Leraar, arts, arbeider... rebel
De Tripoli Brigade, die zondag als een van de eerste wist door te stoten naar de hoofdstad, bestaat vooral uit burgers. Een deel kreeg militaire training in Qatar. Grote vraag is of alle legertjes zich straks zullen scharen achter de Nationale Overgangsraad.
Een Libiër die al twintig jaar in Ierland woont, luidt deze dagen de dramatische val in van Moammar Kadhafi. Mahdi al-Harati (38), tot februari leraar in Dublin, is als commandant van de Tripoli Brigade een van de gezichten van de strijd om Tripoli. Van leraar Arabisch tot een van de belangrijkste militaire leiders van het anti-Kadhafiverzet in Libië.
De ruim 600 man sterke Tripoli Brigade, deels getraind door het leger van Qatar, is een van de eenheden die zondag snel wisten door te stoten naar de hoofdstad. En dan te bedenken dat Al-Harati ruim een jaar geleden nog deelnam aan de Gaza-vloot met vredesactivisten die door Israëlische commando's met geweld werd geënterd.
De Tripoli Brigade is geen elite-eenheid, zei hij ruim een week geleden in The Irish Times over zijn bijzondere groep van expats, artsen, arbeiders en zakenmensen. Een van zijn soldaten nu in Tripoli is een 22-jarige Libische Amerikaan, piloot Mohammad al-Jouma uit Florida, die zijn ouders in de stad wilde redden. 'Het is belangrijk om te weten dat we allemaal burgers zijn', aldus Al-Harati wiens vier kinderen en vrouw nog in Dublin wonen. 'We zijn geen militairen.'
Wie zijn de honderden rebellen en hun commandanten die de hoofdprijs van de Libië-oorlog, Tripoli, grotendeels in handen hebben? Die vraag dringt zich op nu hun militaire successen zo'n scherp contrast vormen met de verrichtingen van de rebellen in Oost-Libië. Wat de strijders aan het oostelijke front pijnlijk misten bij de gevechten, spreiden de rebellen in West-Libië nu volop ten toon: discipline, militaire coördinatie, vasthoudendheid en expertise.
Berbers
Maandenlang bestond het beeld dat de westelijke rebellen uitsluitend berbers waren uit het Westelijk Gebergte. Het waren inderdaad leden van deze minderheidsgroep die in de afgelopen maanden het berggebied ten zuidwesten van Tripoli wisten te veroveren op het Libische leger. Berbers speelden ook een belangrijke rol bij de inname van de strategische havenstad Misrata.
Maar de Tripoli Brigade is het bewijs dat de rebellen in West-Libië een gemêleerde groep vormen. De brigade, een idee van Al-Harati om Tripoli te bevrijden, opereerde aanvankelijk vanuit Benghazi. Maar al snel na de eerste militaire successen van de berbers, werd de brigade overgebracht naar Nalut in het Nafusa-gebergte.
Ook andere strijders uit Oost-Libië werden de afgelopen weken met vliegtuigen, onder andere van Qatar, overgebracht naar dit nieuwe front. Het emiraat speelde, met Jordanië, Frankrijk en Groot-Brittannië, een belangrijke rol bij de militaire bevoorrading en training van de westelijke rebellen. De Qatarese emir Hamad bin Khalifa, die zich als een van de eerste leiders achter het verzet schaarde, voorzag de rebellen onder andere van antitankwapens, munitie en communicatie-apparatuur.
Training in Qatar
Zo'n honderd leden van de Tripoli Brigade kregen verder een militaire training in Qatar. De eenheid, onderdeel van het nieuwe Nationale Bevrijdingsleger, werd opgezet om belangrijke gebouwen in Tripoli te bewaken na Kadhafi's val. Op deze manier moet een herhaling worden voorkomen van de plundering in 2003 van ministeries en musea in Bagdad na de verovering van de stad. Niet voor niets benadrukte met name Washington maandag dat de rebellen vooral orde en rust moeten handhaven na beëindiging van de vijandelijkheden.
Al-Harati is een van de weinige rebellencommandanten van het westelijke front die enigzins bekend is. Van een groot aantal militaire leiders weet de Libische bevolking vrijwel niets. Vanwege de gefragmenteerde strijd is er nu een bonte stoet ontstaan van lokale milities en commandanten, overwegend burgers met nauwelijks militaire ervaring. Ze hebben nu allemaal een ding gemeen: ze zijn uit op de val van het regime-Kadhafi.
De grote vraag is echter hoe al deze legertjes en hun leiders zich zullen gedragen als de Nationale Overgangsraad Benghazi verlaat en zijn intrek neemt in Tripoli.
Zullen de berbers, die zo'n cruciale rol hebben gespeeld bij de val van Moammar Kadhafi, het leiderschap van deze overgangsraad zomaar accepteren? Of zal deze minderheid, die zich altijd al achtergesteld heeft gevoeld, met eisen komen om een grotere politieke rol te kunnen spelen in het nieuwe Libië?
De vergelijking met Irak, dat na de Amerikaanse invasie van 2003 in chaos en geweld verviel, is de afgelopen dagen al talloze malen gemaakt. Want in tegenstelling tot de volksrevoluties in Tunesië en Egypte, is de Libische variant de enige waar een oorlog nodig was om een gehate dictator te verdrijven.
undefined