Nog steeds geen leven op Mars
Even gonsde het over de hele wereld: de NASA heeft sporen van leven op Mars ontdekt. De waarheid is prozaïscher.
Eigenlijk, zegt aardwetenschapper Inge Loes ten Kate van de Universiteit Utrecht, was het wel prettig dat de persconferentie van de NASA over de Mars Curiosity verkenner maandag zo weinig spektakel opleverde. Geen leven op Mars. Niet eens hard bewijs dat er op Mars organische moleculen voorkomen, hooguit indirecte aanwijzingen. En een beetje water.
Precies, zegt ze, wat je verwacht van een locatie als Rock Nest, zo'n 400 meter van de landingsplaats van de Curiosity, en nadrukkelijk gekozen om de apparatuur aan boord van de onbemande verkenner op een doorsnee Marslocatie te testen.
Ten Kate, die tot voor kort vijf jaar bij de NASA meewerkte aan het SAM-laboratorium aan boord van de Curiosity: 'Dit was de referentiemeting die we eerst wilden hebben. SAM werkt. We meten echte waarden, die repliceerbaar zijn en die min of meer aansluiten bij wat we al weten over Mars. Maar nog niets bijzonders. Dat zou ook gek geweest zijn. Dit was het oppervlak, waar organics hoe dan ook nauwelijks kunnen overleven.'
Eventueel spektakel, zegt de onderzoekster, komt later wel. Verderop bij Mount Sharp, waar sulfaat zit en klei, gaat ook echt in de bodem geboord worden. 'Dan wordt het leuk.'
Vooraf was er in de media en op internet wild gespeculeerd over 'resultaten die de geschiedenisboeken in zouden gaan' van de Curiosity. Media stonden maandag op scherp. Ten onrechte, zegt Ten Kate. Wetenschappelijk leider John Grotzinger van de Marsverkenner liet zich bij een televisie-interview - twee weken voor de persconferentie op 3 december - iets dergelijks ontvallen. Hij bedoelde de hele missie. De verslaggever dacht aan een spectaculaire nieuwe vondst. Leven? Er was geen houden aan.
Ten Kate werkt sinds kort aan de faculteit aardwetenschappen in Utrecht, waar ze onderzoek gaat doen naar de detectie en karakterisering van organische moleculen op andere planeten. Bijvoorbeeld op Mars. Deze week was ze op de jaarvergadering van de American Geo-physical Union in San Francisco voor een presentatie van haar nieuwe werk.
Maar natuurlijk ook voor de resultaten van de eerste complete bodemmonsters van de Curiosity, die toch ook een beetje haar werk zijn. 'Het waren nog maar vijf schepjes Mars-zand van Rock Nest, maar iedereen was er blij mee', zegt ze erover vanuit San Francisco. 'Behalve misschien de media.'
SAM (afkorting voor sample analysis at Mars) is een instrument aan boord van de Curiosity, dat volautomatisch materiaal van de Marsbodem in stappen verhit en de vrijkomende gassen met moleculaire technieken karakteriseert. Daarbij wordt, bleek maandag, flink wat water gevonden. Maar geen hoeveelheden om van wakker te liggen, was het oordeel ook.
Verreweg het interessantste resultaat van de eerste SAM-analyses zijn de aanwijzingen voor chloorverbindingen met één, twee of drie methaanmoleculen CH4. Zulke methaanperchloraten werden bij eerdere missies op het Mars-oppervlak ook al aangetroffen. Dat was destijds een grote verrassing, zegt Ten Kate, en heeft geleid tot veel nieuw onderzoek naar het ontstaan van deze koolstofverbindingen, in laboratoria op aarde.
Het vermoeden is zelfs dat de oude Vikingmissies er al sporen van hebben opgesnoven; die werden destijds echter als meetfout opgevat en niet verder bekeken.
Inmiddels is het idee dat de chloormethaanverbindingen niet oorspronkelijk voorkomen op Mars. Ze ontstaan pas bij het verhitten van perchloraten van Mars in aanwezigheid van organisch materiaal. Koolstof in een anorganische verbinding zoals een carbonaat geeft in SAM geen methaanperchloraat, zegt Ten Kate.
Op zichzelf is de vondst van de chloor-methaanverbindingen dus een aanwijzing dat er in het geanalyseerde Mars-zand echte organische moleculen voorkomen. Dat zouden nucleobasen kunnen zijn, aminozuren, of polycyclische koolwaterstoffen zoals benzeen, zegt Ten Kate. Dat er op Mars koolwaterstoffen voorkomen, is stiekem aan wel duidelijk.
Maar wat precies en waar vandaan, is met de huidige metingen niet te zeggen. Niet de oorspronkelijke organische moleculen zijn via SAM te zien, maar alleen hun chloorhoudende reactieproducten.
Dat maakt het moeilijk om te bedenken waar de moleculen vandaan komen: van (oud) leven op Mars, van meteorieten uit de ruimte, of misschien zelfs wel van verontreinigingen op de Curiosity zelf. In laboratoria op aarde, binnenkort ook in dat van Ten Kate in Utrecht, wordt daarom gezocht naar protocollen waarbij de oorspronkelijke moleculen wél via SAM te karakteriseren zijn.
undefined