Kiesdrempel is ronduit schadelijk voor kiezers

Nieuwe bewegingen krijgen door een kiesdrempel heel moeilijk toegang tot het parlement.

TOM VAN DER MEERE IS UNIVERSITAIR HOOFDDOCENT POLITICOLOGIE AAN DE UVA.

Wientjes herhaalt het nog één keer. Hij vindt onze democratie een rommeltje, en roept op tot een verhoging van de kiesdrempel naar 5 procent (8 zetels). Het pleidooi voor een kiesdrempel door politieke mastodonten is een terugkerend ritueel in de Nederlandse politiek. Juist Wientjes, die wel de invloedrijkste Nederlander wordt genoemd, zou (echter) beter moeten weten. Zijn kiesdrempel is een onzinnige schijnoplossing.

Wientjes' kiesdrempel moet de toenemende verlamming van de Nederlandse politiek tegengaan. Het is steeds moeilijker geworden om werkbare meerderheden te creëren in het parlement. Dat heeft drie redenen. Ten eerste is het CDA dermate ver uit het politieke midden weggetrokken, dat het niet meer de logische spil is tijdens coalitieonderhandelingen. Ten tweede is het partijlandschap versplinterd: door de voortdurende erosie van CDA, PvdA en VVD halen de grote drie gezamenlijk niet langer 80 procent van de stemmen, maar zijn er wel zes middelgrote partijen (inclusief SP, PVV en D66) met elk gemiddeld 20 zetels. Ten derde vindt een meerderheidscoalitie in de Tweede Kamer minder vanzelfsprekend ook een meerderheid in de Eerste Kamer, door de toegenomen veranderlijkheid van kiezers.

Met zijn kiesdrempel slaat Wientjes de plank echter mis. Politicoloog Gijs Schumacher (VU) heeft doorgerekend dat een kiesdrempel niet helpt tegen politieke verlamming. Het probleem zit niet bij de splinterpartijtjes, maar bij de groei van de middelgrote partijen. Een kiesdrempel zal dat niet tegenhouden. Ook bij een kiesdrempel van 5 procent of zelfs 7,5 procent zullen normaliter drie of vier partijen nodig zijn voor een meerderheid. Pas bij een kiesdrempel van 10 procent (15 zetels) zien we de effecten die Wientjes bepleit. Met al zijn ervaring aan de onderhandelingstafel zou Wientjes dit moeten weten.

Zijn er dan geen andere redenen om een kiesdrempel in te voeren? Wordt er wellicht efficiënter beleid door gevoerd? Het efficiëntie-argument zal Wientjes, als voorzitter van werkgeversorganisatie VNO-NCW, vast aanspreken. Een klassieke studie van de Amerikaanse politicoloog Arend Lijphart toont echter dat landen met een proportioneel kiesstelsel en coalitieregeringen (zoals Nederland) economisch niet slechter presteren dan landen met meerderheidsstelsels en eenpartijregeringen (zoals de VS en Groot-Brittanië).

Een kiesdrempel is ronduit schadelijk voor de representatie van kiezers. Nieuwe bewegingen en minderheidsgroepen krijgen door een kiesdrempel heel moeilijk toegang tot het parlement. Sinds de jaren zestig zouden alleen de LPF (2002) en de PVV (2006) op hetzelfde moment verkozen zijn. D66 had het in 1967 niet gered, net als GroenLinks (1989), de SP (1994), en alle kleinere partijen (van Boerenpartij en Centrum Democraten tot de ouderenpartijen en de Partij voor de Dieren). Zelfs een fusie tussen ChristenUnie en SGP stond niet altijd garant voor verkiezing. Subsidieregelingen zetten de niet verkozen partijen bovendien op nog grotere achterstand.

Met een kiesdrempel krijgen we een gesloten parlement dat moeilijker ververst kan worden en minder gevoelig is voor nieuwe prikkels uit de samenleving. Dat kan Wientjes de polderaar toch niet voor ogen hebben.

Bovendien schaadt de kiesdrempel het vertrouwen in de politiek. Het uitermate proportionele kiesstelsel van Nederland houdt het vertrouwen in de politiek nog relatief hoog: ook minderheidsgroepen kunnen zich vertegenwoordigd voelen en blijven betrokken bij de democratie. Onderzoek van Sofie Marien (UvA) laat zien dat inperking van proportionaliteit afbreuk doet aan het vertrouwen.

Dan blijft alleen het esthetische argument over: de overvloed aan kleine en middelgrote partijen kan rommelig overkomen. Maar een democratie is inherent rommelig. Wie van bovenaf orde wil opleggen, kiest voor autoritaire tendensen. De mastodonten van de Nederlandse politiek doen er goed aan om de splinterpartijen niet te beschouwen als irritante horzels waar we van af moeten, maar als een groot democratisch goed. In elk geval moeten ze de schuld van versplintering en volatiliteit niet bij de splinterpartijen leggen. Wientjes' oplossing is niet alleen onzinnig, maar ook schadelijk voor de democratie.

undefined

Wilt u belangrijke informatie delen met de Volkskrant?

Tip hier onze journalisten


Op alle verhalen van de Volkskrant rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright @volkskrant.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden