Kijk, een Pletterpet in Transkei
Rubriek Ke Nako uit de Volkskrant van vrijdag 25 juni
Hebben al die mensen die vele maanden gruwelverhalen hebben verteld over hun angst voor verzengende criminaliteit in Zuid-Afrika al hun excuses aangeboden? Aan Zuid-Afrika bijvoorbeeld, of aan de inwoners van het land zelf, van wie de een nog vriendelijker en behulpzamer is dan de ander. Desnoods lopen ze stratenlang met je mee, als wandelende tomtom.
Jokko de Wit, directeur van de Oranjecamping, leunt op de middag voor Nederland - Kameroen met een biertje tegen een paal, op de Grand Parade in Kaapstad. Het plein kleurt oranje. Hij is volstrekt ontspannen. De trektocht van supporters door het land, langs de steden van de groepswedstrijden, is voorbij. Wie vanaf nu duels van Nederland wil bezoeken, doet dat op eigen gelegenheid. De Wit verzette zich al ver voor het WK tegen het afro-pessimisme en haalt nu zijn gelijk: ‘Aantal aanslagen? Nul. Aantal berovingen? Nul.’
Wat hebben zijn klanten een geweldige tijd beleefd, van de kou in Pretoria, via de stranden in Durban tot de overweldigende schoonheid van Kaapstad. Persbureau AP filmde de stoet uit een helikopter.
‘Ik heb huilende mannen aan mijn borst gehad. Ze hadden de mooiste reis van hun leven.’ Ze hebben gevoetbald in townships en overal vriendelijkheid ontmoet. De Wit spreekt het woord saamhorigheid met hoofdletters uit.
Het meest indrukwekkend was misschien de tocht door het straatarme, voormalige thuisland Transkei. Leden van het oranje legioen die twijfelden of ze de juiste weg bereden, konden zien dat ze goed zaten als ze de lachende bevolking zagen met Pletterpetten op hun hoofd, een marketinghoofddeksel van een andere bierbrouwer dan die van de jurkjes.
Maar Jokko, is er dan helemaal niets gebeurd? Is er dan niemand aangevallen door een leeuw, of beroofd in een stil straatje? Nee, nee en nog eens nee. Nou ja, één keer heeft de consulaire dienst moeten optreden. Iemand was zijn paspoort kwijt. Het was per ongeluk meegegaan met de was.
Willem Vissers