reportage

Nederlands beste boerengrond – in Flevoland – maakt plaats voor woningen en natuur: ‘Maar bos kweken werkt hier niet’

Flevoland geniet wereldwijd erkenning om zijn ideale landbouwgrond. Toch krimpt het boerenwalhalla, om plaats te maken voor bebouwing en bebossing. Doet de provincie daar verstandig aan? ‘Dit hoort bij het bouwen van een complete samenleving.’

Noah Moeys
Piet Hellinga op het land in Zeewolde waar hij 25 jaar lang boerde en waar nu bomen zijn geplant door Staatsbosbeheer. Beeld Arie Kievit
Piet Hellinga op het land in Zeewolde waar hij 25 jaar lang boerde en waar nu bomen zijn geplant door Staatsbosbeheer.Beeld Arie Kievit

Waar ex-boer Piet Hellinga ooit uitkeek op imposante akkers vol tarwe, rode biet en aardappel, is zijn huis nu omringd door sprietige boompjes en dor struikgewas. Zijn bruisende boerderij moest in 2011 plaatsmaken voor een natuurgebied tussen de Oostvaardersplassen en Horsterwold. Hellinga werd uitgekocht, net als meerdere boeren in zijn regio. Van deze ecologische verbindingszone Oostvaarderswold is niets terechtgekomen, maar Hellinga’s 57 hectaren ‘maagdelijke grond’ zijn nooit meer beboerd.

Beetje bij beetje levert Flevoland landbouwgrond in, terwijl het de vruchtbaarste en productiefste landbouwgronden van Nederland heeft. Wereldwijd geniet de provincie erkenning voor de ideale omstandigheden, waaronder de constante toestroom van zoet water uit het IJsselmeer. Maar het boerenwalhalla krimpt: in 2025 zal Flevoland ruim 6.000 hectaren landbouwgrond hebben ingeleverd ten opzichte van 2019. Wetenschappers van Wageningen Economic Research berekenden dit vier jaar geleden door de arealen van geplande projecten bij elkaar op te tellen.

Steden als Almere, Lelystad en Dronten breiden uit, rondom Lelystad Airport verrijzen bedrijventerreinen en her en der wordt tegelijkertijd natuur aangelegd om het ‘brede welzijn en geluk’ te waarborgen. Na een mislukte poging om een datacentrum te openen is er sinds kort sprake van een megakazerne voor militairen van defensie op 6 kilometer van Hellinga.

‘Belangrijk in de voedselvoorziening van Nederland’

De boeren zien de ontwikkelingen met lede ogen aan, gesteund door de landbouworganisatie LTO Noord, een aantal partijen in de Provinciale Staten en onderzoekers van de landbouwuniversiteit Wageningen. ‘Flevoland is belangrijk in de voedselvoorziening van Nederland’, constateert onderzoeker Bert Smit van Wageningen Economic Research. ‘Wij denken vaak dat we voedsel overal vandaan kunnen halen, maar het wordt steeds belangrijker om zelf te produceren.’

Smit, die meewerkte aan het rapport uit 2019, noemt droogte, klimaatverandering en de bevolkingstoename als redenen om voedselproductie in Nederland te houden. ‘We moeten grond, vooral de goede grond, bewaren hiervoor.’ En die goede grond heeft Flevoland. Doordat het grotendeels uit kalkrijk klei bestaat en jonge grond is, levert een hectare in Flevoland soms tot 14 procent meer op dan een hectare elders in Nederland.

Ooit was de Noordoostpolder ontstaan om voedsel te verbouwen, schrijft historicus Eva Vriend in haar boek Het Nieuwe Land. Tijdens de Eerste en Tweede Wereldoorlog leed Nederland onder hongersnoden. Voor de Eerste Wereldoorlog was Nederland voor ruim driekwart afhankelijk van voedselimport. Zuidelijk en oostelijk Flevoland werden in de jaren vijftig gewonnen om ook de overvolle Randstad op te vangen, aldus de provincie Flevoland.

