Man zonder erfenis

Een politieke erfenis van zichzelf heeft de uitgaande president van de VS eigenlijk niet. Wint Al Gore op 7 november, dan zal Clinton in ieder geval de man blijven die de Democraten terugbracht in het Witte Huis....

tekst Bert Lanting fotografie Tomas Musconico/Transworld Features

'Hier in Arkansas maak je iemand in een duel af, als het je niet is gelukt met de verkiezingen van hem af te komen', waarschuwt een bordje in het Old State House in Little Rock. Dat was vroeger, in de vorige eeuw, toen politieke ruzies vaak met het pistool werden beslecht, legt de gids uit voordat de bezoekers misschien verkeerde ideeën krijgen over de politieke zeden in het moderne Arkansas.

Hij leidt de groep snel naar de Clinton-expositie in de voorvleugel van het gebouw, dat vroeger als vergaderplaats voor het plaatselijke parlement diende. Voorlopig is het niet meer dan één kamertje met Clintons saxofoon met bijbehorende Blues-Brothers-zonnebril en een paar grijze gympen waarop de president echt heeft gejogd, maar de expositie straalt een en al ambitie uit.

In de hoek staat een replica van Clintons bureau in de Oval Office, met erachter foto's van Hillary en Chelsea en Clintons favoriete boeken: dikke pillen over F. D. Roosevelt, John F. Kennedy, Vaclav Havel en natuurlijk de Holy Bible. Als je op een knopje drukt verschijnt de president zelf op het scherm om de bezoeker met zijn warme, hese stem te overtuigen van het historische karakter van de plaats.

Dit was het symbool van de oprukkende democratie aan de frontier, de grens met het toen nog grotendeels onontdekte Westen. Maar misschien nog wel belangrijker: dit was het gebouw waar Clinton, de man uit Hope, zijn overwinning vierde in de presidentsverkiezingen van 1992. In 1996 kwam de ex-gouverneur van Arkansas terug voor een tweede groots overwinningsfeest. 'Het was de eerste keer sinds fdr dat een Democraat herkozen werd in het Witte Huis', brengt Clinton de bezoeker in herinnering.

Als alles goed gaat, moet een paar kilometer verderop langs de oever van de trage Arkansas-rivier het echte Clinton-monument verrijzen: de William J. Clinton presidentiële bibliotheek met aanpalend een policy center waar de president na zijn aftreden de wereldproblemen te lijf wil gaan.

Clinton heeft de ontwerpers van zijn leven na de dood al uitgekozen: de architecten James Polshek en Richard Olcott en designer Ralph Appelbaum, die naam maakte met het interieur van het Ho locaust Museum in Washington. Maar het terrein waar de bibliotheek moet komen, ligt nog steeds braak. Of liever: er staan nog een paar loodsen die weigeren te wijken.

Het stadsbestuur van Little Rock heeft het stuk grond aangewezen als locatie voor het Clinton-complex, maar een van de eigenaars ligt dwars. Eugene Pfeifer III, telg uit een prominent zakengeslacht in Little Rock, project-ontwikkelaar en eigenaar van een zaak voor bouwmaterialen, weigert zijn stuk grond te verkopen.

'Het gaat mij niet om Clinton, maar om het feit dat het stadsbestuur zonder inspraak van de bevolking besloten heeft 15 miljoen dollar uit te trekken voor de aanschaf van de grond voor de bibliotheek', zegt Pfeifer. De zakenman bezweert dat hij niets tegen Clinton heeft. 'Hij is briljant. Hij heeft een enorme feitenkennis. Hij heeft veel goede kwaliteiten, maar hij heeft helaas ook zijn tekortkomingen', zegt hij.

De zaak is nu voor de rechter - het stadsbestuur wil de grond onteigenen -, maar Pfeifer is ervan overtuigd dat hij aan het langste eind zal trekken. 'Waarom moet de stad opdraaien voor de kosten van de grond voor de bibliotheek, als we bijna geen geld hebben. Barbra Streisand haalt op één avond tien miljoen dollar voor Clintons bibliotheek op!'

Als we voorbij de verroeste spoorwegbrug rijden aan de rand van het toekomstige presidentiële park, kan hij het niet laten een steek onder water te uit te delen. 'Die staat hier bekend als de Brug naar de 21ste Eeuw', zegt hij smalend, met een toespeling op Clintons verkiezingsprogramma.

'Er zijn mensen die nog steeds proberen Clinton te grazen te nemen, omdat ze hem via de stembus nooit hebben kunnen verslaan', constateert Skip Rutherford, een vriend van Clinton die het hoofd gaat worden van de bibliotheek.

