nieuwsrepatriëring
Nederlandse staat hoeft IS-vrouwen en hun kinderen toch niet terug te halen
De staat hoeft 23 IS-vrouwen en hun 56 kinderen die in Noord-Syrische kampen zitten, toch niet terug te halen naar Nederland.
Repatriëring kan niet juridisch worden afgedwongen, dat is een politiek besluit, oordeelt het gerechtshof in Den Haag vrijdag. ‘Het is aan de politiek om zich over de erbarmelijke situatie van deze kinderen te buigen’, aldus de voorzitter van het hof.
De rechtbank Den Haag had begin vorige week nog gevonnist dat de Nederlandse staat alles moet doen dat in zijn macht ligt om de terugkeer van de 56 kinderen uit Syrië te bevorderen. Het kabinet, dat zich steeds heeft verzet tegen repatriëring, besloot versneld in beroep te gaan met een zogenoemd spoedappèl bij het gerechtshof.
Verschil
Elf dagen na die eerste uitspraak zitten, nota bene in dezelfde met grijs natuursteen afgewerkte zaal H1 van het Haagse Paleis van Justitie, dezelfde advocaten, dezelfde familieleden en dezelfde journalisten dus weer present om te luisteren naar grotendeels dezelfde argumenten die pleiten vóór dan wel tegen het actief repatriëren van de 23 vrouwen en hun opgeteld 56 kinderen. Het verschil zit hem in de drie hogere rechters die het verhaal dit keer aanhoren en die vrijdag het vonnis vellen.
Dat verschil blijkt groot: in tegenstelling tot de rechtbank eerder, vindt het hof deze kwestie geen zaak die juridisch kan worden afgedwongen. In internationale betrekkingen heeft de staat grote vrijheid om naar eigen inzicht te opereren en dat geldt dus ook voor deze zaak, aldus de voorzitter van het hof. Dat de vrouwen en kinderen in een zeer moeilijke situatie verkeren, doet daar volgens de uitspraak niets aan af.
Gevaar
De Nederlandse overheid heeft drie argumenten om niet te willen repatriëren: het gebied is te onveilig om ambtenaren naartoe te sturen, de nationale veiligheid zou in gevaar komen door terugkeer van deze vrouwen en kinderen, en dit soort internationale kwesties zijn aan de politiek om te beslechten en niet aan de rechter.
Over de eerste twee stellingen kan worden getwist. Dat het te gevaarlijk zou zijn om naar Noord-Syrië af te reizen wordt bijvoorbeeld tegengesproken door het feit dat afgelopen week nog vier weeskinderen – drie Britse en één uit Denemarken - uit de kampen werden overgedragen aan vertegenwoordigers van die landen.
Op het argument dat de nationale veiligheid in het geding komt bij terugkeer van deze vrouwen en kinderen, valt ook nog wel iets af te dingen. Zo waarschuwde de Nationaal Coördinator Terrorisme en Veiligheid eerder juist dat wanneer potentieel gevaarlijke uitreizigers níét terugkeren, zij uit het zicht kunnen verdwijnen om op een later moment alsnog aanslagen te plegen in Europa.
Plezierig
Uiteindelijk wordt de zaak beslist op het meest juridisch-technische argument: volgens de wet dient de rechter zich zeer terughoudend op te stellen bij het toetsen van door de Tweede Kamer goedgekeurd optreden van de overheid. Dit is een politieke kwestie, aldus het gerechtshof, geen juridische. De staat wordt volledig in het gelijk gesteld.
‘Ik wens u nog een plezierige dag’, besluit de voorzitter van het hof zijn uitspraak. Een teleurgesteld familielid van een uitreiziger veegt de tranen uit haar ogen. ‘Deze kleine kinderen gaan straks dood in die kampen, maar wij hebben een plezierige dag’, schampert ze.
Wat te doen met Nederlandse onderdanen die afreisden naar Syrië?
De rechtbank oordeelde eerder nog dat de staat ‘al het nodige’ moest doen om de 56 kinderen in de Syrische kampen terug te halen
Intussen stuurde Turkije afgelopen week al twee vrouwelijke uitreizigers terug naar Nederland. Wie zijn zij?
Onderzoeker Marion van San over de dubbele moraal in het kalifaat: ‘Vrouw gaat met seksspeeltjes langs de deuren’