Mierenwerksters helpen familie
Werksters van de grauwzwarte mier (Fomica fusca) leggen in een kolonie met meer koninginnen een voorkeur aan de dag voor broed dat genetisch het meest op henzelf lijkt....
In kolonies van de grauwzwarte mier leven vaak meerdere - doorgaans twee - koninginnen. De werksters in het nest vormen een mengelmoesje: het zijn dochters van de huidige machthebsters en van hun voorgangsters.
Hoe de herkenning verloopt, is niet duidelijk. Maar de werksters verzorgen het broed dat het meest op hen het best. Sundström denkt dat er twee mogelijkheden zijn: 'Of de werksters negeren het broed van de koningin waar ze het minst mee verwant zijn of ze elimineren een deel van de eieren of poppen van de vreemde koningin.'
Daarmee voldoen ze volledig aan de theorie. Die voorspelt dat bij sociale insekten de werksters, die zich niet voortplanten, hun eigen genen alleen kunnen doorgeven door de interessse na te jagen van de jongen die nauw aan ze verwant zijn. Daarmee vervalt het beeld van het mierennest als één grote samenwerkende machine. Bij de honingbij, aldus de auteurs, is nepotisme al eerder waargenomen.