‘Dit was het beloofde land’, mijmert Hellinga, terwijl hij uit zijn tripleglasraam over het aangeplante bos staart. Het doet pijn, want het is niet de eerste keer dat hij zijn boerenbedrijf moest inleveren. In 1986 verhuisde hij vanuit Friesland naar de gemeente Zeewolde. ‘Ik kwam van een boerenfamilie net onder vliegbasis Leeuwarden. Onze hoeve had al een afgevlakt dak zodat de vliegtuigen erover konden vliegen. Maar toen werd het vliegveld vergroot en moesten we vertrekken.’

Hellinga zag een toekomst als boer in Flevoland wel zitten. Met een stuk van de verkoopsom kon hij op zijn 25ste land pachten in de zuidelijke polder. Hellinga: ‘Het was hier helemaal leeg en uitgestrekt. Ik heb mijn bedrijf zelf opgebouwd.’ Hij boerde goed en zodra het kon kocht hij het land van het Rijk. Het woonhuis, de gigantische schuur met caravanopslag, de stal vol koeien en 57 hectaren aan akkers waren van hem.

‘Versnelde verschuiving in het ruimtegebruik’

‘Flevoland gaat zorgvuldig om met zijn land’, zegt gedeputeerde economie Jan-Nico Appelman (CDA), zelf boer en zoon van pioniers die kort na de drooglegging in Oostelijk Flevoland gewassen gingen verbouwen. ‘Bij ieder potentieel project maken we de balans op: wat levert dit op, wat leveren we in? Landbouw staat hoog op het lijstje van belangen. Maar we zien wel een versnelde verschuiving in het ruimtegebruik. In de jaren vijftig was Flevoland puur agrarisch georiënteerd, nu bieden we ook ruimte voor wonen, recreatie en werkgelegenheid. Dat hoort bij het bouwen van een complete samenleving.’

Het was volgens Appelman nooit de bedoeling dat Flevoland exclusief bestemd was voor de landbouw. ‘Destijds heeft het Rijk heel bewust land rondom de beoogde steden verpacht in plaats van verkocht aan boeren, omdat toen al te voorzien was dat het op termijn een andere functie zou krijgen. Dus dat is eigenlijk een vorm van heel goede planning geweest.’

Ex-boer Piet Hellinga tussen het aangeplante struikgewas op zijn voormalige land in Zeewolde. Beeld Arie Kievit
Ex-boer Piet Hellinga tussen het aangeplante struikgewas op zijn voormalige land in Zeewolde.Beeld Arie Kievit

Appelman wil benadrukken dat er een visie is voor Flevoland. Het ruimtegebrek in de Randstad moet deels worden opgevangen door woningbouw in Flevoland, aldus de politicus, en daar hoort ook het scheppen van regionale werkgelegenheid bij. Vorig jaar was Appelman dan ook fervent voorstander van het beoogde datacentrum van Facebook-moederbedrijf Meta. In een rol voor Flevoland als voedselprovincie om Nederland zelfvoorzienend te maken, ziet Appelman niet veel. Hij definieert de gewenste zelfvoorziening liever op Europese schaal, met gemeenschappelijke Europese buitengrenzen.

Bouwbedrijf Van Wijnen, dat veel bouwt in de provincie, ziet de verschuiving ook positief in. Directeur Peter Hutten: ‘Flevoland is een sterke partner voor het oplossen van de huidige woningbouwopgaven. Ze kunnen in de polder van niets iets maken.’

In Lelystad is Van Wijnen bezig met drie gebiedsontwikkelingen en in Dronten staat een tweede project in de startblokken. In december realiseerde het bouwbedrijf daar de Silo, ‘een appartementengebouw met industriële kenmerken die refereren aan de graansilo die er voorheen stond’, aldus woordvoerder Sander Koekoek van Van Wijnen. Ook noemt hij Oosterwold, waar de gemeente Almere de functie van het agrarisch land rondom de A27 heeft veranderd naar de bestemming wonen.

