KOC met Stefano Bollani

Bollani vindt de harmonie zoals Gershwin deze bedoeld heeft.

TIM SPRANGERS

Jazz/klassiek

Onderdeel van Jazz it up! Amsterdam, Concertgebouw, 26/4

Het tafereel heeft wel iets weg van een goede Charlie Chaplinfilm. Een (fysiek) swingende jazzpianist in het sjieke concertgebouw die zich weinig raad weet met de voor hem stijve rituelen. Pianist Stefano Bollani loopt tijdens het overweldigende applaus naar boven, zoals het moet, maar lijkt verbaasd dat hij weer de trap af moet voor een nieuw applaus. Hoe toepasselijk: zijn toegift is een stampende ragtime, de oermuziek voor slapstickfilm.

Op zulke momenten blijkt hoe ver de werelden van klassiek en jazz uit elkaar liggen. De Italiaanse pianist lijkt in zijn beweeglijkheid op een losgeslagen hond te midden van het bladlezende orkest. Toch klinkt het allemaal gesmeerd.

Onderwerp is de spanning tussen westerse klassieke muziek en jazzelementen als improvisatie en swing. Afgelopen week vonden er lezingen en concerten plaats die de urgentie en betekenis van jazzmuziek besproken tijdens het AAA Festival (Actueel, Avontuurlijk, Aangrijpend). Thema: Jazz it up!. Het Koninklijk Concertgebouw Orkest, met dirigent Riccardo Chailly, sluit de week af.

Voor de pauze speelt het orkest Lollapalooza van John Adams, een gewild stuk met swingelementen, gevolgd door Remembering Gatsby, een foxtrot van John Harbison. Dan is de beurt aan dé componist die negentig jaar geleden werd benijd en bewonderd om zijn lef om blues en jazz te laten spelen door klassieke orkesten: George Gershwin.

In Catfish Row, een symfonische suite uit zijn beroemde Porgy and Bess, drijven voorzichtig lichte jazzthema's en ritmen naar boven. Voor het eerst zie je wat mensen knippen met de vingers, toch klinkt de swing nog statisch.

Pas na de pauze, met de komst van Bollani, mengen de stijlen uitdrukkelijker en beter. In Gershwins Pianoconcert in F hoor je de roerige jaren twintig waarin jazzmuziek met een sneltreinvaart kwam opzetten. Gershwin laat horen hoe een orkest kan swingen en vooral hoe goed dit kan klinken.

Daarvoor is een jazzpianist nodig die de enorme instrumentmuren aanvoelt en aankan. Bollani doet het met verve, pakt vol overtuiging de ruimtes en gaat het gesprek met het orkest knap aan. Hij ramt ritmisch en staccato op zijn klavier om op te boksen tegen de pauken en contrabassen. Ook zijn lichte aanrakingen vervlechten mooi met de dromerige strijkwolken. Het contrast in muziekbenadering is groot, maar dankzij zichtbaar plezier en uitmuntend luisteren, vindt Bollani de harmonie zoals Gershwin deze bedoeld zou hebben.

undefined

Wilt u belangrijke informatie delen met de Volkskrant?

Tip hier onze journalisten


Op alle verhalen van de Volkskrant rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright @volkskrant.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden