Lagere heffing voor slopen auto's
Nieuwe auto's worden per 1 januari goedkoper. De speciale heffing van 250 gulden, die wordt gebruikt om oude auto's op een milieuvriendelijker wijze te slopen, gaat naar beneden....
Van onze verslaggever
AMSTERDAM
De 275 bedrijven die meedoen aan het milieuvriendelijk slopen, kregen voor hun inspanning vorig jaar 165 gulden per auto, en het jaar daarvoor zelfs 210 gulden. Vanaf 1 januari gaat die vergoeding, ondanks protesten van een groep slopers, naar 125 gulden, het bedrag dat Berenschot had becijferd. Het ligt voor de hand dat de heffing ook met een gulden of 85 naar beneden gaat.
De protesterende slopers - naar eigen zeggen wel toevallig de grootste zes van de 275 die met het project meedoen - hebben zich verenigd in de Vereniging Autorecycling Bedrijven (VAB). Ze zijn een procedure gestart tegen de dreigende verlaging van de tarieven.
Volgens D. Pool, advocaat en secretaris van de zes protesterende slopers, wordt van elk autowrak nog altijd een groot deel niet hergebruikt. Om meer te recyclen, moeten de slopers veel investeren en dus kan de bijdrage niet omlaag, vindt hij. 'Hetzelfde werk doen voor minder geld? Daar zijn wij het volstrekt niet mee eens.'
De autosloopregeling wordt uitgevoerd door Auto Recycling Nederland (ARN), die is opgericht door de organisaties Bovag (garagebedrijven), RAI (auto-importeurs), Stiba (slopers), SVN (shredders) en Focwa (plaatwerkers). ARN was ook de opdrachtgever van Berenschot, en ARN is nu de gebeten hond van de zes in de VAB.
Directeur A. Eggink van ARN is niet onder de indruk van de opstand van de zes. 'We hebben de instemming van de Stiba, en daar zijn alle demontagebedrijven lid van', zegt hij gedecideerd.
De heffing van 250 gulden blijkt veel te hoog, betoogt Eggink. Dat blijkt al uit het feit dat er een reserve is opgebouwd van 136 miljoen gulden. 'We hadden geen ervaring met dit project, daarom konden we de prijs ook niet precies vaststellen.'
De sloper die een auto binnenkrijgt, haalt er de bruikbare onderdelen af en verkoopt die. Vervolgens verwijdert hij een aantal materialen die worden voorgeschreven door ARN, die deze laat verwerken tot opnieuw bruikbare materialen. De rest komt in de shredder terecht. Die haalt het metaal eruit, de rest komt op de vuilnisbelt.
Het vermogen van 136 miljoen van ARN is ontstaan doordat er veel meer nieuwe auto's werden verkocht dan was verwacht, terwijl anderzijds veel minder auto's werden gesloopt dan waarop was gerekend; dat laatste omdat auto's steeds langer leven. Eggink van ARN verwacht nu dat in de komende jaren het aanbod van te slopen auto's flink zal oplopen, van 250 duizend vorig jaar tot 500 duizend in het jaar 2000. Daar zal een belangrijk deel van de reserve weer aan opgaan, verwacht hij, maar zelfs als daarmee rekening wordt gehouden, kan de heffing op de nieuwe auto omlaag.
Maar Pool ziet niets in Eggink en ook niet in zijn plannen. 'Die man steekt altijd monologen af, die luistert niet.' Dat de slopersorganisatie Stiba heeft ingestemd met de tariefsverlaging, daar weet Pool niets van. En bovenien: 'Het slopen van auto's kan nog veel milieuvriendelijker, en daarover heb ik de Stiba nooit gehoord.'
Maar Eggink wil gewoon door met zijn plannen. Voor het lopende jaar zullen ook de achterlichten, het koplampglas, de kunststofbumpers, idem grills en de wieldoppen in de ARN-lijst worden opgenomen. En als het even kan, vindt Eggink, moet deelname aan de ARN wettelijk verplicht worden.
'Er doen nu 275 bedrijven mee, en 500 niet. Maar die 275 hebben wel 80 procent van de markt in handen. Die vijfhonderd andere, dat zijn vaak heel kleine bedrijven, die soms maar twee auto's per week doen. Die kunnen geen investeringen doen', aldus Eggink. 'Wij vinden dat de sanering verder moet gaan, maar dat kan alleen als er een wettelijke basis voor de ARN komt.'