Nijpend tekort aan stageplaatsen voor medicijnenstudies
De medische faculteiten hebben steeds grotere moeite stageplaatsen te vinden voor hun studenten. Vooral de co-schappen voor huisartsgeneeskunde zijn dun gezaaid....
Sinds 1998 is het aantal eerstejaars medicijnen gegroeid van ruim 1800 tot bijna 2900. Alle faculteiten hebben een probleem met het organiseren van zogeheten co-schappen, maar met name het regelen van stages bij huisartsen gaat moeizaam. Het huisartsentekort maakt dat de dokters het nu veel drukker hebben dan een paar jaar geleden. De Universiteit van Maastricht heeft bijvoorbeeld een tekort van honderd stageplaatsen bij huisartsen en overweegt de stages (340 in totaal) in te korten. Overigens duren de co-schappen daar tien weken, dat is langer dan bij enige andere universiteit. De universiteit heeft onlangs aan 1300 huisartsen in Limburg en Brabant een brief gestuurd met een oproep stagiairs aan te nemen. Die actie leverde weinig stageplaatsen op, maar veroorzaakte wel een conflict met de Universiteit van Nijmegen. Die vond dat sommige van de aangeschreven huisartsen in haar werkgebied horen. Afgesproken is nu dat de huisartsen stages aanbieden bij de universiteit waar ze zich het beste thuisvoelen. Dit betekent feitelijk dat universiteiten om stageplaatsen gaan concurreren, voorheen werd een vrij strikte geografische verdeling gehanteerd. Stagecoördinator Hans Grundmeijer van de Universiteit van Amsterdam zegt dat het elk jaar weer 'bidden en smeken' is om genoeg stageplaatsen bij huisartsen te vinden. 'En het probleem is pas over drie jaar op zijn hoogtepunt, gezien de groei van het aantal studenten.' Ook Cees Appelman, onderwijscoördinator huisartsgeneeskunde aan de Universiteit van Utrecht, herkent het probleem. Hij heeft het afgelopen jaar twee campagnes gevoerd om aan stageplaatsen te komen, en heeft er net genoeg. Hij zegt dat ook de co-schappen in de ziekenhuizen een steeds groter probleem vormen. 'Op een gegeven moment zijn er niet genoeg patiënten meer. Je kunt niet met vier co-assistenten op één patiënt afstappen.' De Universiteit van Nijmegen zegt daarom met steeds meer kleine ziekenhuizen in de regio contact te leggen, om ook daar co-schappen te regelen. Ondanks al die inspanningen moeten sommige studenten in Nijmegen een paar maanden wachten voor ze aan hun co-schappen kunnen beginnen; het is 'niet uitgesloten' dat dit steeds vaker voorkomt, zegt een woordvoerder van het Universitair Medisch Centrum in Nijmegen. Dat is een oplossing die Maastricht niet wil. Albert Scherpbier, onderwijsdirecteur van de medische faculteit in Maastricht, is bang dat wachttijden de universiteit op schadeclaims komen te staan. Als studenten door studievertraging hun recht op een studiebeurs verspelen, zouden ze de schade kunnen verhalen op de universiteit, vreest hij. Daarom is het voor Scherpbier duidelijk: 'Als die honderd ontbrekende stageplaatsen er niet komen, worden de stages korter gemaakt.'