Nederlander 11 jaar onschuldig vast in Spanje - en dat was al 8 jaar bekend
De Nederlander Romano van der Dussen (42) heeft 11 jaar ten onrechte in Spanje gevangen gezeten wegens poging tot verkrachting van drie vrouwen in de Spaanse kustplaats Fuengirola in 2003. De Britse politie heeft bevestigd dat het dna van de dader overeenkomt met dat van een Britse man die vastzit wegens moord.
De Spaanse politie wist al sinds 2007 van de onschuld van Van der Dussen, maar jarenlange vertraging heeft een rechterlijke herziening van het vonnis tot op heden verhinderd, aldus het Spaanse dagblad El País zondag.
Volgens de krant bewijzen nieuwe proeven dat de dna-resten die zijn aangetroffen op de slachtoffers afkomstig zijn van Mark Dixie. Deze man, die in Londen een gevangenisstraf van 34 jaar uitzit wegens een moord en verkrachting in 2005, heeft inmiddels toegegeven dat hij de mogelijke dader kan zijn geweest. Hij heeft zijn medewerking toegezegd.
Niettemin zit Van der Dussen, die werd veroordeeld tot 15 jaar gevangenisstraf, nog steeds vast in de gevangenis van het eiland Mallorca. Hij is het slachtoffer van de Spaanse bureaucratie, die tot een enorme vertraging heeft geleid van de behandeling van zijn zaak door het Spaanse Hooggerechtshof.
Van der Dussen heeft vastgezeten in zeven verschillende gevangenissen door het hele land. Tegenover El País laat hij weten dat zijn leven als veronderstelde verkrachter in de cel een 'onbeschrijflijke hel' is. Vanwege voortdurende doodsbedreigingen en afranselingen heeft hij lange tijd voor zijn eigen veiligheid in eenzame opsluiting gezeten. Hij is naar eigen zeggen onder psychiatrische behandeling voor verschillende klachten. 'Mijn leven is kapotgemaakt', aldus Van der Dussen.
In 2003 woonde Van der Dussen aan de Spaanse Costa del Sol waar hij in een ijssalon werkte. Hij werd op 2 september 2003 in buurt van het strand bij Benalmádena gearresteerd, op verdenking van drie gewelddadige pogingen tot verkrachting van drie verschillende vrouwen. Die hadden enkele weken eerder niet ver van elkaar plaatsgehad. De pogingen mislukten door het onverwacht verschijnen van omstanders.
Ondanks de verschillende omschrijvingen van de dader door de slachtoffers ging justitie ervan uit dat het dezelfde man betrof. Van der Dussen bevond zich in de dossiers doordat hij eerder met de politie in aanraking was geweest wegens vechtpartijen en een ruzie met een vriendin. Twee slachtoffers zouden hem hebben herkend als de dader. Hoewel de aangetroffen dna-resten niet met de zijne overeenkwamen, werd Van der Dussen op basis van deze herkenning veroordeeld.
Volgens Van der Dussen, die zich gedurende zijn gevangenschap het Spaanse rechtssysteem eigen maakte, wemelde de behandeling van zijn zaak van de onrechtmatigheden. In de veroordeling bleef de dna-proef onvermeld. Getuigen die zijn alibi konden bevestigen, werden niet opgeroepen. Ook werden geen vingerafdrukken genomen van de teruggevonden tasjes en portemonnees die de dader van de slachtoffers had afgepakt.