KL-haat
w.dejong@volkskrant.nl..
Het artikel dat onlangs in Vrij Nederland stond, over het Nederlandse modemerk King Louie en de oudere meisjes die in de weelderige bloemetjesjurken van dat label rondlopen, heeft er een week lang nogal ingehakt in mijn directe omgeving. Ineens bleek in elk geval mijn stukje van de wereld grotendeels te bestaan uit:
1) Vrouwen die altijd al van KL-kleding en van het groene, linksige en ostentatief-huismoederlijke KL-damestype hebben gegruwd, en die blij waren dat dat slag nota bene in het progressieve VN eens even flink te kijk werd gezet. Want de afkeer van deze modische dwaling en de zusters die zich eraan bezondigen, zit kennelijk diep. Vooral KL-vrouwen die zich met een bakfiets en op cowboylaarzen in de openbaarheid vertonen, wekken al tijden de weerzin van de KL-haatsters. Venijnigste opmerking uit de mond van een van hen: ‘Dat straalt met zo’n bloemetjesjurk dan uit dat het lekkere appeltaarten kan bakken, maar bij het maken van een goeie, zelfgemaakte appeltaart komt heus wel wat meer kijken! Bloemetjesjurken zelf bakken geen taarten, hè.’
2) Vrouwen die tot aan de verschijning van het betreffende verhaal nog enthousiaste KL-klanten waren geweest, maar die tot hun afgrijzen in de bij de reportage afgedrukte foto’s merkten welke andere vrouwen er zoal nog tot het King Louie-stereotype worden gerekend. ‘Zij...?! Die is toch veel te dik en te oud voor zo’n jurkje! Godsamme, met zo’n vrouw wil ik echt niet worden geassocieerd, hoor.’
Op Twitter vielen KL-draagsters direct toen de bewuste VN in de kiosk lag met veel gevoel voor drama van hun geloof door hun hele King Louie-garderobe gratis aan te bieden aan de eerste de beste provinciaalse of vinex-muts die zich er nog wél in durft te hullen.
Olie op het vuur kwam diezelfde week uit Rotterdamse hoek, waar vrouwen op de barricaden klommen om de zere vinger te leggen op de Amsterdamse herkomst van de King Louie-bloemetjesjurk – wat voor iedere niet-Jordanese toch de ultieme reden zou moeten zijn om er nog niet dood in te willen worden gevonden. Precies hetzelfde sentiment schijnt opgeld te doen voor een accessoire als de Shoebaloopump: ‘Getverdemme, zó verschrikkelijk Leidsestraat.’
Omgekeerd overigens mogen Amsterdamse en Gooise wijven sinds kort wel rustig voor gek lopen in de bh’s van de Rotterdamse Marlies Dekkers, want sinds Hanneke Groenteman, Astrid Joosten, Willeke Alberti en Catherine Keyl uithangborden zijn van dat merk, zul je geen normale, zelfbewuste Rotterdamse meer in MD zien, zo wordt me tenminste van meerdere zijden door inwoonsters van die stad bezworen. Hooguit loop je in Rotterdam nog tegen een setje pronte MD-cups op waarvan de sierbandjes rigoureus zijn afgesneden; een daad die, behalve als een demonstratieve afwijzing van het verraad van Marlies Dekkers, ook symbool staat voor de gevoelens van vernedering die vrouwen zeggen te ervaren bij vieze, geile opmerkingen van kerels als ‘O, is dat een Marlies Dekkers die je aan hebt?’
Kutjecola, wat is vergeleken bij al die heisa de mannenmode dan in principe toch een heerlijk simpel kunstje. Je mag als vent geen witte sokken aan, behalve als je erin gaat tennissen, zo wil de belangrijkste grondregel. Voor de rest kun je in de ogen van andere mannen ontzettend ver gaan voordat er enige aanstoot aan je outfit wordt genomen. Hawaïhemddragers, mannen in maatpakken, mannen in Ed Hardy-kleren, mannen in jasjes met bontkraagjes, mannen op sandalen, mannen in streepjesshirts, mannen in driekwartbroeken en mannen op blauwwitte badslippers zouden dan ook eeuwig in goede onderlinge harmonie kunnen leven als vrouwen zich niet ook nog eens met hún kledingkast en hún individuele smaak zouden bemoeien.
Dat is ook iets voor als het ooit nog wat wordt met die betere wereld voor vrouwen én voor mannen. In afwachting daarvan, hierbij de do’s en don’ts voor mannen in de modewinter van 2010, ditmaal voorgeschreven door mijn strenge Twitter-vriendin Liesbeth:
Fout: ‘Wannabe-gympen van Replay, Diesel, G-Star en zo. Sorry, luistert erg nauw. Wel All-Stars en Adidas, maar géén Nikes aan de voeten van een volwassen vent!’
Goed: ‘De jacht en Engeland als thema’s. Dus goeie tweedjasjes, maar dan wel de echte! Een tweedpet kan eventueel ook, maar dan moet je er wel het juiste soort kerel voor zijn, hè!’