De Silo in Dronten, een appartementencomplex 'met industriële kenmerken die refereren aan de graansilo die er voorheen stond’. Beeld Arie Kievit
De Silo in Dronten, een appartementencomplex 'met industriële kenmerken die refereren aan de graansilo die er voorheen stond’.Beeld Arie Kievit

Binnen de Provinciale Staten van Flevoland zijn de meningen verdeeld. Waar sommige partijen meer groen willen zien in de polder, staan andere voor woningbouw of andere industrieën. Statenlid Sjaak Simonse (SGP) maakte zich in 2021 tevergeefs hard voor een ‘agrarische hoofdstructuur’, waarbij de provincie secuur vastlegt waar landbouw het hoofddoel is in de provincie, en waar er dus niet ‘vanaf gesnoept mag worden’.

Akkerbouw zat er niet meer in voor Hellinga

In 2006 deden de eerste ‘horrorverhalen’ de ronde, die het einde inluidden van het boerenbestaan van Piet Hellinga. Een natuurstrook om de dieren in de Oostvaardersplassen meer ruimte te geven, klonk het plan. Bijeenkomsten, protestborden op het erf en tussenpersonen van de provincie die aanklopten volgden. In de jaren daarop startte het Rijk een onteigeningsprocedure. Hellinga zocht naar een ander boerenbedrijf om over te nemen, maar dat mislukte. In 2011 zat er niets anders op: hij werd gedwongen het land waarop hij 25 jaar had geboerd te verkopen aan de provincie. Iets verderop kon hij een schuur uitbreiden als stalling voor tweeduizend caravans en hij bleef in zijn zelfgebouwde huis wonen. Akkerbouw zat er niet meer in.

Hij was net te vroeg overstag gegaan. Nog geen jaar later ging het Oostvaarderswold-natuurproject door inspanningen van LTO Noord in rook op. Toch kon Hellinga zijn land niet terugkopen. Staatsbosbeheer had zijn akkers al meegerekend om de verbreding van de A6 met groen te compenseren.

‘Maar bos kweken werkt hier niet’, aldus de Fries, gebarend naar het aangeplante struikgewas zichtbaar aan alle kanten van zijn huis. ‘De grond is nat waardoor bomen niet diep wortelen. Die populieren waaien direct om, het ziet er niet uit.’ Hij is, naar eigen zeggen, de enige die weleens rondloopt in dit ‘bosje’, vanwaar je zestig windmolens spot en waar de N305 geluidsoverlast veroorzaakt.

Ondanks het afnemende areaal is Flevoland in veel ogen nog steeds een boerenprovincie, met 70 procent landbouwgrond. Groningen spant de kroon met 80 procent, terwijl Zuid-Holland en Utrecht met allebei 58 procent het minste boerenland hebben. Maar volgens LTO Noord heeft de agrarische sector een bepaalde schaalgrootte nodig om de keten van verwerkingsbedrijven, innovatie en boerderijen in stand te houden. In Flevoland is niet eerder grond ‘terug ontwikkeld naar landbouwgrond’, aldus Appelman, en hij ziet dat ook niet snel gebeuren. ‘Tijden veranderen, inzichten veranderen, en dat betekent dat ook bestemmingen kunnen veranderen.’

Voor Hellinga blijft het confronterend. Zijn zoon wil boer worden, maar zonder boerderij is dat lastig uitvoerbaar. ‘Het voelt als falen’, zegt de ex-boer, ‘want ik heb de grond die decennialang in de familie zit niet door kunnen geven.’

- Beeld -
-Beeld -

Wilt u belangrijke informatie delen met de Volkskrant?

Tip hier onze journalisten


Op alle verhalen van de Volkskrant rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright @volkskrant.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden