Column
Met toets waren Jesses talenten eerder ontdekt
Jesse Klaver komt overal mee weg.
Jawel, het is een leuke jongen. Vooral als zijn haar in de war zit en hij zijn das niet zo stijf knoopt. Trouwhartige, open blik, die zomaar ineens scherp kan worden. Knap, maar niet griezelig mooi. Slim, maar geen droogstoppelige professor. Komt goed uit zijn woorden, kan tegen een geintje. Sexy maar óók een zorgzame vader.
Jesse Klaver. Lieveling van alle moeders, geheimtip van de meisjes uit zijn klas, maar zelfs de jongens kunnen hem pruimen. En dan óók nog half-Marokkaans, met een tikje moeilijke jeugd, waar hij glorieus uit oprees. Een castingbureau zou het zo ideaal niet kunnen verzinnen.
Hij komt overal mee weg. Bij een ander zou dat oeverloze praten over zichzelf bloedirritant zijn. Jesse raakt maar niet uitverteld, over zijn jeugd in een katholiek dorp, zijn empathische oma, zijn wijze opa, zijn hardwerkende moeder, zijn weggelopen vader op wie hij niet boos is. Veel groter lijkt zijn referentiekader niet te zijn. Telkens maar weer die woorden 'mijn droom'. Bij een ander zou je zeggen: wat een kletsmeier, wat een sentimentele dweil. Van de leider van GroenLinks wordt het hartveroverend gevonden.
Misschien is het zijn bewonderenswaardige vermogen om zich niet door kritiek van de sokken te laten blazen. Critici die hem holle praat verwijten - collega Frank Kalshoven noemde hem 'inhoudelijk zo dun als een fotomodel' - krijgen geen bitse repliek, maar een brede jongenslach, waarbij al die hagelwitte tanden zijn onverstoorbare zelfvertrouwen weerkaatsen. Wacht maar. Je zult nog eens wat zien straks.
Ik denk dat critici die Klaver gebrek aan onderbouwing van zijn ideeën verwijten gelijk hebben. Ik denk ook dat Klaver ruimschoots gelijk heeft met de gedachte dat marktwerking als enige politieke en maatschappelijke ideologie heel armoeiig is en dat veel mensen het anders willen. Klaver zou een goede econoom naast zich moeten hebben.
Dat geldt ook voor zijn ideeën over onderwijs: een beetje minder naïviteit kan geen kwaad. Ze liggen lekker in het gehoor, die ideeën - Weg met de boekhoudersmentaliteit! Eind aan de afrekencultuur! - maar pakken desastreus uit voor kinderen zoals hij zelf was.
In het interview in Volkskrant Magazine betreurt Klaver de nadruk op taal en rekenen en op toetsing in het onderwijs. Hij vertelt over de schoolmeester die vond dat hij maar bakker moest worden. 'Het is eervol om later brood te bakken', zei die meester, zelf geen bakker. Maar kleine Jesse bleek slimmer dan hij leek en had 'andere dromen'. Via het vmbo haalde hij toch een hbo-diploma en studeerde hij een jaartje politicologie. Lange neus naar die meester.
Als Jesse Klaver indertijd regelmatig een toetsje had gemaakt, dan was al in een eerder stadium gebleken dat hij meer in zijn mars had en had hij naar een havo-vwo kunnen gaan. Dan had niemand hem hoeven vertellen wat hij later moest worden. Toetsen zijn voor kinderen die worden onderschat geen bedreiging maar een reddingsboei. Ze zijn boekhouderig kil maar hebben geen vooroordelen. Het maakt ze geen bal uit of je geen vader hebt, of half Marokkaans bent.
Goed taal- en rekenonderwijs geeft kinderen kansen. Misschien kon Jesse op zijn 12de inderdaad niet zo goed rekenen en maakte hij toetsen slecht. Later bleek hij het wel te kunnen, dus waarschijnlijk zat hij dan op een zwakke school, waar hij niet goed leerde rekenen.
Zwakke scholen ontnemen kinderen kansen. De onderwijsinspectie ontdekt zulke scholen door Cito-toetsen van scholen met eenzelfde populatie met elkaar te vergelijken. 'Oneigenlijk gebruik' noemen scholen dat. Schandelijk! Maar door die akelige 'afrekencultuur' heeft de inspectie veel zwakke scholen ontdekt en tot verbetering gedwongen.
Ik hou ook niet van bureaucratie, maar zonder toetsing, vergelijking en ingrijpen zijn juist kinderen als de jonge Jesse het haasje. Deze week nam de Tweede Kamer een wetsvoorstel aan waarin de rol van de onderwijsinspectie wordt ingeperkt. Voortaan mag de inspectie alleen maar kijken of een school aan 'minimumeisen' voldoet; de verantwoordelijkheid voor de kwaliteit ligt bij de schoolbesturen. Slecht idee. Over een jaar of tien zullen we de gevolgen zien: minimaal presterende scholen. Weer een overwinning van de PO-Raad en de VO-raad. Dat de eigenlijke macht in het onderwijs, in een democratisch bestel, bij deze 'raden' met schoolbestuurders ligt, is idioot. Zou Klaver daar eens naar kunnen kijken?