'Mooi om dit nu al mee te maken'
De rechtsback is al een ster bij Ajax, nu wacht zijn eerste toernooi: het WK met Oranje. ‘Er wordt veel meer van je gevraagd, van je handelingssnelheid vooral.’..
Vergelijk hem met de zoon van een succesvolle zakenman. Hij leert het vak bij een kleiner bedrijf en keert terug bij pa als hij weet hoe werken aanvoelt. Een gedwongen verblijf bij voormalig filiaal Haarlem louterde Ajacied Gregory van der Wiel. Hij is de enige basisspeler van het Nederlands elftal die nooit een toernooi speelde.
Van der Wiel (22), vandaag in Rotterdam met Oranje in actie tegen Ghana, is exponent van de jongste generatie internationals. Bevriend met Elia en Babel, modern, zelfverzekerd, een beetje nonchalant ogend, ontspannen. Bepaald geen wandelende boekenkast van voetbalfeiten. Pas na enig nadenken noemt hij Baggio en zijn gemiste strafschop in de WK-finale van 1994 als eerste herinnering. ‘Hij was destijds een idool van mij.’ Om zijn voetbal? Nee. ‘Hij had net zo’n staartje als ik.
‘Ik heb me nooit gespiegeld aan een voetballer. Ik kijk naar spelers als Messi omdat ik dat gewoon mooi vind.’ Maar als hij hoort dat Heitinga heeft gezegd dat Oranje eindelijk weer een rechtsback als Reiziger heeft, voelt hij zich vereerd. En als je zegt dat hij iets heeft van Maicon, lacht hij. ‘Dank u.’
Modern dus. Een voetballer die communiceert via twitter. De berichten blijven braaf, want hij is een bekende sportman. Zondag: ‘Draag nummer 2 op het WK.’ Vrijdag, ingekort: did a lil trip to Innsbruck. Sinds zondag weten we dat kapper Hannihanna naar Zuid-Afrika komt, om hem en andere internationals te knippen.
Hij is snel en begaafd en viel met Afellay het meest op tijdens de trainingen in Oostenrijk. Vanuit het centrum verhuisde hij naar de flank. ‘Ik kon wel uit de voeten, maar als je de absolute top wilt halen, en dat wil ik, dan red ik het niet centraal. Alleen al omdat ik niet zo groot en fysiek ben. Vanaf het moment dat ik rechtsback speelde, dacht ik: dit is een betere positie voor mij. Ik kan ook lekker aanvallen. Assists geven, scoren. Centraal voelde ik me soms beperkt in mijn kunnen.’
Na acht interlands is zijn plaats bijna onomstreden. Tegen Mexico hoefde hij niet eens mee te doen. Dat was een duel voor de twijfelgevallen. Toch moet hij zich aanpassen aan de scherpe training en het hogere niveau dan bij Ajax. ‘Er wordt veel meer van je gevraagd, van je handelingssnelheid vooral. Het is lekker om met de trein mee te gaan. Je wordt alleen beter.’
Nederig blijven en waakzaam, dat is wat hem te doen staat. ‘Het zit niet in mijn persoon om uit de hoogte te doen. We hadden het thuis niet breed vroeger en ik heb ook de andere kant gezien.
‘Mijn vrienden werken hard voor een beetje geld, maar ik ga nog gewoon met ze om.’ Zelf was hij bijna verdreven naar de marge van het voetbal, toen Ajax hem wegstuurde op zijn veertiende. ‘Ik denk dat ik bij Ajax een beetje verwend was, na zes jaar. Ik had nooit iets anders gezien. Alles was goed geregeld.
‘Bij Haarlem merkte je de wereld van verschil. Je werd wakker geschud. De accommodatie was niet top. We speelden in kleding van elftallen van vijf jaar terug, terwijl je bij Ajax elk jaar alles nieuw kreeg. Je moest zelf naar de trainingen komen. Maar de sfeer was ontspannen, met veel jongens uit Amsterdam. Het was op een andere manier leuk dan bij Ajax. Dat is goed geweest voor mijn sociale ontwikkeling.
‘Mijn bedoeling bleef om ook bij Haarlem de top te halen. Ik had alleen niet gedacht, nadat ik bij Ajax was weggestuurd, dat dat nog via Ajax zou lukken. Op een gegeven moment vond ik mijn plezier bij Haarlem. Plezier was op dat moment het belangrijkste.’
Op zijn zeventiende keerde hij terug. Van Basten, de trainer met oog voor talent, gaf hem vorig seizoen de beslissende voorkeur als rechtsachter, boven Silva en Ogararu. Zijn ster rees boven de Arena, hoewel hij beseft wat beter kan en moet; het verdedigen zelf. ‘In de pure één op één duels kan het nog beter. Nee, niet per se meedogenlozer. Ik ben snel, ik kan een tegenstander een hoek inlokken en dan aanpakken. En ik kom niet veel in duels. Misschien is het slimmigheid, gecombineerd met snelheid.’
Hij voelt zich thuis bij Oranje, dat vandaag terugkeert van het trainingskamp in Oostenrijk. ‘De bondscoach verlangt van me dat ik 90 minuten scherp ben. Ik mag niet te makkelijk zijn. Het is snel gegaan en het is mooi dat ik dit nu al mag meemaken. Nu moet ik de volgende stap zetten.’
Nooit was hij zo lang onderweg met een sportploeg. Alles is nieuw. ‘Ik zag er een beetje tegenop. Na een paar dagen kreeg ik het gevoel dat ik gewend was. Ik hang een beetje met de jongens op de kamer. Beetje muziek luisteren, Playstation, laptop. Deze generatie is van de computers.’
Hij lacht als blijkt dat de verslaggever geen idee heeft wat pingen is. ‘Ik ken geen vriend die geen ping heeft.’ Hij geeft korte uitleg: soort msn, via je Blackberry. ‘Je hebt geen sms meer nodig. Twitteren, laptop, Hyves, dat is zo van mijn generatie.’
En muziek. Rap, hiphop. Als de spelersbus door Seefeld rijdt, draagt hij zo’n grote, witte koptelefoon. In de kleedkamer, ook voor wedstrijden, draaien de spelers muziek. De ene keer Nederlandstalig, dan weer house. En wie iets anders wil, luistert naar zijn eigen muziek. Bij Ajax is het anders. ‘Daar is het soms doodstil.’ Tja, die rapteksten gaan vaak nergens over. Het is hem te doen om ‘de beat.’
Over beat gesproken. Het volkslied? ‘Het eerste stuk zing ik mee, daarna ben ik het eventjes kwijt, en dan pak ik het weer op. Maar ik ga nog oefenen om mee te zingen. Het is speciaal als je daar staat in die rij.’
Gregory van der Wiel: een jongeman van deze tijd, met tal van tatoeages ook, vooral op de rechterarm; teksten, namen van familieleden, een kroon in de nek. Vleugels op de rug. Telkens meer. ‘Mijn moeder vindt het niet zo erg. Mijn vader vond het niet leuk.’ Soms liep hij na een nieuwe tekening even ‘met een dikke trui, maar uiteindelijk kun je hem niet verbergen’.