de juiste mensen terechtkomt.’
Inmiddels melden zich nog elke dag nieuwe donateurs, zegt Idrissi, wiens telefoon tijdens het gesprek om de paar minuten rinkelt. Zo sloot hij woensdag nog een deal met een lokale vleeshandel die wekelijks een kilo kip per gezin gaat leveren, en heeft hij een afspraak met een grote hotelketen die één kamer per nacht beschikbaar stelt voor mensen die door armoede op straat zijn beland. ‘Zelfs een mondhygiënist heeft haar diensten gratis aangeboden. We zijn nog wel op zoek naar een tandarts.’
Schaamte en wantrouwen
Want Fris moet meer dan alleen een supermarkt worden. ‘Veel bewoners zijn terughoudend als het om hulp vragen gaat, ze wantrouwen de instanties. Door schaamte vertellen ze vaak niet alles wat er speelt.’ Hij hoopt door de inzet van coaches de vertrouwensband te versterken – om te horen wat er echt leeft.
Zo weet hij inmiddels dat een van zijn gezinnen in een auto woont en een andere dakloze familie met drie kinderen in het washok van de buren slaapt. ‘En ik sprak laatst een ouder die vertelde dat de familie in de schulden zat. De ouder was gokverslaafd, en had dat nog nooit aan iemand verteld. Nu wij het weten, kunnen we de juiste hulp inschakelen.’
Pas als een gezin volledig geholpen is, laat hij ze los. ‘Dat is het enige dat nu nog op mijn bucketlist staat.’ Maar, geeft hij met een bedrukt gezicht toe, makkelijk is dat niet. Want een deel van de tientallen appjes en telefoontjes die hij dagelijks krijgt, komt van gezinnen uit andere wijken.
‘Zij willen zich ook aanmelden. Dat vind ik moeilijk. Iedereen is in Fris welkom voor koffie en advies, maar de focus moet nu zijn: zorgen dat het bedrijfsleven duurzaam aan boord stapt en dat de kinderen uit deze honderd gezinnen weer zorgeloos slapen.’