OM eist jaar cel om voorkennis bij Flexovit

De winst van het bedrijf ging al jaren omlaag, net als de beurskoers. Ook de resultaten over 1997 bleken weer lager uit te komen. Desondanks kochten de twee in de eerste maanden van 1998 grote pakketten aandelen.

Volgens de officier van justitie waren er op dat moment contacten met verschillende overnamekandidaten, waarvan W. als financieel directeur en B. als directeur productie, op dat moment op de hoogte waren. Van die wetenschap gebruik maken is misbruik van voorkennis, stelt het OM. Zij wil ook het onrechtmatig genoten voordeel afpakken. B. verdiende ruim 138 duizend gulden aan de transactie, W. hield 56.085 gulden over.

De verdachten ontkennen op de hoogte te zijn geweest van dergelijke besprekingen. De verdediging voerde bovendien aan dat er op het moment van koop 'geen sprake was van onderhandelingen'. Pas in juni kwam DTG met een vijandig bod op Flexovit, daarvoor was slechts sprake van eenzijdige toenadering door DTG. 'Er is pas voorkennis als er een redelijke zekerheid op een bod is', aldus advocaat D. Doorenbos. Volgens hem staat het OM dan ook uiterst zwak.

Maar volgens justitie is voorkennis een 'state of mind', die niet is terug te voeren tot een vaststaande datum of moment. 'Alles wat van invloed kan zijn op de gedachtengang van de gemiddelde belegger is voorkennis.'

Saillant detail bleek verder dat de zaak aan het rollen kwam, nadat verdachte B. zelf bij de AEX had gemeld dat hij zijn aandelen zonder er erg in te hebben in een zogenaamde geblokkeerde periode had gekocht. De AEX greep niet direct in en adviseerde hem zelfs om 'niets te doen'.

Uitspraak op 29 februari.