‘Militanten dwingen ons gratis graven te delven’

Zelfs Mogadishu’s laatste rustplaatsen zijn een strijdtoneel: strijders dreigen doodgravers geregeld in een graf te duwen als ze hen niet gratis helpen.

Reuters

Osman Aden brengt al vijftien jaar kleine kinderen naar hun laatste rustplaats. ‘Het begraven van baby’s is mijn dagelijkse werk’, zegt de 66-jarige Somaliër. ‘Ik denk niet dat daar snel een einde aan komt.’

Er zijn dagen in het wetteloze Mogadishu dat Aden en andere doodgravers wel dertig kinderen begraven. Sommige kleintjes zijn gedood bij mortieraanvallen, ook sterven steeds meer baby’s door gebrek aan medische voorzieningen. Andere kleuters overlijden door voedselgebrek.

In 1993 stierf Adens eigen dochter van de honger. Hij was op dat moment echter net een ander kind aan het begraven. ‘Mijn vrouw was geschokt dat ik eerst dat andere kind begroef en toen pas mijn eigen kindje. Maar ik had het geld hard nodig.’

Aden vraagt niet veel voor een begrafenis van een kind, een graf van een kleintje neemt nu eenmaal weinig plaats in. ‘De familie geeft mij het in witte doek gehulde lijkje, plus acht dollar. Ik verdwijn en graaf een ondiep graf.’

Soms worden de doodgravers niet betaald. ‘Ik verdien al negen jaar mijn geld met dit werk’, zegt de 40-jarige Farah Mude. ‘Maar de militanten dwingen ons te graven voor de prijs van ons leven – ze betalen ons geen cent.’

Niet zelden worden lege graven ‘gestolen’. Dan ligt er ’s ochtends een lijk in. Farah Mude: ‘Ik bleef een nacht op de begraafplaats slapen om te kijken wie ’s nachts de graven vulde.’ Mude werd wakker van terreinwagens. Toen hij ging kijken werd hij onder schot genomen. Hij moest bij het tiende graf gaan zitten, waar hij, zeiden de rebellen, zelf zou worden begraven als ze de negen lijken hadden begraven die ze bij zich hadden.

Ze voerden hun dreigement niet uit, maar de boodschap was duidelijk. ‘Een dikke man in de laatste auto zei dat God mij zou belonen. Maar ik was gewoon blij dat ik het overleefde.’

Een aantal van zijn collega’s dreigde onlangs met een staking. Maar één dreigtelefoontje – zoals die zo vaak worden gepleegd in Mogadishu – was genoeg om hen van dat voornemen af te brengen. Farah Mude: ‘We pakten het werk weer op, we wilden niet dood.’

Veel Somaliërs zijn zo arm dat ze geen geld hebben voor een fatsoenlijke begrafenis. De grafdelvers geven dan graven voor niks weg. Een van hen vertelt over een 14-jarige jongen die heel alleen met een ezelwagen het lijk van zijn vader kwam brengen.

Geld of geen geld, hun geloof gebiedt de doodgravers de stoffelijke overschotten altijd te begraven. Farah Mude: ‘Het is immoreel om dode mensen in de zon te laten liggen.’

Wilt u belangrijke informatie delen met de Volkskrant?

Tip hier onze journalisten


Op alle verhalen van de Volkskrant rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright @volkskrant.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden