'Legertop ziet einde Soeharto naderen'
Het Indonesische leger is in Soeharto's Nieuwe Orde een cruciale factor. Het moet zorgen voor stabiliteit, maar ook bepalen de militairen de uitkomst van de politieke hervormingen....
Van onze verslaggeefster
Marianne Boissevain
JAKARTA
Midden in de ambassadewijk van Jakarta staat een enorme legertent, die zich qua maat en model best mag meten met de kapitale villa's eromheen. De Indonesische strijdkrachten (abri) kwijten zich hier van hun voornaamste taak: zij zorgen voor de orde en veiligheid in de samenleving.
Het is zelden of nooit een buitenlandse vijand die Indonesië bedreigt. Het gevaar schuilt van binnen. De villawijken, de zakenwijken en de regeringswijk mogen geen hinder ondervinden van de volkswoede over de oneerlijk verdeelde ellende van de economische crisis, die vorige week met blind geweld tot uitbarsting is gekomen. Daarom ondersteunt het leger de politie, die in Indonesië de vierde tak van de strijdkrachten vormt (na landmacht, marine en luchtmacht). En daarom staat er nu een legertent tussen de ambassades.
Hecht georganiseerd en stevig bewapend is de abri uitstekend in staat een volksmuiterij te onderdrukken - zelfs als die op verschillende plaatsen in het land tegelijk tot uitbarsting komt. Maar de strijdkrachten beschikken bovendien over aardig wat politieke macht: ze zijn met 75 man vertegenwoordigd in het 500 zetels tellende parlement (zij het dat hun vertegenwoordigers worden benoemde door hun opperbevelhebber, president Soeharto - militairen hebben in Indonesië geen stemrecht).
'In Soeharto's Nieuwe Orde speelt het leger een belangrijke politieke rol', zegt Umar Juoro, lid van de denktank van de invloedrijke Associatie van Islamitische Intellectuelen. Vooral nu de economische crisis bezig is een politieke crisis te veroorzaken. Allereerst moet het leger natuurlijk zorgen voor de stabiliteit die nodig is voor een economisch herstel. Maar het gaat veel verder dan dat - het zijn de militairen die in hoge mate de uitkomst van de politieke hervormingen bepalen.'
Die dubbelrol wordt volgens Umar Juoro op dit moment vooral gespeeld door generaal Wiranto, chef-staf van de strijdkrachten en tevens minister van Defensie. 'Die heeft ingezien dat hervormingen niet kunnen uitblijven en maar beter in goede banen kunnen worden geleid. Daarom heeft hij zich ingespannen om een forum te creëren waar studenten, intellectuelen en andere vernieuwingsgezinden kunnen bespreken wat die hervormingen moeten behelzen en hoe ze moeten verlopen.
'Wiranto heeft contact opgenomen met studentenorganisaties, niet-goevernementele organisaties, beroepsorganisaties, religieuze organisaties, ondernemersorganisaties...' Het is een indrukwekkende lijst, maar de werklozen, de kansarmen en de kleine scharrelaars zijn daar niet bij - juist de mensen die vorige week zoveel geweld hebben aangericht.
'De ''zwevende massa'', zoals de Nieuwe Orde deze mensen noemt, is op geen enkele manier georganiseerd', erkent Umar Juoro. 'En in de gegeven omstandigheden is dat een probleem.'
De dubbelrol die Wiranto vervult, stelt de generaal en zijn medestanders in de strijdkrachten wel voor een dilemma. 'Aan de ene kant zijn ze verantwoordelijk voor de stabiliteit, wat betekent dat ze de hervormingseisen serieus moeten nemen. Maar aan de andere kant staan ze onder bevel van een opperbevelhebber, president Soeharto, die zwaar onder vuur ligt van de hervormingsgezinde groeperingen.'
De manier waarom Wiranto zijn dubbelrol vervult, wordt dan ook niet door iedereen geapprecieerd. Jakarta gonst van de geruchten dat Soeharto Wiranto minstens een deel van zijn macht wil ontnemen en een nieuwe chef-staf wil benoemen. 'Als Wiranto eruit vliegt, wordt de kans op een vreedzame machtswisseling wel kleiner', constateert Umar Juoro. 'Ik ken geen enkele generaal die in zijn schoenen kan staan.'
Een generaal die volgens goed ingevoerde waarnemers Wiranto maar al te graag zou opvolgen is Prabowo Subianto. De ambitieuze luitenant-generaal is niet alleen bevelvoerder van de elite-troepen, hij is ook een schoonzoon van Soeharto. Maar volgens sommigen beschikt hij over te weinig sociale vaardigheden om te kunnen bijdragen tot een oplossing van de huidige crisissituatie.
'Ik denk wel dat Soeharto Prabowo meer vertrouwt dan enig ander officier', vermoedt Salim Said, die als docent aan de legeracademie in Bandung het militaire wereldje beter kent dan de meeste Indonesiërs. Said wordt in deze spannende dagen overstroomd met vragen van diplomaten en journalisten. 'Het bloed kruipt waar het niet gaan kan, zeker in tijden van crisis.'
'Zelfs al zou Prabowo tot de conclusie komen dat het tijd wordt dat Soeharto aftreedt, dan nog zou hij de grootvader van zijn kind anders bejegenen dan andere generaals zouden doen. Volgens mij beseft Prabowo inderdaad dat het einde van het Soeharto-tijdperk nabij is. Maar hij wil die ouwe man niet zien vernederen - en hij hecht daar meer waarde aan dan generaal Wiranto.'
Op zulke persoonlijke verschillen tussen Wiranto en Prabowo is volgens Salim Said het gangbare praatje terug te voeren dat er binnen de strijdkrachten verschillende stromingen bestaan, een factie-Wiranto en een factie-Prabowo. 'Het begint met twee ego's - en op den duur worden er dan steeds meer principes bijgesleept die hun aanhang tot een factie maken', smaalt hij.
'Maar uiteindelijk is de enige solide, moderne, nationaal gespreide organisatie in dit land de abri. Daarbuiten is de enige machtsfactor de moslimgemeenschap, maar die is niet eensgezind.'
In de verschillende commissies en actiegroepen die nu haastig worden opgericht om voorbereidingen te treffen voor een toekomst zonder president Soeharto, heeft Salim Said al bitter weinig vertrouwen.
'Al die politieke activisten in de steden hebben waarschijnlijk geen wortels in de bevolking. Indonesië kent nu eenmaal geen gevestigde middenklasse, dat maakt het moeilijk de sociale kloof te overbruggen. We bevinden ons in een hoogst kritieke toestand, en ik ben bang dat de Indonesische militairen daar beter op zijn voorbereid dan de burgers. Als wij burgers het niet op de een of andere manier met elkaar eens kunnen worden, zullen de strijdkrachten nog lang na Soeharto een dominante rol blijven spelen in Indonesië.'