Land van de potvis

In 1851 schreef Herman Melville Moby Dick in Massachusetts, destijds een uitvalsbasis van walvisvaarders. Toine Heijmans en fotograaf Marcel van den Bergh volgen de sporen van auteur en potvis, en vinden het Moby Dick-gevoel....

Toine Heijmans en Marcel van den Bergh

Nantucket! Kijk naar beneden, uit het raam van de Cessna, en zie de luxe. Zie de rijkdom die van de landhuizen spat. Wat is het veranderd. Wat is het een koninkrijk geworden voor degenen die het betalen kunnen: voor de bankiers, de filmsterren, de families die generaties lang hun familieverblijven koesterden en dat blijven doen. Die huizen zijn fortuinen waard.

Lees na de landing de brochure van de makelaar: een huis voor een miljoen. Een huis voor vijf miljoen. Een huis voor vijftien miljoen. Ze zijn dichtgetimmerd voor het winterseizoen, de megamansions, zoals de Nantucketers ze noemen. De McMansions. De motorjachten die erbij horen staan geparkeerd voor de deur, verpakt in wit plastic. De auto’s hebben hoezen over hun lak. Ze wachten op de zomer.

Echte Nantucketers wachten niet op de zomer. Die hebben de walvisvaart nog in hun bloed.

Toeristen vervormen een eiland tot iets wat het nooit is geweest en nooit zal worden. Tegelijk hebben ze Nantucket gered, want de dagen van Moby Dick zijn er allang geteld. De enige plek voor de walvisvaart schijnt hier het museum, of de souvenirwinkel.

In de winkels van het dorp Nantucket, met hun zorgvuldig uitgelichte etalages, prijken nu een potvis van hout (130 dollar) en een potvis op een meisjesjurk (240 dollar), en in de kroeg hangt kunst aan de muur: jacht op de potvis, abstract in acryl: 6700 dollar.

Is het erg? Mag een eiland niet veranderen?

‘Nantucket!’, schreef Herman Melville in Moby Dick, ‘pak je kaart en kijk zelf. Zie wat een godvergeten uithoek van de wereld het is, hoe het daar ligt, ver van de kust (*). Kijk zelf – niets dan een kleine heuvel, een elleboog van zand, een en al strand en geen achterland.’

Dat boek, dik en veelvormig, is een ijkpunt in de wereldliteratuur. Geschreven in 1851, en vervlochten met dit eiland. Het boek is vervlochten met heel Massachusetts, de Amerikaanse staat aan de oostkust die door de schrijver werd gekoesterd. Daar kun je zijn sporen volgen: van Pittsfield, waar hij het schreef, naar New Bedford, waar het begint, naar Nantucket, waar je Moby Dick treft bij Bob Hellman thuis, die zijn zolder heeft volgestouwd met geschiedenis: met harpoenijzers, met brieven, met de tand van een narwal. Je vindt ’m bij Ben Simons, die de collectie beheert van het walvisvaartmuseum. Hij laat het skelet van de potvis zien die tien jaar geleden strandde op het eiland. ‘Iedereen stroomde toe, en begon met uitbenen. Ze voelden ineens weer de band met de walvisvaart. Zelfs de superrijken hier voelen dat.’ De rijken die door Main Street paraderen: dames met hondjes, heren in Ralph Lauren.

Nu goed, Nantucket is eerder rijk geweest, al was het in de 19de eeuw zo gedrenkt in walvisolie dat het stonk in elke straat. En Herman Melville was er weg van: dat kleine eiland met de kleine quakers die als ‘zeeheremieten’ de wereld over gingen op jacht naar het ‘machtigste bezielde wezen’: de potvis. ‘Er hing’, schreef hij, ‘om alles wat met dat beroemde oude eiland te maken had iets fijns en ruigs, waar ik allemachtig schik in had.’

Nantucket! Loop door de straten van het dorp en zie de huizen. Ze dragen houten kraaiennesten. Elk huis heeft een naam: Coffin, Starbuck, Pollard – kapiteinsfamilies. Voel zelf de oude wind die er waait. Zie hoe de visser op een dulle, druilerige decemberdag zijn boot uit de haven stuurt, een kleine boot voor zo’n grote oceaan! De huizen hullen zich in bescheiden grijs. Zelfs de rijkelui moeten bouwen zoals vroeger. Dat krijg je er met geen tien stokken uitgeslagen.

De Nantucketers gingen als eerste walvisjagers Kaap Hoorn rond, achter de potvis aan. Ze ontdekten de warme golfstroom, en de walvisgronden bij Japan. Alles voor het kostbare walschot, het wasachtige spul in de kop van het beest dat diende tot brandstof voor bijvoorbeeld de straatverlichting. Nantucket voorzag heel New England van licht.

Ze hadden er zelfs een zwarte kapitein: Absolom Boston, die met zijn zwarte scheepsmaten op walvissen joeg in de zuidelijke oceaan, in 1822. Zijn portret hangt in het walvisvaartmuseum; hij kijkt alsof het normaal was, een zwarte kapitein in een tijd van slavernij. In dat museum ligt ook een deels getekend verslag van de avonturen van de Essex, het schip dat werd aangevallen door een gigantische potvis. Het verhaal waarop Melville zijn Moby Dick uiteindelijk baseerde.

‘Iedereen op Nantucket kent passages van Moby Dick uit zijn hoofd’, zegt Bob Hellman, de verzamelaar. ‘Niet vanwege het boek, maar omdat ze zich er nog steeds in herkennen.’

‘Alles zat onder de olie hier’, zegt Ben Simons, ‘alles hier is gebouwd op een nasty, oily business.’

En op rijkdom, uiteraard. Kijk nog eens naar de landhuizen, kijk naar de obscene bedragen die ze opbrengen, en zie: Nantucket is geen spat veranderd.

[Zie verder pagina R05]

VS Het Massachusetts van Moby Dick

VS Het Massachusetts van Moby Dick
[Vervolg van pagina R01]

VS Het Massachusetts van Moby Dick
Moby Dick gaat over de zee, maar is niet aan zee geschreven. Het is in het bos geschreven, drie uur westwaarts. Herman Melville zat er achter een tafel in een wit geschilderd houten huis in Pittsfield, Massachusetts. Een boerderij in het lange, golvende landschap van de Berkshires dat zich kleurt naar de seizoenen en waar hij dertien jaar bleef wonen en schreef, en probeerde te boeren, en probeerde zijn gezin in bedwang te houden, en schreef.

VS Het Massachusetts van Moby Dick
De boerderij staat er nog, teruggebracht in oude staat zodat hij als National Historic Landmark kan dienen voor de Amerikanen, die zich graag vasthouden aan de bedevaartplekken van hun prille geschiedenis. Het huis heet Arrowhead. Op de eerste verdieping staat de tafel. Ga achter die tafel staan en zie door het raam de potvis. Die witgrijze walvisrug in het woud, dat is Mount Greylock, de hoogste berg van Massachusetts, en de schrijver wilde er een oog op houden omdat het Moby Dick was in zijn gedachten. Zoals de heuvels hem herinnerden aan de golven van de oceaan.

VS Het Massachusetts van Moby Dick
De Berkshires – dat landschap heeft een ongewone aantrekkingskracht op kunstenaars. Filmsterren wonen er graag, en ’s zomers resideert het Boston Philharmonic bovenop een berg, vlakbij, in Tanglewood. ‘Dit is’, zegt Rebecca Smith, ‘de meest culturele streek van Amerika’.

VS Het Massachusetts van Moby Dick
Noem haar Becky. Ze zit in de keuken van haar historische huis in Pittsfield. ‘Ben jij een melvillite?’, is het eerste dat ze vraagt. ‘Great!’ Zoveel Moby Dick-adepten krijgt ze over de vloer en ‘my god’ zelf is ze er ook één, natuurlijk. Ze fladdert de straat over en laat de verzameling melvillania zien, bewaard in een afgesloten ruimte van de lokale bibliotheek: zijn portret, zijn boeken, zijn dichtbundels. Zijn peddels en pijpen en andere souvenirs die hij meebracht uit de zuidelijke oceaan.

VS Het Massachusetts van Moby Dick
Ze weet waarom schrijvers, dichters, schilders en musici hier graag komen, sinds het begin van de 19de eeuw. Het is de rust, dichtbij de onrust van Boston en New York. Het ruikt naar haardvuur in de Berkshires.

VS Het Massachusetts van Moby Dick
Rook cirkelt er omhoog uit de schoorstenen van de huizen met hun veranda’s en patriottische vlaggen. IJs heeft zich vastgezet in de loofbomen, zodat de heuvels er op grijzende dames lijken. Tussen die heuvels duiken bevroren vennen op, en rivieren met vrieswater. Alles overgoten met geschiedenis: New England, het noordoosten, is een van de meest geschiedenisvolle streken van Amerika, omdat het hier allemaal begon.

VS Het Massachusetts van Moby Dick
Herman Melville struinde graag door de heuvels met literaire vrienden als Nathaniel Hawthorne; ze vierden picknicks doordrenkt met champagne, port en rum. Niemand hier zal het hardop zeggen maar het waren wildebrassen, in een stijve tijd, en Melville was de wildste van het stel.

VS Het Massachusetts van Moby Dick
‘Hij hing graag de ruige zeeman uit’, zegt Stuart Frank, de Melville-expert. ‘Maar volgens mij was hij dat niet echt. Anders was hij wel blijven varen.’

VS Het Massachusetts van Moby Dick
In de werkkamer van de schrijver staat een scheepskist. Er staat een harpoen te leunen tegen de schoorsteen. De vloer kraakt als een dek. Zijn hele huis voelde als een schip, met Moby Dick aan de horizon. ‘Ik kijk ’s ochtends als ik opsta uit mijn raam’, schreef Melville in een brief, ‘zoals ik uit een mangat zou kijken. (*) & ’s nachts wanneer ik wakker word & de wind hoor gieren, denk ik bijna dat er te veel zeil op het huis staat en ik beter op het dak zou klimmen, om de schoorsteen te reven.’

VS Het Massachusetts van Moby Dick
De zee had zich in het hoofd van de schrijver vastgezet tijdens zijn tocht op de walvisvaarder Acushnet, die hem naar het zuiden bracht. Dat schip was vertrokken uit de walvisvaardershoofdstad van de wereld: New Bedford, Massachusetts. Drie uur rijden van Pittsfield, twintig minuten met de Cessna van Nantucket maar meteen een andere wereld.

VS Het Massachusetts van Moby Dick
Het boek Moby Dick begint met New Bedford. Met een klassieke scène: het is een ‘stikdonkere, nare avond’ en hoofdpersoon Ismaël klopt aan bij een herberg, omdat de laatste boot naar Nantucket al vertrokken is. De herberg is vol met scheepslui, die dansen en zingen en het zeezout van zich afschudden.

VS Het Massachusetts van Moby Dick
Loop nu ’s nachts door New Bedford en zie: veel is er niet veranderd. Anders dan Nantucket, is New Bedford de afgelopen eeuw gewoon een vissershaven gebleven. Het zeemansleven is er zoals het was: rauw en in your face.

VS Het Massachusetts van Moby Dick
Dat zeemansleven heeft de stad getatoeëerd. Langs de langgerekte stad steken de pieren voor de vissersschepen uit. Het zijn roestbakken: werkschuiten voor een werkstad. Erachter raast de snelweg. Het barst van de buitenlandse scheepslui in New Bedford. Het barst er van de Portugezen, die na de gouden tijd van de walvisvaart zijn blijven hangen. Nog steeds de number one fishing harbour van Amerika, met die vrijgevochten, progressieve tronie.

VS Het Massachusetts van Moby Dick
De tronie van Henrico James die langs de kade schurkt, op zoek naar werk. Hij is geboren in New Bedford. Hij gaat er nooit meer weg. Hij draagt een muts tegen de druilregen, en heeft zorgen want er is geen werk. ‘Vroeger verdiende ik meer dan dokters en advocaten’, zegt hij. ‘Nu is er niks meer aan.’

VS Het Massachusetts van Moby Dick
Maar als het over zijn stad gaat, glimmen zijn ogen. Daar slaan ze hem met geen tien stokken weg. ‘Je mag dit een kleine stad vinden’, zegt Henrico, ‘maar we hebben een grote geschiedenis.’

VS Het Massachusetts van Moby Dick
Die is terug te lezen in de kale klinkers van het centrum. In de neokoloniale huizen van de reders en de kapiteins. En vooral in de Seamen’s Bethel, de kapel waar Ismaël terechtkwam en een donderpreek onderging van Father Mapple. In diezelfde kapel kunnen zeelui nog steeds terecht voor hulp, voor voedsel en voor het Woord, niet langer in donderpreken maar wel vanaf een kansel, vermomd als scheepsboeg.

VS Het Massachusetts van Moby Dick
Aan de muur hangen de plakkaten des doods: grafstenen voor de mannen die op zee zijn gebleven. Ter herinnering aan kapitein Swain, in 1844 overboord getrokken door een walvis, maar evengoed ter herinnering aan João Dacosta, in 2007 verdwenen met vissersschip en al.

VS Het Massachusetts van Moby Dick
Hier worden kinderen gedoopt in een scheepsbel. Hier trouwen ze matrozen voordat ze vertrekken; trouwen noemen ze splitsen in New Bedford, zoals een zeeman twee touwen in elkaar splitst.

VS Het Massachusetts van Moby Dick
Dit is ‘een van de meest historische steden van het westen’, zegt Stuart Frank in de stadsbibliotheek waar de hele walvisvaartgeschiedenis ligt opgetast: zeekaarten, scheepsjournalen en de monsterrol van de Acushnet, waarop de naam Herman Melville prijkt. Frank is directeur van het walvismuseum, en befaamd Melville-expert.

VS Het Massachusetts van Moby Dick
‘Dit is altijd een bijzondere stad geweest. In Melville’s tijd al zag je hier mensen lopen met harpoenen op de rug, hun hele lijf vol tatoeages. Je zag er lui uit de hele wereld. De walvisvaart heeft er rijkdom gebracht, en cultuur: de zeelui doodden hun tijd met schrijven, met schilderen en zingen. Dat heeft dit dorp kosmopolitisch gemaakt, en precies daarom hield Melville er zo van.’

VS Het Massachusetts van Moby Dick
Dat zal best, maar onderwijl is het ook een rauwe werkstad gebleven. Vraag maar aan Henrico James, die nog steeds geen baan gevonden heeft, en vreest dat het tot februari niks meer worden zal. ‘Vroeger is voorbij. Het gaat alleen maar slechter worden.’

VS Het Massachusetts van Moby Dick
Hij kent Moby Dick, maar heeft het boek nooit gelezen. En hij weet dat het slecht afloopt.

VS Het Massachusetts van Moby Dick
Toine Heijmans

Wilt u belangrijke informatie delen met de Volkskrant?

Tip hier onze journalisten


Op alle verhalen van de Volkskrant rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright @volkskrant.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden