Marokkaantjes

De Amsterdamse wethouder Oudkerk sprak anderhalf jaar geleden van 'kut-Marokkaantjes', en eigenlijk klonk dat, alleen al vanwege het verkleinwoordje, nog tamelijk gemoedelijk en vergoelijkend - een beetje zoals sommige ouders met trots en vertedering in hun stem een zoontje dat niet wil deugen een klein sekreet noemen, of een lastig...

Jan Blokker

Er was toen trouwens ook meteen een Marokkaanse rapper die er een geuzennaam in rook, en een hit scoorde: een kut-hit.

Oudkerk had de zaak van de Marokkaanse gemeenschap in zekere zin dus een grote dienst bewezen, maar zodra zijn kwalificatie was uitgelekt (hij had haar achter z'n hand gebezigd tegen de burgemeester en was vergeten dat er een microfoon boven z'n hoofd hing), bood hij niettemin ijlings zijn excuses aan. Hij vreesde, denk ik, het Meldpunt Discriminatie.

Daar hoor je weinig meer van, de laatste tijd.

In het leerzame boek Niet spreken met de bestuurder van Gerard van Westerloo lees je over Amsterdamse conducteurs die, heel lang geleden alweer, in hun tram waren lastiggevallen door een paar jonge Marokkanen.

Vervelend natuurlijk, hoewel er niets aan de hand zou zijn geweest als ze hun mond hadden gehouden. Maar ze deden hun beklag, en ja, dan riep je het in die dagen als het ware over jezelf af: dan kreeg je het Meldpunt op je dak met de beschuldiging dat je aan racisme had gedaan, dus gestraft moest worden. En dan keek je volgende keer wel uit om er iets van te zeggen.

Maar intussen worden in Amsterdam-West politieagenten in effigie met de dood bedreigd, schijnen Marokkaanse jongetjes midden in een videowinkel hun behoefte te doen, is Anja Joos vermoord, worden hele buurten geterroriseerd en kondigt hoofdcommissaris Joop van Riessen met zoveel woorden het einde af van de lieve gedoogvrede bij het bewaren waarvan duizenden straathoekwerkers, wijkvaders, buurtregisseurs, jeugdpsychiaters, kinderbeschermers en ooms-agent met platte pet waren betrokken, en is het Meldpunt Discriminatie in geen velden of wegen meer te bekennen.

De kut-Marokkaantjes zijn het top-onderwerp geworden in alle kranten en in alle actualiteitenrubrieken op radio en televisie - en direct via de inspraaktelefoon of indirect via de hijglijn van Maurice de Hond, laat heel Nederland van zich horen.

Driekwart van de bevolking verwacht dat jonge (of misschien zelfs wel oudere) Marokkanen binnenkort andermaal iemand zullen doodtrappen. Tweederde zou er bij de regering op willen aandringen in ieder geval de criminele, maar eigenlijk liefst alle Marokkaantjes en Marokkanen met een enkeltje naar het Atlasgebergte terug te sturen, en 40 procent is bang er op straat in het donker eentje (dus zeker twee) tegen te komen.

Uit de oude, maar volgens mij op sterven na doodliggende zachte sector, hoorde ik twee zwakke, maar interessante tegengeluiden.

'Als de politie het over bendes heeft', zei de ene crimino-socioloog, 'moet ze eerst definiëren wat een bende is. Gaat het om hangjongeren die misschien wat hinderlijk lawaai maken? Om jeugd die intimiderend rondgaat en misschien wel 's wat steelt? Of om werkelijk criminele groepen?'

En de andere maande:

'Het is verkeerd om de overlast die ze kunnen bezorgen, om die te criminaliseren.'

Ik voelde me bijna weer net zo thuis als in de jaren zeventig, toen alle Nederlanders daags tevoren hun eindexamen sociale academie hadden gehaald.

Maar ik schrok me een ongeluk toen ik gisteren in B & W die jonge Marokkaanse rapper hoorde opbiechten dat hij helaas moest terugkijken op veel jeugdig kattenkwaad (zak gerold, tas beroofd, joint gerookt), maar dat hij zich op een dag tot Allah had gewend, en dat het sindsdien bergopwaarts met 'm was gegaan.

Getverderrie! Alsof je een gast van Andries Knevel hoorde.

Zouden er dus toch werkelijk kut-Marokkaantjes bestaan?

Wilt u belangrijke informatie delen met de Volkskrant?

Tip hier onze journalisten


Op alle verhalen van de Volkskrant rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright @volkskrant.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden