Onderhandelen voor vriend Amerika

Analyse vredesproces..

Alex Burghoorn

De bezweringsformule waarmee Israëlische, Palestijnse en Amerikaanse onderhandelaars in het najaar van 2007 voortstrompelden, luidde: ‘Mislukking is geen optie.’ Dat was bij de hervatting van het vredesproces in Annapolis onder president George W. Bush.

Het hielp niets. De besprekingen mislukten ruim een jaar later faliekant. De onderhandelingstafel bezweek onder het geweld van de oorlog in de Gazastrook.

De verwachtingen bij de maandag begonnen indirecte onderhandelingen tussen Israël en de Palestijnen zijn zo laag, dat er niet eens een bezweringsformule is om de moed erin te houden. Wat heeft het dan voor zin dat de Israëlische premier Benjamin Netanyahu en de Palestijnse president Mahmoud Abbas gaan onderhandelen?

Beiden tonen vooral hun goede wil aan de Verenigde Staten, een bondgenoot die ze om uiteenlopende redenen nodig hebben.

President Barack Obama stelde bij zijn aantreden het oplossen van het Midden-Oostenconflict als een prioriteit. Hij is er voluit ingegaan, en gooide het Amerikaanse beleid om. Hij had vriendelijke woorden voor de Arabische wereld en de daartoe behorende Palestijnen; hij legde een eisenpakket op tafel voor Israël. Het gevolg: zijn speciale gezant George Mitchell liep tussen Jeruzalem en Ramallah van het kastje naar de muur.

De uitgangspositie was ook moeilijk. De rechtse regering van Netanyahu had weinig trek in het vredesproces, en de zwakke Abbas had weinig speelruimte vanwege zijn machtsstrijd met de islamistische Hamas. Met kunst- en vliegwerk lukte het de Amerikanen Netanyahu uit de boom te laten klimmen. Maar meteen daarop klom Abbas hoog in een andere boom en moest het Amerikaanse duwen en trekken opnieuw beginnen.

De formule van indirecte onderhandelingen, met Mitchell als boodschapper, heeft uiteindelijk tot een bescheiden doorbraak geleid. Het is een flinke aderlating: sinds het Oslo-akkoord van 1993 hebben Israëli’s en Palestijnen altijd rechtstreeks onderhandeld.

De verwachtingen zijn laag; beide zijden ontbreekt het aan vertrouwen in de goede wil van de ander. De Palestijnen geloven niet dat Netanyahu met zijn coalitie in staat is tot de grote concessies die nodig zijn voor een tweestatenoplossing – zoals een verdeling van Jeruzalem en het terugroepen van tienduizenden kolonisten van de Westoever. Anderzijds achten Israëli’s Abbas niet in staat een tweestatenoplossing uit te voeren zolang hij de macht in de Gazastrook niet heeft heroverd op Hamas.

De voorzichtige hervatting van het vredesproces komt daarom vooral voort uit afgeleide motieven. De VS willen dat proces graag omdat Obama nog geen eigen succes in het Midden-Oosten heeft geboekt. Netanyahu en Abbas werken mee in de hoop later een beroep op hem te kunnen doen.

Voor Netanyahu draait het om de bestrijding van het Iraanse atoomprogramma. Voor Abbas om steun bij een Palestinaresolutie in de Veiligheidsraad. Want als de onderhandelingen mislukken, wil de Arabische Liga een resolutie indienen om de staat Palestina uit te laten roepen per VN-decreet.

‘Dit is de laatste poging om te kijken of onderhandelingen een middel zijn waarmee Israëli’s en Palestijnen samen een besluit kunnen nemen’, zei de Palestijnse onderhandelaar Saeb Erekat maandag dreigend op de Israëlische radio. Het was een echo uit 2007. Toen heette het: ‘de laatste kans voor de tweestatenoplossing’. Soms is het net alsof het déjà vu het populairste visioen is in het Heilige Land.

Alex Burghoorn

Wilt u belangrijke informatie delen met de Volkskrant?

Tip hier onze journalisten


Op alle verhalen van de Volkskrant rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright @volkskrant.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden