MONARCH MUBARAK
'ALLES wordt minder, behalve de prijzen...
Aldus karakteriseerde volksschrijver Gerard Reve ooit het menselijk bestaan, en wie dezer dagen kijkt naar de Egyptische economie en politiek, rest slechts instemming. Terwijl de explosief toegenomen economische vrijheden zich steeds duidelijker vertalen in zelfverrijking onder de elite en in rauwe uitbuiting en verpaupering van de massa, worden de laatste politieke vrijheden verder ingeperkt.
Het zijn donkere dagen voor de voorvechters van democratie in Egypte. En zover valt af te leiden uit de recente ontwikkelingen, is deze neergang nog niet ten einde.
Deze maand 'verzocht' het Egyptische parlement president Mubarak zich beschikbaar te stellen voor een vierde ambtstermijn van zes jaar. Sinds vorig jaar was Mubarak al de langst zittende president sinds de onafhankelijkheid, nu stevent hij af op een regeringsduur van werkelijk monarchale proporties. In september mogen de Egyptenaren naar de stembus om de kandidatuur in een referendum te bekrachtigen. Tegenkandidaten? Andere keer misschien.
Een omineus verschil met de vorige twee herbenoemingen van Mubarak, is dat ditmaal het hele maatschappelijk middenveld zich geroepen voelde tot een zogenoemde 'bay'a', een loyaliteitsbetuiging. 'De inwoners van Gizeh feliciteren hun president Mubarak met zijn geweldige prestaties en drukken hun steun uit voor zijn vierde termijn,' staat er op spandoeken bij de bruggen van Cairo naar Gizeh.
Zelfs de groepjes die doorgaan voor 'oppositie' trappelden van loyaliteit, in het parlement en erbuiten. De liberale krant al-Ahrar opende: 'De Ahrar steunt Mubarak'. Bedrijven kochten en kopen in kranten paginagrote felicitaties en menig blad pakte al uit met 24-pagina's dikke supplementen over 'onze leider die zich onvermoeibaar inzet voor onze belangen'.
De president van Egypte is dus gewoon een dictator, en ook het Egyptisch parlement heeft weinig te maken met democratie. Een onderzoek naar de gewelddadige en chaotische parlementsverkiezingen van eind 1995, wees uit dat zeker de helft van de overwinningen was 'gekocht'. Het parlement, voor driekwart in handen van Mubaraks NDP, besprak het rapport en legde het naast zich neer.
Tal van ondoordachte wetten namen de parlementariërs de afgelopen jaren aan, vaak in sessies van tien minuten. De echte controverses: of afgevaardigden tijdens de zittingen mogen slapen, of ze hun mobiele telefoons moeten afzetten, of ze willen ophouden ministers allerlei privé-petities te laten ondertekenen wanneer deze hun beleid komen verdedigen, en of ze uberhaupt willen komen opdagen.
Maar 'democratie' is niet alleen een systeem waar periodieke, open en eerlijke verkiezingen leiden tot regelmatige rotatie van machthebbers. Het staat ook voor een politiek model waarin niemand boven de wet staat, voor een onafhankelijke rechterlijke macht en een aantal garandeerde burgerlijke vrijheden.
Ook hier leidt de weg naar beneden. Naar schatting zeker twintigduizend Egyptenaren zitten vast in mensonterend slechte gevangenissen op verdenking van banden met gewapende fundamentalistische groepen. Negenduizend van hen hebben nooit een proces gehad, de rest is veroordeeld door een militaire rechtbank. Bij dit soort processen zijn de bewijzen zo flinterdun dat ze 'door agenten van de geheime dienst in elkaar lijken te zijn gezet in de auto op weg naar de rechtbank', zoals het Britse tijdschrift Middle East International laatst fijntjes opmerkte.
Wat betreft de vrijheid van vergadering heeft de regering voor de derde keer de aanvraag afgewezen voor de stichting van een politieke partij door al-Wasat, een gematigd platform van vreedzame christelijke en islamitische fundamentalisten. De overige politieke partijen zijn marginale clubjes waar de leiders al sinds mensenheugenis dezelfden zijn en interne verkiezingen worden gewonnen met dezelfde marges waarmee Mubarak in september wordt herkozen. 'De enige stem die in Egypte telt', schreef vooraanstaand uitgever Hisham Kassem laatst, 'is die van Magere Hein'; men blijft in Egypte leider tot de dood erop volgt.
Bij ontstentenis van geloofwaardige, invloedrijke politieke partijen werd in de afgelopen decennia veel politieke oppositie gevoerd via maatschappelijke organisaties. Maar de verkiezingen voor de studentenbonden worden tegenwoordig 'geregeld', terwijl alle politiek actieve vakbonden zijn verdwenen. Al twee jaar probeert de vakbond van advocaten een keer bijeen te komen; steeds grijpt de ordepolitie in.
Het laatste dieptepunt is de nieuwe wet op de Niet Gouvermentele Organisaties (NGO's), waaronder mensenrechtengroepen. Ieder NGO die zich bezighoudt met 'politiek' is illegaal, stelt de wet. Hongerstakingen en internationaal protest haalden niets uit, de brede en vage term 'politiek' bleef gehandhaafd. Als de regering voortaan een NGO wil verbieden, biedt de wet die mogelijkheid.
Hoe moet dit verder? Lange tijd leefde onder sommige democratische activisten de gedachte en hoop dat politieke vrijheden zouden volgen in het kielzog van de economische. Maar steeds meer wordt nu gevreesd voor invoering in Egypte van het 'Latijns-Amerikaanse jaren zeventig model': een vrije markt-dictatuur waarin de macht ligt bij een corrupte, zichzelf verrijkende coalitie van leger, de lokale zakenelite en buitenlandse investeerders - dit alles met ruime steun van het buitenland, dat zeker in het roerige Midden-Oosten boven alles is geïnteresseerd in stabiliteit.
De voortekenen zijn niet gunstig.