Morsi staat terecht voor aanzetten tot geweld
De afgezette Egyptische president Mohammed Morsi zal worden aangeklaagd voor het aanzetten tot geweld, dat leidde tot de dood van demonstranten. Dit meldt het officiële staatspersbureau van Egypte. Het is nog niet bekend wanneer hij voor de rechter moet verschijnen.
De openbare aanklager Hesham Barakat heeft verklaard dat Morsi zich schuldig heeft gemaakt aan 'geweld en het aanzetten tot geweld en moord'. Ook 14 andere leden van de Moslimbroederschap zullen voor de rechter moeten verschijnen voor soortgelijke vergrijpen.
De aanklachten hebben betrekking op geweld dat in december plaatsvond voor het presidentieel paleis in Caïro. Op 5 en 6 december betoogden demonstranten daar tegen een wijziging van de grondwet. Morsi wilde daarmee de bevoegdheden van justitie verkleinen en zijn eigen macht vergroten. 11 demonstranten kwamen om. Aanhangers van de Moslimbroederschap mishandelden andere betogers.
Er wordt ook onderzoek gedaan naar Morsi's ontsnapping uit de gevangenis tijdens de opstand tegen het bewind van Hosni Mubarak, in 2011. Hij wordt beschuldigd van moord en samenzwering met de Palestijnse Hamas tijdens de uitbraak. In deze zaak zijn echter nog geen formele eisen geformuleerd.
Protesten
Morsi werd op 3 juli afgezet door het leger, een jaar nadat hij aan de macht was gekomen. Daarna braken grote protesten uit, veelal georganiseerd door de Moslimbroederschap en andere aanhangers van Morsi. Vele honderden mensen kwamen daarbij om het leven. Een groot deel van de moslimbroeders is opgepakt.
De regering zegt dat ook de Moslimbroederschap geweld heeft gebruikt. Bij het geweld, dat hevige vormen aannaam toen troepen de tentenkampen in Caïro opbraken, zij rond de 100 agenten omgekomen, aldus de autoriteiten.