Maleisië is uitvalsbasis voor talloze terreurgroepen; autoriteiten zijn begonnen met grote schoonmaakactie

Het islamitische Maleisië is een uitvalsbasis voor talloze jihadistische terreurgroepen. Deze week zijn de autoriteiten een grote schoonmaakactie begonnen, waarbij meer dan 400 mensen werden gearresteerd, onder wie een Pakistaan die 62 paspoorten in zijn bezit had. De klopjacht moet het land veilig maken voor de Zuidoost Aziatische Spelen die 19 augustus beginnen.

Michiel Maas
Kuala Lumpur, de hoofdstad van Maleisië Beeld
Kuala Lumpur, de hoofdstad van MaleisiëBeeld

Als Turkije nou had laten weten dat ze die Syrië-gangers terug naar Maleisië zouden sturen, dan had Maleisië ze nu niet meer hoeven zoeken. Zeker zestien Syriëgangers zijn met het vliegtuig uit Istanbul naar Kuala Lumpur gekomen. Ze zijn door de douane gewandeld en verdwenen, omdat niemand wist dat ze bestonden. Nu kunnen ze overal zijn, klaagt Maleisië, of erger: ze kunnen zich aansluiten bij IS in Zuidoost-Azië, gaan vechten in de Filipijnen of op eigen bodem aan de slag gaan.

De zestien (of meer) verdwenen Syriëgangers zijn maar een fractie van de honderden, of misschien wel meer potentiële terroristen die schuilgaan onder de Maleisische bevolking. Het land heeft een terrorismeprobleem. Tientallen Maleisiërs vechten nog steeds met IS in Syrië, Maleisische strijders zijn bovendien gesignaleerd in de Filipijnen, waar aan IS gelieerde strijders een deel van de stad Marawi bezet houden. Een islamitische afscheidingsbeweging in het zuiden van Thailand gebruikt het land bovendien als wijkplaats en uitvalsbasis, en internationale terroristen gebruiken het als een doorvoerland.

Liefst zou Maleisië die allemaal in één grote schoonmaakoperatie bij elkaar vegen en opsluiten. Deze week heeft de politie daar een begin mee gemaakt. Bij een serie razzia's zijn meer dan 400 mannen opgepakt, onder wie een Pakistaan die 62 paspoorten in zijn bezit had. De razzia's waren het begin van een grote nationale veegactie. De politie is bezig met een grote klopjacht want zij wil het land absoluut veilig hebben als op 19 augustus de Zuidoost-Aziatische Spelen beginnen: de SEA Games. Die mogen niet worden verstoord door aanslagen. De komst van zestien Syriëgangers maakt de politie danig nerveus.

De angst voor aanslagen lijkt gerechtvaardigd. Op 28 juni 2016 werd een handgranaat gegooid naar een bar in Puchang. De aanslag was klein, acht mensen raakten gewond, en aanvankelijk hield de politie het op een afrekening onder criminelen, maar de achtergrond blijkt zorgwekkend. Twee daders werden opgepakt, en die zouden volgens de politie zijn gestuurd door ene Muhammad Wanndy Mohamed Jedi, een Maleisiër die in Syrië vecht. Hij zou de mannen via het internet hebben gerekruteerd en ze opdracht hebben gegeven aanslagen voor te bereiden op 'regeringsleden, politie-officieren en rechters', zegt de politie.

Voor zover bekend vechten tientallen Maleisische strijders met IS in Syrië. Volgens andere schattingen gaat het om zo'n 150 tot 200 strijders, die allemaal een achterban in Maleisië hebben. Daarbij komen de strijders die nu op weg gaan naar Marawi, op het Filipijnse eiland Mindanao, om daar mee te vechten met IS-getrouwen die zeggen dat zij daar een Aziatisch 'kalifaat' willen vestigen. Razzia's helpen, en ook de strenge wetgeving die de politie het recht geeft mensen zonder vorm van proces op te sluiten. De politie zegt vorig jaar 14 terroristische aanslagen te hebben verijdeld.

Maar het terrorisme heeft diepe wortels. De strenge islamitische cultuur die de sfeer in het land bepaalt draagt daartoe bij en sluit in ieder geval goed aan bij het gedachtengoed van IS. Al in de jaren '80 en '90 was Maleisië een toevluchtsoord voor terroristen als Abu Bakar Bashir, de 'emir' van de terreurorganisatie 'Jemaah Islamiyah'. Bashir was Indonesië ontvlucht omdat de toenmalige president Soeharto keihard optrad tegen radicale moslims. Na Soeharto's aftreden, in 1998, zou Jemaah Islamiyah een reeks zware bomaanslagen plegen in Indonesië. De belangrijkste bommenmaker van de groep, Noordin Top, was een Maleisiër.

De geografische van Maleisië maakt het land kwetsbaar. In 2013 vielen ruim tweehonderd gewapende strijders de Maleisische provincie Sabah binnen, op het noordelijkste puntje van Borneo. Zij wilden het land 'heroveren' om het bij het islamitische Sultanaat van Sulu te voegen. Dat is het gebied waar de notoire terreurbeweging Abu Sayyaf haar basis heeft. De Sayyaf-beweging staat vooral bekend om ontvoeringen en onthoofdingen. Een afsplitsing van deze groep vecht mee in de stad Marawi. Een groep strijders die trouw heeft gezworen aan IS houdt daar al drie maanden stand tegen het Filipijnse leger. Dat succes trekt weer andere strijders naar de regio. IS heeft al oproepen verspreid, om in plaats van naar Syrië nu naar de Filipijnen te gaan om daar te vechten voor een Aziatisch kalifaat. Tientallen strijders, waaronder ook Maleisiërs, zouden al aan die oproep gehoor hebben gegeven.

De buurlanden vrezen nu dat deze strijd niet beperkt zal blijven tot de Filipijnen. Met de razzia's probeert Maleisië niet alleen een sportevenement veilig te houden, maar ook iets te doen aan deze permanente IS-dreiging. Agenten trappen deuren in, arresteren mensen en speuren zelfs (vergeefs) naar radioactief materiaal. Zonder veel resultaat. De zestien verdwenen Syriëgangers zijn nog steeds spoorloos, en andere terroristen heeft het nog niet opgeleverd. De arrestanten zijn tot nu toe vrijwel allemaal illegale werkers uit landen als Myanmar, Bangladesh en Sri Lanka. Ook daarvan zijn er genoeg in Maleisië.

Wilt u belangrijke informatie delen met de Volkskrant?

Tip hier onze journalisten


Op alle verhalen van de Volkskrant rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright @volkskrant.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden