NieuwsOefening koninklijke uitvaart
Koninklijk Huis oefende in stilte voor nieuwe uitvaart
Onopgemerkt door de buitenwacht heeft half juni een grote oefening plaatsgevonden voor een nieuwe uitvaart van een lid van het Koninklijk Huis. De locatie van de tweedaagse bijeenkomst was paleis Noordeinde in Den Haag. Ongeveer honderd betrokkenen wisselden gegevens uit en keken of het draaiboek met codenaam CP 100 (CP staat voor ‘contingency plan’) nog accuraat is.
De laatste bijzettingen in de koninklijke grafkelder in Delft waren in 2004, toen prinses Juliana en prins Bernhard overleden. De ceremoniële tocht van Den Haag naar Delft vergt een enorme operatie, waarbij diverse werkgroepen (mobiliteit, veiligheid, communicatie, gemeente Den Haag, gemeente Delft) zijn betrokken.
De losse werkgroepen komen jaarlijks bij elkaar, maar een tweedaagse samenkomst van alle betrokkenen is bijzonder. De Rijksvoorlichtingsdienst bevestigt dat de oefening heeft plaatsgevonden, maar wil niet op details ingaan.
Centrale zitting in de balzaal
Volgens aanwezigen werden op de eerste dag, maandag 17 juni, in de balzaal van het paleis in een centrale zitting de grote lijnen van het draaiboek doorgenomen. Bij een koninklijke uitvaart ligt de regie bij het ministerie van Algemene Zaken en de hofhouding. Ceremoniemeester Simon van der Burg en scheidend grootmeester Jan Versteeg – hij wordt ambassadeur in Madrid – verzekerden de aanwezigen dat er geen directe aanleiding was voor de oefening, anders dan dat de onderlinge contacten en het draaiboek een update behoefden.
Op de tweede dag, dinsdag 18 juni, kwamen de thematische werkgroepen eerst onderling bij elkaar, voordat zij een gezamenlijke afsluiting hadden. Bij een uitvaart van een lid van het Koninklijk Huis is een grote ceremoniële rol voor Defensie weggelegd. Langs de route van Den Haag naar Delft staan duizenden militairen en honderden veteranen opgesteld.
Tijdens de oefening op Noordeinde werden, onder leiding van stalmeester Bert Wassenaar, ook de paarden ingespannen voor de paarse lijkkoets. Zij maakten enkele rondjes op de binnenplaats van het koninklijk staldepartement. Het door koningin Beatrix ontworpen rijtuig met witte pluimen werd gebruikt bij zowel de uitvaart van prins Claus (2002) als die van prinses Juliana (2004). Het stoffelijk overschot van prins Bernhard werd eind 2004 per affuit, het onderstel voor de loop van een kanon van de landmacht, naar Delft gereden.
Chapelle ardente
Na het overlijden van een lid van het Koninklijk Huis wordt in paleis Noordeinde een rouwkapel (chapelle ardente) ingericht. Daar kan de bevolking afscheid nemen. Op de dag van de uitvaart vindt de tocht naar de Nieuwe Kerk in Delft plaats en volgt de bijzetting in de grafkelder. Zowel kerk als kelder zijn de afgelopen jaren gerestaureerd. In de volle graftombe is ruimte gemaakt voor nieuwe bijzettingen.
Het oudste lid van het Koninklijk Huis is prinses Beatrix (81). Daarna volgen Pieter van Vollenhoven (80) en prinses Margriet (76), maar zij hebben eerder gezegd in de natuur van Apeldoorn begraven te willen worden. Die variant is in de Haagse sessies wel genoemd, maar niet verder uitgewerkt. De laatste Oranje die werd begraven was prins Friso, in 2013 in Lage Vuursche (gemeente Baarn). Hij was op het moment van overlijden geen lid meer van het Koninklijk Huis, omdat hij in 2004 zonder toestemmingswet trouwde met Mabel Wisse Smit.
Zo gaat het eraan toe tijdens een koninklijke uitvaart
In 2003 blikte de Volkskrant met Lars Andersson van de NOS terug op de uitvaart van prins Claus, de eerste in veertig jaar, en alle voorbereidingen die daarmee gepaard gingen.
De uitvaart van prinses Juliana in 2004 was licht van toon
Hoe prins Bernhard aan het eind van zijn leven afscheid nam van bevriende leden uit de hofhouding