OM vindt geen bewijs dat Argentijnse aanklager is vermoord
Er zijn volgens de Argentijnse autoriteiten geen aanwijzingen dat iemand anders de hand heeft gehad in de dood van speciaal aanklager Alberto Nisman. De aanklager, die president Cristina Fernandez de Kirchner vorige week beschuldigde van belemmering van de rechtsgang, werd zondag dood in zijn flat in Buenos Aires aangetroffen.
Het parlement zou Nisman vandaag over zijn beschuldiging aan president Kirchner horen. Nisman wilde dat justitie een onderzoek naar de handelwijze van de president zou instellen. Volgens officier van justitie Viviana Fein zijn er echter, na autopsie op het lichaam, geen aanwijzingen gevonden dat de aanklager is omgebracht.
Plaatselijke media meldden eerder dat Nisman in de badkamer was gevonden met een schot in zijn hoofd. Bovendien zou naast het lichaam een .22 pistool hebben gelegen. Nisman onderzocht al tien jaar de bomaanslag in 1994 op een Joods centrum in Buenos Aires, die aan 85 mensen het leven kostte. Argentinië verdenkt een groep Iraniërs ervan dat die de bom heeft geplaatst.
Onderzoek tegenwerken
Vorige week beschuldigde Nisman de president ervan dat zij het onderzoek tegenwerkte, zodat Argentinië graan naar Iran kon uitvoeren in ruil voor olie uit dat land.
In 2013 probeerde Kirchner samen met Iran een 'waarheidscommissie' op te zetten om de aanslag te onderzoeken. Israël en Joodse organisaties hadden hun bedenkingen omdat ze vreesden dat het justitieel onderzoek daardoor op de achtergrond zou raken. Een rechtbank haalde een streep door het plan van de president.