Hij ergert zich ook aan de pogingen Clinton zijn licentie als advocaat af te nemen in Arkansas, als straf voor zijn misleidende verklaringen in de Paula Jones-zaak. 'Ik heb al eerder gezegd: als ik de president was, zou ik er serieus over nadenken de bibliotheek in een andere staat neer te zetten. Het is schandelijk zoals hij hier thuis behandeld wordt', vertelt hij. 'Maar Clintons besluit staat vast: de bibliotheek moet hier komen.' Rutherford wijst erop dat driekwart van de mensen in Arkansas wil dat de bibliotheek er komt. 'Dit is nog steeds een overwegend Democratische staat', zegt hij. 'Clinton is hier enorm populair.'

Maar ook gehaat. Een van de helden van conservatief Arkansas is het Congreslid Asa Hutchinson, ook een zoon van de zuidelijke staat, die naam maakte als een van de 'managers' van het impeachment-proces tegen de president. 'Toen Clinton gekozen werd, waren de mensen hier apetrots. Wij worden nog altijd een beetje als achterlijke hillbillies gezien, maar nu was er toch maar iemand uit Arkansas die president werd', zegt een vrouw. 'Maar vervolgens heeft hij ons te schande gemaakt met dat gedoe met Lewinsky.'

Ze had het trouwens wel voorzien. 'Ach, Little Rock is een dorp. Iedereen kent iedereen hier, dus er deden al lang verhalen de ronde over Clintons seksuele escapades, toen hij nog gouverneur was.'

Paul Greenberg, commentator van de Arkansas Democrat-Gazette, de grootste krant van de staat, behoort ook niet bepaald tot de fob's, de Friends of Bill. 'Je hebt een stripfiguur Little Abner, waar altijd een zwart wolkje achteraan zweeft. Iedereen die hij tegenkomt wordt door de bliksem getroffen of zoiets. Zo is het met Clinton ook', zegt Greenberg. 'Alle mensen met wie hij samenwerkt, komen in de problemen. Hij laat een spoor van verwoestingen achter. Sommigen zijn in de gevangenis gekomen, anderen zitten met torenhoge advocatenrekeningen. Iedereen die hij aanraakt, raakt gecorrumpeerd.'

Is dat niet een wat al te hard oordeel over Clinton? Greenberg: 'Sommige mensen zijn dragers van ethische ziekten, zonder dat ze er zelf aan bezwijken. Clinton gaat heel nonchalant met de waarheid om. Hij floreert in stinkende situaties waarin wij geen oog dicht zouden kunnen doen.'

Greenbergs giftige toon illustreert de heftige gevoelens die Clinton oproept. Wie hem niet bewondert, haat hem uit het diepst van zijn hart. Sinds president Reagan hebben de Verenigde Staten geen president gehad die zulke sterke politieke emoties losmaakte. Maar Reagan was een steile ideoloog, iemand met een ronkende politieke agenda, terwijl Clinton juist altijd een meester in het compromis is geweest.

Clinton begon zijn mars naar het Witte Huis als leider van de Democratic Leadership Council, een club van zuidelijke Democratische politici die vonden dat de partij te ver naar links was afgedreven om ooit weer kans te maken het Witte Huis te heroveren. Om zich af te zetten tegen Michael Dukakis, die in 1988 verpletterend werd verslagen door vice-president George Bush sr., profileerde Clinton zich als Nieuwe Democraat die geloofde in de krachten van de vrije markt, die zuinig wilde omspringen met het geld van de belastingbetalers en die vooral harder wilde optreden tegen de misdaad.

Tijdens de campagne beloofde Clinton een belastingverlaging voor de middenklasse en een stimuleringspakket van 16 miljard voor de economie, maar hij zwichtte nadat Alan Greenspan, president van de Amerikaanse centrale bank, hem had voorgerekend dat zijn plannen de Verenigde Staten rond de volgende verkiezingen in een nieuwe recessie zouden storten. De enige manier om de economie te stimuleren was volgens Greenspan het mes te zetten in het begrotingstekort dat onder Bush was opgelopen tot 290 miljard dollar. Clinton ging door de knieën en presenteerde een begroting zonder de beloofde belastingverlagingen waarin hij het mes zette in de uitgaven.

Het enige Democratische element was de belastingverhoging voor de rijkste Amerikanen. De Republikeinen voorspelden een economische ramp, maar de begroting van 1993 legde de basis voor de economische boom van de jaren negentig. Vier jaar later ging Clinton, onder druk van de Republikeinen in het Congres, akkoord met een plan om de begroting in evenwicht te brengen. Het resultaat is dat de overheid dit jaar een overschot verwacht van ruim 230 miljard dollar. Over de komende tien jaar wordt het totale overschot op 25 duizend miljard dollar geraamd.

'Als de Republikeinen in 1994 niet het Congres hadden overgenomen, zou Clinton nooit akkoord zijn gegaan met het in evenwicht brengen van de begroting', zegt commentator Paul Greenberg. Hij vertolkt de afgunst in Republikeinse kringen over de stunts van de politieke Houdini in het Witte Huis. Hun andere tegenwerping is dat de economische boom niet aan het Witte Huis te danken is, maar aan de belastingverlagingen onder president Reagan en de ondernemingslust van de Amerikaanse burgers.

Clinton zelf heeft er, op zijn typisch volkse toon, het volgende antwoord op. 'Mijn vader zei altijd: als je een schildpad bovenop het hek ziet zitten, heb je een goeie kans dat ie er niet vanzelf gekomen is.' Presidential historian Allan Lichtman is het met hem eens. 'Het gaat erom onder welke president de economie is opgebloeid. De rest doet er niet toe. Als het fout gaat, krijgt de president ook de schuld, of dat terecht is of niet.'

Voordat Clinton het Witte Huis betrok was hij vastbesloten een president te worden die een ommekeer teweeg zou brengen, zoals zijn grote voorbeelden: de presidenten Roosevelt en Lincoln. Maar volgens Georgia Sorenson, mede-auteur van het boek Dead Center: Clinton-Gore Leadership and the Perils of Moderation, heeft hij de kans daarop al bijvoorbaat verspeeld door zijn keuze voor wat nu bekend staat als de Derde Weg.

Sorenson: 'Het begrip Derde Weg is heel vaag. Het komt er toch op neer dat het vooral een pragmatische benadering van het presidentschap is. Op die manier boek je wel politieke overwinningen, maar het betekent tegelijk dat je je politieke agenda moet matigen. Dus geen ambitieuze projecten als de Great Society of Social Security.'

Volgens Sorenson zit het ook in het karakter van Clinton. 'Hij heeft er een hekel aan als men een hekel aan hem heeft. Echt grote leiders kan dat niets schelen. Neem bijvoorbeeld Roosevelt die tegen een menigte schreeuwde: ik geniet van jullie haat!'

De mislukking van Clintons plannen om de gezondheidszorg te hervormen en alle Amerikanen een dekking voor ziektekosten te geven - een project waarover Hillary Clinton de leiding kreeg - is voor Sorenson illustratief. 'Grote presidenten wenden zich rechtstreeks tot het volk, als het Congres dwarsligt. Maar Clinton gaf meteen op.'

Volgens David Gergen, een Republikein die door Clinton het Witte Huis werd ingehaald om zijn public relations te verbeteren, was het bijna onvermijdelijk dat het zou misgaan. In de begintijd gaf Clinton de First Lady met haar steile opvattingen en politiek onhandige manier van opereren volgens hem veel te veel macht.

Er wordt wel gesuggereerd dat Clinton haar die rol gaf als genoegdoening voor zijn avontuurtjes. In ieder geval was het volgens Gergen een 'recept voor een ramp' en één van de belangrijkste redenen dat de Republikeinen in 1994 onder leiding van de ideologische scherpslijper Newt Gingrich het Congres veroverden.

Clinton revancheerde zich later voor de Gingrich-revolutie door zijn been stijf te houden tijdens het conflict met het Congres over de begroting. Hij liet het zelfs zover komen dat het Congres de geldkraan dichtdraaide. Maar het publiek gaf de Republikeinen de schuld van de shutdown.

Hoe diep de haat tegen Clinton bij de Republikeinen zat, bleek in 1998 toen het Lewinsky-schandaal losbarstte en de president na maanden ontkennen, moest toegeven dat hij toch een 'ongepaste relatie' had gehad met de stagiaire. Dat was voor de Republikeinen het signaal de jacht op hem te openen. 'Al dat gepraat dat je iemand die op de grond ligt, niet mag schoppen is lulkoek. Je moet hem niet alleen schoppen, maar je moet hem zelfs net zolang schoppen tot hij bewusteloos is. Dan moet je hem met een honkbalknuppel zijn schedel in slaan, in een oud tapijt rollen en hem van een rots af in de golven flikkeren', vatte Tom DeLay, een van de Republikeinse leiders in het Congres, de strategie samen in een e-mail aan een assistent.

DeLay begon meteen een campagne in het Congres om steun te krijgen voor een impeachment-procedure tegen de president wegens het plegen van meineed.

Achteraf is het de vraag of Clinton het schandaal zonder kleerscheuren zou hebben overleefd, als Dick Gephardt, de leider van de Democraten in het Huis van Afgevaardigden, hem niet had gered. Veel Democratische Congresleden en naaste medewerkers van de president voelden zich verraden door Clinton en aanvankelijk werd er in de partijgelederen zelfs gepraat over de vraag of hij niet moest aftreden om de Democratische Partij te redden. Maar onder leiding van Gephardt keerden de Democraten de rollen om en maakten ze van de Congres-verkiezingen van november 1998 een soort referendum over het onderzoek van Kenneth Starr ('het hoofd van de politieke zedenpolitie') en over de sluipende Republikeinse 'coup' tegen de president.

Het resultaat was dat de Republikeinen vijf zetels verloren; anders dan de Republikeinse Congresleden in Washington, vonden de meeste Amerikanen dat het Lewinsky-schandaal inderdaad om niet veel meer dan seks ging. De wraak was zoet voor Clinton: zijn kwelgeest Gingrich moest het veld ruimen.

Ondanks de afstraffing die ze van het electoraat hadden gekregen zetten de Republikeinen hun jacht voort. Op 19 december stemde het Huis van Afgevaardigden voor de impeachment van president Clinton. De Senaat sprak Clinton twee maanden later vrij, maar de straf had hij al. Clinton gaat de geschiedenis in als de tweede president tegen wie een impeachment-proces werd aangespannen.

Anderhalf jaar later lijkt de impeachment-zaak, die de Verenigde Staten ruim een half jaar in de ban hield, lang vergeten. 'Het is alsof het hele Lewinsky-schandaal nooit heeft plaatsgevonden', stelt historicus Lichtman verbaasd vast. 'Watergate heeft allerlei veranderingen teweeggebracht, maar de Lewinsky-zaak heeft geen enkel spoor nagelaten.'

De diepe haat die de Republikeinen voor Clinton koesteren valt misschien te verklaren uit het feit dat de president de politieke agenda van de Republikeinen heeft gestolen zonder hun gedachtegoed over te nemen. 'Clinton heeft het klaargespeeld zich aan het hoofd van drie Republikeinse parades te stellen: beperking van de begrotingstekorten, hervorming van de sociale voorzieningen en vrije handel', zo vatte Robert Reich, de voormalige minister van Arbeid die gemengde gevoelens over Clintons koers heeft, het samen.

Ironisch genoeg heeft hij zijn grootste successen geboekt tegen de zin van zijn eigen partij in. Veel Democratische Congresleden waren fel tegen zijn besluit om het mes te zetten in de werkloosheidsuitkeringen en uitkeringstrekkers te dwingen een baan te zoeken. Maar zelfs linkse Democraten als afgevaardigde David Bonior moeten achteraf erkennen dat het heeft gewerkt. Bij de Democraten bestond ook veel verzet tegen zijn campagne om de wereldhandel te stimuleren - en tegelijk het gevaar van internationale tegenstellingen te verminderen - door het afbreken van handelsbarrières. Maar met de steun van de Republikeinen joeg Clinton het vrijhandelsakkoord met Canada en Mexico (nafta) en het gatt-akkoord erdoor en dit jaar de permanente status van normale handelspartner voor China.

Als Clinton de hoop had de geschiedenis in te gaan als de vredesstichter in het Midden-Oosten, zal hij die illusie na het geweld van de afgelopen weken zijn kwijtgeraakt. Maar de ironie wil dat vrijwel tegelijkertijd zijn voornaamste erfenis op buitenlands terrein vast kwam te staan door de val van de Joegoslavische leider Milosevic. Clinton is de president die met het Amerikaanse ingrijpen in Bosnië en Kosovo een einde heeft gemaakt aan bijna tien jaar van oorlog en etnische zuiveringen op de Balkan.

Wat er van de politieke erfenis van Clinton zal overblijven hangt van iemand anders af: Al Gore. 'Als Gore wordt gekozen, zal Clinton worden gezien als de man die de Democraten het Witte Huis teruggaf, maar als hij verliest, ziet het er somber uit. Dan zal hij worden gezien als de man die ervoor zorgde dat de Republikeinen het Huis van Afgevaardigden, de Senaat en ten slotte ook het Witte Huis heroverden', zegt Lichtman.

In Little Rock heeft men zich erbij neergelegd dat Clinton dan wel de Comeback Kid genoemd mag worden, maar dat hij na zijn aftreden niet naar Arkansas zal terugkeren. 'Hij zal af en toe weleens langskomen op zijn bibliotheek, maar hij ziet Arkansas al lang niet meer als zijn thuis', zegt commentator Greenberg en hij wijst erop dat Hillary Clinton naar New York is verhuisd om daar haar politieke geluk te beproeven. 'Het is zoals op de Republikeinse conventie werd gezegd: de man uit Hope keert terug naar New York.'

Wilt u belangrijke informatie delen met de Volkskrant?

Tip hier onze journalisten


Op alle verhalen van de Volkskrant rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright @volkskrant.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden